Nieuws

Maritiem onderzoek staat aan de vooravond van een computer vision doorbraak

article_published_on_label
15 april 2024

Tweemaandelijks stellen wij op ons Vision+Robotics platform een specialist voor. Geven we een insight in de persoon, en zijn onderzoek en verwachtingen. Deze keer mariene bioloog en computer scientist Jeroen Hoekendijk: “Ik luister naar onderzoekers en kijk welke problemen vanuit de computer vision-kant op elkaar lijken zodat we die op een efficiënte manier in parallel kunnen uitvoeren.”

Ineens die enorme rugvin van 1 meter 80 die voor hem omhoog uit het water rijst. 21 jaar is Jeroen Hoekendijk, en hij denkt alleen maar een langgerekte ‘wauw’. Hij weet dat hij aan de oostkust van Vancouver Island orca’s kan verwachten. Daarvoor is hij met zijn familie naar de Johnstone Strait in Canada gereisd. Die plas is een speelvijver voor orka’s. Vanwege het zalmrijke water en de kiezelstranden waar ze hun ruggen lekker kunnen schuren. Maar dat zo’n enorme mannetjes orka totaal onverwachts tevoorschijn komt, terwijl hij in zijn kajak in een beschutte baai zit te wachten, tot de rest van de groep te water gaat: “Het zet een stempel.” Hij belt meteen zijn broer die nog in Nederland is. Of die hem als de drommel kan inschrijven voor een studie marine biologie in Groningen. De deadline is nog net niet verstreken.

Geautomatiseerde beeldherkenning

Tijdens de master van zijn studie belandt Hoekendijk op Texel. Bij het NIOZ, het Koninklijke Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Daar promoveert hij na vijf jaar onderzoek met ‘Through the looking-glass: marine mammal monitoring in a changing world’. “Onderzoekers fotograferen zeehonden jarenlang vanuit de lucht. Die tellen ze daarna met de hand om meer te weten te komen over populatieontwikkelingen. Ik vroeg me af of je dat niet automatisch kon doen.”

Als het gaat om computer vision-methodieken spelen mariene ecologen en biologen graag leentjebuur. Ze gebruiken programma’s die eerder voor ander wetenschappelijk onderzoek zijn ontwikkeld. Dat komt omdat ze vaak niet aan de voorkant van de technologiegolf zitten, vertelt Hoekendijk. “Maar die moeten we wel zien om te begrijpen hoe we die binnen een andere context kunnen gebruiken.” Dat interesseert hem. “Hoe kunnen we als marine biologen de meest recente computer vision-slimmigheidjes toepassen binnen onze eigen bubbel van ecologische vraagstukken.”