Longread

Toenemende weersextremen vragen andere benadering van de teelt


Met de snelle verandering van het klimaat nemen teeltrisico’s toe. Boeren en tuinders zullen volgens Daan Verstand en Rien van der Maas veel meer aandacht aan watervoorziening moeten besteden. Naast goed watermanagement is een stapeling van teeltmaatregelen nodig.

De onderzoekers Rien van der Maas en Daan Verstand hebben verschillende open teelten als onderzoeksgebied: fruit en akkerbouw. Ze hebben binnen die gewassen te maken met dezelfde grote uitdaging: een sterk veranderend klimaat. Op het proefbedrijf in Randwijk spreken de onderzoekers over de uitdagingen waar de teelt voor staat. Verstand schetst meerdere trends die samenhangen met de klimaatverandering: “Het wordt warmer, droger, natter in andere periodes en de zeespiegel stijgt met bijbehorende verziltingsverschijnselen. Bij hogere temperaturen neemt de verdamping toe. Er zijn vaker langere droogtes en vaker stortbuien. Kortom: het wordt beroerder voor de telers.”

Rien van der Maas. Foto: Ruud Ploeg
Samenspel van gewassen inzetten om extremen te dempen
Rien van der Maas

De Cabriokap in de proeftuin voor fruitonderzoek is een goed voorbeeld van hoe het onderzoek aan aanpassingen voor de teelt in een veranderend klimaat werkt. De Cabriokap beschermt tegen nattigheid en schade, als hij dicht gaat bij regenbuien of bij hagel. Zo krijgen schimmels minder kans. Het bespaart op gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De kap is van boven en van opzij te sluiten tegen plaaginsecten. Het water kan bij buien niet op de bomen vallen, maar het wordt wel opgevangen in een grote tank, die de regen die ongeveer in een half jaar valt kan opslaan. Dit water wordt gebruikt voor druppelirrigatie en beregening onder de bomen. Volgens Van der Maas is de kap een van de voorbeelden hoe het onderzoek oplossingen bedenkt voor de telers. Een enkele oplossing volstaat niet. “We hebben geen Haarlemmer olie voor de klimaatverandering”, stelt de fruitteeltexpert.

In 2018 gold er voor het eerst een beregeningsverbod voor de fruittelers in de Betuwe. Hevige droogte veroorzaakte lage rivierstanden. Dergelijke situaties schudden de sector wakker, denkt Van der Maas en maken de geesten rijp voor veranderingen. Verstand: “Klimaat voelt vaak als ‘ver van je bed’. Nu wordt het concreet voor de telers. Soms is zo’n ramp nodig om het samen te gaan inzien.”

Zwaarst getroffen gebied

Voor het onderzoek naar oplossingen kiest WUR een zwaar getroffen fruitgebied. In de Zeeuwse fruitteelt is geen zoet water uit een rivier beschikbaar, zit zout water in de ondergrond en is voor maar een derde van de telers water uit de Zeeuwse landbouwleiding beschikbaar. Van der Maas: “Slechts 20 procent van de telers heeft een bron en 10 procent van de telers gebruikt leidingwater. Dit is hét gebied dat schreeuwt om het experimenteren met oplossingen, zoals hitteberegening met waterbesparende sprinklers.”

“De bodem als waterbuffer en vasthouden wat er in de winter valt. Dat staat hoog op de lijst”, zegt Verstand. Foto: Ruud Ploeg

“De bodem als waterbuffer en vasthouden wat er in de winter valt. Dat staat hoog op de lijst”, zegt Verstand. Foto: Ruud Ploeg

Sterk getroffen teelten in de akkerbouw zijn aardappelen en uien. Zelfs in minder extreme scenario’s van de klimaatmodellen kost klimaatverandering in die teelten al gauw 10 tot 15 procent opbrengst. Verstand rekent met 40 tot 50 procent financiële schade bij extremere situaties. Bedrijven die dan geen aanpassingen maken, vallen om. Van der Maas verwacht hetzelfde in fruit in de probleemgebieden. “Maar jonge telers zijn met nieuwe dingen bezig”, stelt hij.

Van der Maas is systeemonderzoeker, en daarbij gespecialiseerd in de bodemkunde. Een van de oplossingen die hij ziet zijn akkerbouwgewassen die met minder water toekunnen, of die in een zouter milieu kunnen groeien. “Bij fruit ligt in de rassenselectie de focus op ziekten en plagen en de kwaliteit van het product. Daar zou dan droogte als selectiecriterium bijkomen, maar dat erin kruisen is een heel lang proces. Het ligt daarom meer voor de hand te werken aan techniek en aan meer waterbuffering in het teeltsysteem en de bodem.”

“De bodem als waterbuffer en vasthouden wat er in de winter valt. Dat staat hoog op de lijst”, zegt Verstand. De moeilijkheid is volgens Van der Maas dat klimaatverandering zowel een snelle indringing en eventuele afvoer bij zware buien vraagt, als het vasthouden van meer water voor de droge periodes.

Ook een gezonde bodem draagt bij aan een betere watervoorziening. In Zeeland beproeven onderzoekers van WUR het verhogen van het gehalte stabiele organische stof in de bodem. “Dat is een deel van de oplossing”, zegt Van der Maas. “We werken aan het minder droogtegevoelig maken van de bomen met mycorrhiza-schimmels. Die kunnen het bereik van de wortels voor water vergroten. Het is een hypothese die we onderzoeken.”

Stapeling

Bij oplossingen voor de extremere weersomstandigheden draait het vaak om een stapeling van teeltmaatregelen, benadrukt Van der Maas. “Het gaat om een systeemaanpak, waarbij droogteresistente gewassen, technische vindingen en bodemmaatregelen allemaal een rol kunnen spelen. Technische maatregelen kunnen duur zijn. Toch zijn ze het onderzoeken waard, simpelweg omdat een hoog risico op schade op termijn niet meer te verzekeren is. Zo is in de fruitteelt het hagelnet de hagelverzekering aan het verdringen en zouden nieuwe irrigatietechnieken wel eens de nieuwe droogteverzekering kunnen zijn. De Cabriokap, waar we een kijkje bij nemen, is een technisch hoogstaande en dure oplossing. De onderzoekers rekenen aan de haalbaarheid: wegen voordelen in de gewasbescherming en de oogstzekerheid, of de kwaliteit van het fruit, op tegen de meerprijs?

“Er zijn legio innovatieve maatregelen, waar we aan moeten werken. Wel zijn de investeringen stevig, dus we moeten er verdienmogelijkheden tegenover plaatsen.” Foto: Ruud Ploeg

“Er zijn legio innovatieve maatregelen, waar we aan moeten werken. Wel zijn de investeringen stevig, dus we moeten er verdienmogelijkheden tegenover plaatsen.” Foto: Ruud Ploeg

Op de proeftuin voor Agroecologie en Technologie in Lelystad werken Verstand en Van der Maas aan nieuwe teeltsystemen, waar bij ook combinaties van eenjarige gewassen en bomenrijen worden bekeken (agroforestry). Van der Maas: “Kunnen we in Nederland het samenspel van gewassen gebruiken om de gevolgen van extremen te dempen? We zijn dan bezig met adaptatie op klimaatverandering.” “Je zou op gevoelige percelen de teelt van gewassen met een hoog risico kunnen mijden. Verzekeraars kijken mee en zullen steeds meer eisen gaan stellen bij het afsluiten van een verzekering naarmate de risico’s toenemen”, zegt Verstand.

Opschuiven

In de akkerbouw betekent een zachter klimaat dat sommige gewassen eerder gezaaid worden, in het fruit dat de bomen eerder bloeien; het klimaat verschuift. Toch neemt de kans op vorstschade daardoor niet af. Van der Maas verwacht zelfs dat de verschuiving van seizoenen de noodzaak om te beregenen tegen vorstschade aan de bloesem eerder vergroot. Bij het beregenen tegen nachtvorst wordt zuinig zijn met water belangrijker. Met Flipper sprinklers worden alleen de fruitbomen geraakt en geen water verspild op de grasbanen. De onderzoekers brengen in kaart of in de praktijk de potentiële besparing van 50 procent haalbaar is. Windmachines zijn mogelijk een alternatief voor beregenen bij nachtvorst, waarbij helemaal geen water nodig is.

Zachtere winters veranderen verder de risico’s op ziekten en plagen. Verstand: “Ze overleven de winter in Nederland of komen vanuit het zuiden steeds noordelijker optrekken in het groeiseizoen. Dit, gecombineerd met een smaller middelenpakket, is een indirect effect van klimaatverandering waar de teelt een antwoord op moet vinden.” Van der Maas stelt dat gewasbescherming nu nog een groter probleem is dan de watervoorziening in de fruitteelt. Maar de Cabriokap brengt in ieder geval het middelengebruik onder proefomstandigheden drastisch naar beneden vergeleken met de gangbare praktijk.

Wateropslag

Net zoals in de fruitteelt, werkt het akkerbouwonderzoek aan mogelijkheden voor de opslag van zoet water. Dat gebeurt in diepere zandlagen. Verstand: “Via de drainage voeren we dat water terug naar het gewas bij droogte. Op die manier wordt het water optimaal benut.” Van der Maas vult aan dat oplossingen toegespitst zullen zijn op de regio: “In de Betuwe kunnen we wateropslag combineren met zandwinning en op dat water zijn drijvende zonnepanelen mogelijk voor de energietransitie.”

Daan Verstand. Foto: Ruud Ploeg
Opslag van zoet water in zandlagen voor optimaal watergebruik
Daan Verstand

De onderzoekers benadrukken dat het van belang is om niet te blijven hangen in het doemscenario van de klimaatverandering. “Er zijn legio innovatieve maatregelen, waar we aan moeten werken. Wel zijn de investeringen stevig, dus we moeten er verdienmogelijkheden tegenover plaatsen.”

Klimaatscenario’s voorzien vaker extremen

Een paar decennia geleden kwam een extreem droog jaar eens per tien jaar voor. Onderzoekers van WUR Open Teelten werken aan teeltoplossingen voor een situatie waarin dit vaker gebeurt. Dat zou volgens de klimaatscenario’s van het KNMI wel eens één keer per twee tot vijf jaar kunnen zijn in 2050. Rien van der Maas: “De uitzondering wordt straks de regelmaat. De verandering zit in de extremen” Gemiddeld gaat de temperatuur rond de 2 graden omhoog, maar hete en droge zomers, hittegolven en stortbuien gaan veel vaker voorkomen.” Klimaat is het ‘gemiddelde weer over een periode van 30 jaar’. Het ís nu al warmer dan in de periode van 1980 tot 2010. Daan Verstand: “De referentieperiode schuift steeds mee. Daarom zou je bijna vergeten dat de absolute verandering ten opzichte van het oude klimaat veel groter wordt, ook al lijkt het in kleine stappen te gaan.’