Persbericht

‘Neem in definitie droogte invloed mens mee’

article_published_on_label
4 februari 2016

De definitie van droogte is aan een update toe. Het is tijd om te erkennen dat naast variaties in klimaat ook menselijk handelen droogte veroorzaakt of beïnvloedt. Wereldwijde samenwerking tussen natuur- en sociaalwetenschappers is daarom hard nodig, stelt een groep internationale onderzoekers, waaronder drie van Wageningen University, in een commentaar in Nature GeoScience van februari.

Droogte is niet alleen een door natuur en klimaat veroorzaakt fenomeen, en watergebruik geen puur sociaaleconomisch verhaal. Mensen hebben invloed op droogte en reageren erop. Ze bouwen een stuwdam, gaan naar grondwater boren of dieper boren, passen het landgebruik aan, besparen water of trekken zich niets aan van een onttrekkingsverbod. De recente zware droogte in Brazilië is bijvoorbeeld niet af te doen als uitsluitend een natuurramp. Daarbij speelden ook ontbossing, urbanisatie en de bouw van spaarbekkens een rol.  

Gevolgen droogte

De weerslag die menselijk handelen heeft op droogte, is echter wetenschappelijk moeilijk te kwantificeren. Daardoor is onduidelijk of waterbeheerders moeten reageren op droogte veroorzaakt door klimaatvariabiliteit of de maatregelen moeten aanpakken die droogte hebben veroorzaakt door menselijk handelen. Ook is de impact van droogte op de inkomens van boeren niet los te zien van de impact van beleid op toegang tot water, kosten van water, watervervuiling en politieke instabiliteit.  

Drie typen droogte

De achttien samenwerkende hydrologen, klimaatologen, sociaalgeografen, water- en milieubeheerspecialisten pleiten daarom in Nature voor erkenning van drie soorten droogte: teweeggebracht door het klimaat, teweeggebracht door de mens, en beïnvloed door de mens. Ze signaleren daarvoor op verschillende terreinen kennislacunes. “We weten nog onvoldoende van de invloed van mensen op doorwerking van neerslagtekorten in lagere grondwatervoorraden en rivierafvoeren, van de invloed van verandering landgebruik op droogte en van wat de verschillende oorzaken – klimaat en mensen – bijdragen aan droogte”, zegt Henny van Lanen van Wageningen University, een van de onderzoekers. “Ook moeten we beter de menselijke perceptie van droogte en aanpassingsstrategieën gaan begrijpen, en datasets zien op te bouwen over menselijke activiteiten en impact van dit handelen op droogte.”  

Zuid-Europa

Als de natuur- en sociale wetenschappen de handen ineen slaan is er veel mogelijk, maakt Van Lanen duidelijk. “Neem het stroomgebied van de Júcar rivier in Spanje. Dat is volledig door mensen beïnvloed. Maar doordat het een samenspel is geweest, en er een plan is ontwikkeld dat rekening hield met de hydrologie, wateronttrekking en stakeholders, blijft er in periodes van droogte wel water beschikbaar voor de verschillende functies.” Een multidisciplinaire aanpak is dus noodzakelijk. Wat de gevolgen zijn als er niets verandert? “Overal zullen periodes van droogte intensiever worden, maar vooral Zuid-Europa gaat een probleem krijgen. En het is de vraag hoe mensen daarop gaan reageren. Misschien zoeken ze hun toevlucht tot grondwater. Het gevaar van grondwatergebruik is echter dat je niet ziet dat het opraakt, waardoor er geen gevoel van urgentie ontstaat, zoals wanneer een stuwmeer opdroogt.” 

Aan de basis van het Nature-artikel staat Wagenings droogteonderzoek binnen het Zesde en Zevende Europese Kaderprogramma, waaraan ook de Wageningse auteurs Henny van Lanen, Ryan Teuling en Remko Uijlenhoet meewerkten. Veel onderzoekers leerden elkaar kennen via het netwerk van het European Drought Centre (EDC), dat Wageningen University en de universiteit van Oslo coördineren.