Nieuws

Landenstudies tonen directe effecten van COVID-19 crisis op voedselsystemen

Published on
24 juli 2020

De invoer van coronamaatregelen beïnvloedt voedselzekerheid en leidt tot grote uitdagingen voor voedselsystemen. Dat onthulden landenstudies van Wageningen University & Research en hun partners. Zulke studies zijn uniek omdat ze binnenlandse gegevens bijeen brengen. De huidige studie laat duidelijk de ingrijpende directe impact zien op voedselsystemen in Bangladesh, Ethiopië, Kenia en Mali.

In al deze landen worden vooral vrouwen en jongeren geconfronteerd met wijdverbreid inkomensverlies. De kwetsbaarheid van huishoudens voor wat betreft de toegang tot voedsel neemt aanzienlijk toe. De productiviteit in het huidige teeltseizoen staat onder druk als gevolg van een gebrek aan productiemiddelen als zaaizaad en menskracht. Ook neemt de beschikbaarheid van vers voedsel als groenten, zuivel en vis, dat de sleutel tot gezonde voeding vormt, verder af.

Macromodellen en scenario-evaluaties hebben gewezen op de effecten van de COVID-19 crisis in landen die al voor de crisis worstelen met meerdere en onderling samenhangende problemen zoals de effecten van klimaatverandering, politieke onrust en migratiekwesties. Een ‘Knowledge Community of Practice’ onder leiding van WUR voegt hieraan een gedetailleerder inzicht in de impact voor voedselsystemen toe. Dit kan belanghebbenden helpen relevante actie te ondernemen om te voorkomen dat de huidige pandemie zal leiden tot grote voedsel- en voedingscrises.

Vrouwen in informele sectoren staan onder enorme druk

De vier landenstudies tonen aan dat de positie van vrouwen, waarvan de meerderheid werkt in informele sectoren zoals de handel in voedsel en de dienstensector, enorm wordt getroffen. Aan de ene kant worden vrouwen hard geraakt door het enorme verlies aan banen als gevolg van COVID-19-maatregelen. Aan de andere kant moeten ze oplossingen bedenken en voedsel vinden voor kinderen en andere gezinsleden die thuisblijven nu de scholen gesloten zijn en er geen seizoensarbeid kan worden verricht.

Het zijn niet alleen de vrouwen, maar ook tijdelijke arbeidskrachten– vaak jongeren met weinig spaargeld en bezittingen – die geen werk en inkomen meer hebben. Inge Brouwer, Universitair Hoofddocent International Voeding en leider van internationaal onderzoek naar Voedselsystemen voor Gezonde Voeding (A4NH) aan de WUR: “Vrouwen en jongeren zijn cruciale drijfveren voor de toegang van gezinnen tot gezonde en voedzame voeding. Velen van hen ervaren nu inkomensdalingen en zijn niet in staat te zorgen voor genoeg voedsel voor hun gezinnen. Dit heeft enorme gevolgen voor de voedselzekerheid en ook voor de voedingspatronen van hele gezinnen, met verwoestende gevolgen voor de gezondheid van kinderen.”

Over gekookte groenten en dierlijke voedingsproducten doen mythes de ronde dat zij COVID-19 veroorzaken.
Inge Brouwer, Universitair Hoofddocent International Voeding

Komend seizoen onzeker

Het gebrek aan werk en toegang tot cruciale productiemiddelen zoals zaaizaad en kunstmest vormen ook een ernstige bedreiging voor de voedselsystemen in de vier bestudeerde landen. De mobiliteits­maatregelen als gevolg van COVID-19 belemmeren het reizen van handelaren en seizoenarbeiders, én de handel in cruciale productiemiddelen. Hoewel de voedselzekerheidssituatie op dit moment nog aanvaardbaar is, zijn er zorgwekkende signalen dat de productiviteit in het huidige teeltseizoen lager zal zijn en dat de productie van voedzame producten zoals vers fruit en groenten afneemt. Zo wordt in Bangladesh gevreesd dat de winteroogst veel zwaarder getroffen zal worden dan de huidige cyclus.

Afnemende beschikbaarheid van en vertrouwen in bederfelijke voedingsmiddelen

Brouwer en haar team hebben gewerkt aan een grondige evaluatie, samen met een panel van deskundigen in Bangladesh. Brouwer: “Wat we in Bangladesh zien is dat vooral de productie en distributie van bederfelijke voedingsmiddelen onder druk staan: de toeleveringsketen van bijvoorbeeld melk was al kwetsbaar en was een van de eerste producten waarvan de distributie en dus aanschaf door consumenten te lijden had onder de COVID-19-maatregelen. Daarnaast wantrouwen mensen de voedselveiligheid van gekookte groenten en dierlijke voedingsproducten zoals eieren, vlees en vis. Over deze voedingsmiddelen doen mythes de ronde, dat zij COVID-19-besmettingen veroorzaken. Het is van groot belang dat we duidelijk maken dat dit niet het geval is en dat deze voedingsmiddelen van cruciaal belang zijn voor de voeding en dus gezondheid van mensen.”

De aanpak van WUR voegt breedte en een systematische aanpak toe aan het werk dat we hebben verricht
Steve Godfrey, directeur beleid en externe communicatie bij GAIN

Onmiddellijk actie ondernemen met partners

Een van de vele partners die betrokken zijn bij dit project is de Global Alliance for Improved Nutrition (GAIN). Steve Godfrey, directeur beleid en externe communicatie bij GAIN: “Veel discussies zijn gericht op de wereldwijde voedselzekerheid en de voedselketen. Er is weinig aandacht besteed aan economische uitval in de informele sector en aan de voedingswaarde van voedingsmiddelen die toegankelijk blijven voor mensen. Ook de effecten op het midden- en kleinbedrijf (MKB) in ontwikkelingslanden zijn enorm en vormen een grote bedreiging voor de voedselsystemen. MKBs, vaak voedselverwerkers en -distributeurs, zijn cruciaal voor het toevoegen van waarde aan het voedsel dat wordt geproduceerd en beschikbaar is voor consumenten. Ze zijn zeer afhankelijk van kredieten, investeringen en technische ondersteuning en hebben dus volledige aandacht nodig om veerkrachtige voedselsystemen te kunnen garanderen.

GAIN en WUR, beiden actief in landen zoals onderzocht in de studies, en hun verschillende partners, hebben nu hun informatie en netwerken met elkaar verbonden. Godfrey: “We waren al bezig de effecten op het voedselsysteem te analyseren, maar de methodologische benadering van WUR voegt breedte en een systematische aanpak toe aan het werk dat we hebben verricht. Samen kunnen we een veel groter verschil maken en onmiddellijke actie bewerkstelligen.”

Wereldwijde partnerschappen en follow-up

De snelheid waarmee deze inzichten zijn samengekomen is het resultaat van een snelle, bereidwillige betrokkenheid van veel (lokale) partners met diepgaande specifieke kennis over het betreffende land, gecombineerd met de gestructureerde synthese en analyse van WUR waarbij een voedselsystemenaanpak wordt gehanteerd. Alle partners, en het gevolgde proces, zijn te vinden op de webpagina met landenstudies. WUR en partners blijven werken aan sector- en landenstudies via de Knowledge Community of Practice, die wordt gefaciliteerd door het Netherlands Food Partnership en de GAIN om te helpen de gezamenlijke acties van Nederlandse ontwikkelingsorganisaties te coördineren als reactie op de COVID-19-crisis.