Nieuws

Late voorjaarsvorst vormt een risico voor Europese en Aziatische bossen

article_published_on_label
15 mei 2020

Door de klimaatverandering is er meer kans op vorst in het late voorjaar in gebieden waar planten niet aangepast zijn aan zulke plotselinge temperatuurswisselingen. Daardoor is er meer risico op schade in bepaalde bossen in Europa en Azië. Dat blijkt uit een wereldwijd onderzoek van Crowther Lab en onder meer Wageningen University & Research. Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.

Door de toegenomen warmte in het vroege voorjaar komt er eerder blad aan de bomen. Uit recente schattingen blijkt dat het moment waarop bomen in het blad komen gemiddeld wel twee weken naar voren kan verschuiven in de rest van de eeuw. Bomen die al vroeg in het blad staan lopen een groter risico op ernstige schade door late voorjaarsvorst, omdat jonge bladeren kwetsbaarder zijn voor bevriezing. Uit het nieuwe onderzoek blijkt dat zulke late vorst in het voorjaar steeds vaker voorkomt en tot schade kan leiden bij bomen die al in blad staan.

Voorspellen van toekomstige scenario's

De risicotoename is het opvallendst in gebieden waar vorst normaal gesproken zelden voorkomt in het late voorjaar: in kustgebieden en oostelijke delen van Europa en Oost-Azië. In die gebieden zijn veel lokale bomen ‘opportunistisch’, wat wil zeggen dat ze al na een korte warme periode blad krijgen. Klimaatverandering lijkt de verhouding tussen late voorjaarsvorst en de manier waarop bomen omgaan met vorst te verstoren. Daarom verwachten de onderzoekers dat 35 procent van de gematigde bossen in Europa en 26 procent van de gematigde bossen in Azië in de toekomst steeds kwetsbaarder worden voor voorjaarsvorst.

Gevolgen van vorstschade voor economie- en klimaatverandering

Bij de opwarming van de aarde wordt vaak gedacht aan te warm weer en hittegolven in de zomer. Door de klimaatverandering worden echter allerlei extreme weersomstandigheden verergerd, waaronder ook plotselinge periodes van kou. In Washington DC ging in maart 2017 bijvoorbeeld de helft van de beroemde kersenbloesems verloren door een kouperiode, die volgde op een ongewoon warme februari. In datzelfde jaar kende West-Europa een uitzonderlijk warme periode waardoor de vegetatie uitliep, gevolgd door late voorjaarsvorst in april. Door deze vorst ontstond ernstige schade aan wilde planten en gewassen. Volgens MunichRe bedroeg het economische verlies naar schatting 3,3 miljard euro, waarvan slechts 18 procent verzekerd was. De verminderde fotosynthese als gevolg van bladbeschadiging draagt ook bij aan een toename van CO2 in de atmosfeer. Beschadigde bomen nemen namelijk minder CO2 op.

Vorstpatronen en planteigenschappen in kaart gebracht

In het nieuwe onderzoek, waarbij gebruikt is gemaakt van big data, zijn de  uurstemperaturen over de hele wereld gedurende een periode van 60 jaar geanalyseerd en is voor bijna 1.500 bomensoorten in kaart gebracht hoe gevoelig ze zijn voor vorst. Door de jaarlijkse vorst en de eigenschappen van planten op wereldwijde schaal aan elkaar te koppelen, konden de onderzoekers voorspellen hoe kwetsbaar bossen zijn voor late voorjaarsvorst door klimaatverandering.

Noord-Amerika

Deze korte koudeperiodes komen over het algemeen vaker voor in Noord-Amerika dan in Europa en Azië. Dat komt met name doordat er in Noord-Amerika geen bergketens van oost naar west lopen, waardoor warme lucht van de Golf van Mexico en koude lucht uit het poolgebied zich ongehinderd over het continent kunnen verplaatsen. Dat leidt tot grote temperatuurschommelingen in korte tijd.

Uit het onderzoek blijkt ook dat veel bomen in gebieden waar voorjaarsvorst van oudsher regelmatig voorkomt, zoals Noord-Amerika, beschikken over bepaalde beschermende maatregelen. Deze ‘voorzichtige’ bomen komen pas in het blad als ze voldoende warmte hebben gehad. Die voorzichtigheid levert een waardevolle verzekering tegen vorstschade op, die invloed kan hebben op hun groei, voortplanting en overleving.