Nieuws

Samen met ziekenhuizen antibioticaresten in water te lijf

Published on
12 oktober 2021

In 2050 overlijden er waarschijnlijk meer mensen aan infecties door antibioticaresistente micro-organismen dan nu aan kanker, voorspelt de WHO. Eén van de oorzaken is dat ziekenhuizen en andere zorginstellingen ongecontroleerd antibiotica afvoeren via het riool, óók in Nederland. Wageningen Food & Biobased Research werkt, o.a. samen met het Nederlands Consortium Antibiotica- en Medicijnresten uit Water, op meerdere fronten aan oplossingen voor dit omvangrijke probleem.

De WHO betitelt antibioticaresistentie (AMR) als een van de grootste wereldwijde bedreigingen voor de gezondheid en voedselveiligheid. Volgens het WHO-rapport No Time to Wait kosten resistente bacteriën wereldwijd nu al het leven van 700.000 mensen per jaar. Dit aantal kan in 2050 zijn opgelopen tot jaarlijks meer dan 10 miljoen overledenen doordat antibiotica dan niet meer werken. Eén van de oorzaken is dat antibiotica en resistente bacteriën zich ongestoord via het oppervlaktewater kunnen verspreiden. Op basis van een pilot, heeft het Nederlands Consortium Antibiotica- en Medicijnresten uit Water becijferd dat in Nederland mogelijk 40% hiervan afkomstig is van afvalwater van ziekenhuizen. Dit consortium wordt geleid door AMR Insights, EWS en de coalitie duurzame farmacie (Bogin, VIG, Neprofarm en KNMP).

Bestaande oplossingen zijn duur

Nederlandse ziekenhuizen zijn zich bewust van het probleem. Tegelijkertijd doen de meeste ziekenhuizen er nog te weinig aan, zo blijkt uit de meest recente Milieuthermometer Zorginstellingen en Ziekenhuizen. Daarin speelt mee dat bestaande oplossingen duur zijn. Toch zijn er enkele ziekenhuizen die een complete zuiveringsinstallatie gebouwd hebben waarin het afvalwater wordt behandeld. “Deze grootschalige, decentrale oplossingen zijn een effectief, maar kostbaar redmiddel dat veel ruimte inneemt en daarmee alleen werkt bij grote ziekenhuizen”, aldus Irma Steemers, programmamanager Water Treatment & Technology van Wageningen Food & Biobased Research. Er zijn volgens haar ook al wel kleinschaliger oplossingen beschikbaar, maar daarvan is de effectiviteit nog onvoldoende aangetoond. Ook blijft implementatie achter bij de noodzaak hiervan. De waterschappen werken aan centrale oplossingen voor verwijdering van micro-verontreinigen zoals geneesmiddelen. De daarvoor benodigde technologie is echter duur en deze wordt alleen voorzien bij waterzuiveringen die als zogenaamde hotspots zijn aangemerkt. Daarmee wordt echter slechts ten dele een oplossing geboden voor het ontstaan van antibioticaresistentie. Het blijft dus nuttig om te werken aan decentrale oplossingen met emissiepreventie bij de bron.

Overeenkomsten met glastuinbouw

Het probleem van medicijnresten in het afvalwater van ziekenhuizen vertoont volgens Steemers grote overeenkomsten met het probleem waar de glastuinbouw tot voor kort mee kampte. Doordat er via glastuinbouwbedrijven grote hoeveelheden nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater terechtkwamen, heeft de sector in 2012 het initiatief genomen om samen met bedrijven, kennisinstellingen en overheden tot een breed gedragen oplossing te komen. Deze samenwerking heeft geleid tot betaalbare, gecertificeerde en zelfs verplichte waterzuiveringstechnieken waarmee ten minste 95 procent van de werkzame stoffen uit het water wordt verwijderd. Uiteindelijk moet dit in 2027 resulteren in een goede kwaliteit van het oppervlaktewater in Nederland die tevens voldoet aan de Europese Kaderrichtlijn Water.

Consortium met steun van Invest.NL

Kan deze gezamenlijke aanpak in navolging van de glastuinbouw ook worden toegepast in de ziekenhuiswereld? “Ja”, verwacht Steemers. “En niet alleen in ziekenhuizen, maar ook in andere zorginstellingen, zoals verpleeghuizen en opvangtehuizen voor gehandicapten. Het Nederlands Consortium Antibiotica- en Medicijnresten uit Water is gestart met een door Invest.NL gefinancierd onderzoek om in Nederland de aard en de omvang van het probleem bij verschillende soorten zorginstellingen in kaart te brengen. De volgende stap is dan om samen met de ketenpartijen tot breed toepasbare en betaalbare oplossingen te komen die ook nog eens makkelijk aan te passen zijn aan de verschillende schaalgroottes.”

Het Nederlandse Consortium Antibiotica- en Medicijnresten uit Water bestaat nu uit 18 partijen uit de watersector, de gezondheidszorg en de geneesmiddelensector, aangevuld met kennis- en onderzoeksinstellingen waaronder Wageningen Food & Biobased Research. Het Consortium wil het probleem aanpakken door allereerst antibiotica- en medicijnresten zo goed mogelijk uit het afvalwater te halen. Daarnaast moeten ook de ziekteverwekkende bacteriën en plasmiden – genetische dragers van resistentie – uit het water worden verwijderd om het ontstaan en de verspreiding van antimicrobiële resistentie (AMR) zoveel mogelijk te voorkomen. Dit vraagt naast decentrale oplossingen in het afvalwater van ziekenhuizen ook om een centrale aanpak ‘aan het eind van de pijp’ in rioolwaterzuiveringsinstallaties. Het Consortium onderzoekt technieken om te voorkomen dat antibiotica en antibioticaresistente genen in het afvalwater terechtkomen, bijvoorbeeld door deze al in het toilet af te vangen.

Bacteriën trainen

Volgens Irma Steemers kan de zorgsector het succes van de glastuinbouw evenaren: “Veel beproefde chemische technologieën om schadelijke stoffen onschadelijk te maken of te binden, zijn ook in ziekenhuizen en andere zorginstellingen toepasbaar. In Wageningen zetten we vooral in op hybride en biologische, milieuvriendelijke methoden om medicijnresten uit afvalwater te verwijderen. We beschikken over een platform met verschillende bacteriële stammen die we zo kunnen trainen dat ze de meest recalcitrante stoffen kunnen afbreken en onschadelijk maken. Hiervoor laten we deze bacteriën in het lab eerst wennen aan deze stoffen. Wat je vervolgens ziet, is dat iedere volgende generatie bacteriën daar steeds beter in wordt. De eerste laboratoriumresultaten met medicijnresten zijn veelbelovend. Samen met het Consortium is een Topsector-subsidie voor vervolgontwikkeling en toepassing aangevraagd.”