Project

Call for partners: Circulaire agrifood productie met anti-parasitica en azool fungiciden

De F2F ambities zijn 50% reductie van contaminanten, gewasbeschermings- en diergeneesmiddelen in 2030, geen meetbaar schadelijk effect op het ecosysteem in 2050. Dit heeft ook consequenties voor de Europese Kaderrichtlijn Water. In dit project richten we (Wageningen Food Safety Research, CLM en WU-Environmental Technology) ons op azole-fungiciden en antiparasitica, vanwege hun negatieve effect op bodem- en waterleven. We onderzoeken de risico’s van deze stoffen in een circulair agrifoodsysteem en ontwikkelen tools om emissie naar het natuurlijke ecosysteem te verminderen.

Doel en resultaten

Het doel van dit project is om de belemmeringen voor kringlooplandbouw
als gevolg van emissies van contaminanten naar bodem, water en lucht te
beperken. Dit doen we door: 1) meer inzicht te creëren in ophoping in of lekkage van anti-parasitica en azolen uit een circulair agrifoodsysteem; 2) meer inzicht in de milieueffecten en levenscycli van deze stoffen in een circulair systeem, hun effect op diergezondheid, plantgezondheid en de biodiversiteit van bodem en water; 3) en door tools te ontwikkelen die bijdragen aan het inrichten van circulaire, emissiearme, dierlijke en plantaardige productieketens en helpen emissies binnen en uit het agrifoodsysteem te verlagen.

Globale aanpak

De essentie van een circulair agrifoodsysteem is dat het op een zo klein mogelijk schaalniveau een gesloten systeem is, niet alleen voor nutriënten, maar ook voor emissies van chemische residuen. De aanpak voor het terugdringen van emissies binnen en over de grens van een circulair agrifoodsysteem sluit aan bij de LNV Visie Waardevol en verbonden, bouwt voort op de kennis verkregen uit het project Kennis Impuls Water Kwaliteit en draagt bij aan onder andere de KRW doelstellingen. De aanpak bestaat uit drie componenten (zie ook figuur):

  1. Door monstername, metingen en het benutten van laboratorium-modellen duidelijkheid krijgen over de schadelijkheid van de huidige inzet van antiparasitica en azolen op het circulaire agrifood systeem;
  2. Bij gebleken schadelijke neveneffecten het gebruik van de middelen reduceren en waar mogelijk voorkomen door a) managementmaatregelen te adviseren, b) schadelijkheid van de stoffen inzichtelijk te maken en c) alternatieve stoffen te testen op effectiviteit;
  3. Bij noodzakelijk gebruik van de middelen de schadelijke neveneffecten binnen het circulaire agrifood systeem beperken door via biodegradatie de stoffen af te breken, in bodem, mest of zelfs in granen of stro.

Geïnteresseerd? Laat het ons weten!

Alle geïnteresseerden zijn welkom om deel te nemen aan deze meerjarige (max. 4 jaar) Publiek Private Samenwerking (PPS). Vooral waterschappen, landbouworganisaties, partijen in dierlijke (varkens en melkvee) productieketen, biotechnologiebedrijven gespecialiseerd in afbraak van chemische residuen worden uitgenodigd om te reageren. We streven naar een overheidsfinanciering van
50% en een cofinanciering vanuit de industrie van 50% (waarvan maximaal de
helft een bijdrage in natura kan zijn).