Nieuws

Hogere activiteit in vleeskuikens met een goede loopscore

article_published_on_label
9 augustus 2021

De activiteit van vleeskuikens is gerelateerd aan hun loopscore, maar met alleen activiteitsmetingen kunnen vleeskuikens met een goede of een suboptimale loopscore nog niet volledig worden onderscheiden. Dat is de hoofdconclusie van een onderzoek door Wageningen Livestock Research.

Activiteitsmetingen en loopscores

Loopscores worden gebruikt bij vleeskuikens als indicatie van pootgezondheid. Deze loopscores worden vaak handmatig bepaald, wat veel tijd kost en deels subjectief is. Daarom is er interesse in alternatieve kenmerken die geautomatiseerd kunnen worden gemeten en mogelijk pootgezondheid kunnen voorspellen, zoals activiteit.

Met een automatisch systeem, geïmplementeerd in het Breed4Food project ‘Individual Tracking’, is individuele activiteit van 137 vleeskuikens gemeten in de periode van ongeveer 16 tot 32 dagen oud. Na deze volgperiode werd door een expert een loopscore van nul (best) tot vijf (slechtst) aan elk kuiken toegekend. Loopscores van 0-2 werden gezien als “goed” en loopscores van 3-5 als “suboptimaal”.

Vleeskuikens met een goede loopscore lijken actiever

De activiteit van kuikens met een goede loopscore werd vergeleken met die van kuikens met een suboptimale loopscore. Kuikens met een goede loopscore hadden een hogere activiteit, zowel aan het begin van de volgperiode als aan het eind van de volgperiode als gemiddeld over de gehele volgperiode. In vervolganalyses werd ook het lichaamsgewicht van de kuikens meegenomen, gebaseerd op een classificatie als licht of zwaar op basis van het gewicht op ongeveer twee weken oud, evenals de dag waarop werd gemeten, de ronde en de kruising van de kuikens. Binnen de lichte kuikens waren de kuikens met een goede loopscore opnieuw actiever dan de kuikens met een suboptimale loopscore. Voor de zware kuikens was er geen verschil in activiteit.  

Conclusie

Deze studie laat zien dat vleeskuikens met verschillende loopscores verschillen in hun gemiddelde activiteitsniveau. Wel was er veel overlap in activiteitsniveaus tussen de twee loopscoregroepen, waardoor het lastig is om vleeskuikens met verschillende loopscores van elkaar te onderscheiden op basis van alleen activiteit. Meer onderzoek is nodig om in de toekomst mogelijk volledig onderscheid tussen vleeskuikens met goede en suboptimale loopscores te kunnen maken. 

Dit onderzoek was een samenwerking tussen WUR, Universiteit Utrecht, Cobb Europe en Breed4Food en is recentelijk gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Poultry Science.