Project
HAR antigenen
Aviaire influenza (AI), ofwel vogelgriep, is een Influenza A virus en er worden verschillende subtypen onderscheiden op basis van twee eiwitten die op het oppervlak van het virus aanwezig zijn: Haemagglutinine (HA) en Neuraminidase (NA).
HAR-test
Alleen virussen met subtype H5 en H7 zijn aangifte- en bestrijdings-plichtig. In Nederland worden alle pluimveebedrijven minimaal één keer per jaar getest op aanwezigheid van antilichamen tegen AI. Antilichamen tegen H5 of H7 worden aangetoond door middel van de wettelijk voorgeschreven Haemagglutinatie Remmingstest (HAR). Deze test maakt gebruik van twee verschillende virussen als antigenen voor zowel H5 als H7. Dus voor detectie van H5 antilichamen wordt gebruik gemaakt van bijvoorbeeld H5N3 en H5N2 antigenen. Dit is noodzakelijk omdat er kruisreactie kan optreden op basis van het N-subtype, wat kan leiden tot een vals-positieve uitslag. Wanneer de HAR positief is voor H5 of H7 dan leidt dit tot een verdenking, het bedrijf gaat dan tijdelijk op slot en wordt bemonsterd door de NVWA, waarna de monsters worden getest op aanwezigheid van het AI virus.
Project
In dit project onderzoeken we twee methoden om specifieke antigenen te produceren voor de HAR, die geen kruisreactie op basis van het N-subtype kunnen veroorzaken. De eerste methode is de productie van een recombinant H5 virus dat het NA-eiwit van Influenza B bevat. De tweede methode onderzoekt het gebruik van nanoparticles met alleen het HA-eiwit als antigeen in de HAR. Gebruik van deze nieuwe antigenen in de HAR zal leiden tot minder vals-positieve uitslagen, waarmee wordt voorkomen dat een onterechte verdenking van AI ontstaat.