Project

Habitatrichtlijnrapportage

Dit project bestaat uit drie onderdelen, die elk direct dan wel indirect bijdragen aan een verbetering van de Habitatrichtlijnrapportage artikel 17 (de volgende rapportage is in 2025[1]).

Het ministerie van LNV is eindverantwoordelijk voor zowel de HR-rapportage artikel 17 als het Standaard Gegevensformulier Natura 2000. Provincies zijn verantwoordelijk voor - een deel van - de informatie, die nodig is voor desbetreffende rapportages. De WOt IN ondersteunt het ministerie van LNV bij het vaststellen van referenties en maatlatten voor de beoordelingen van de staat van instandhouding van HR-soorten en habitattypen en bij het ontwikkelen van data-analysemethoden ten behoeve van desbetreffende beoordelingen. De WOt IN werkt samen met het CBS en soortenorganisaties.

Het CBS brengt statistische kennis in. Afstemming vindt ook plaats met het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM), zodat de meetdoelen uiteindelijk een plaats vinden binnen dit netwerk, zoals afgesproken in de Stuurgroep Monitoring Natuur. Dit project bestaat uit drie deelprojecten, te weten 1) Actualisatie van gunstige Referentiewaarden voor HR-soorten en habitattypen, 2) Verder uitwerken en verbeteren beoordelingsmethodiek S&F habitattypen en 3) Actualisatie van het Standaard Gegevensformulier Natura 2000. Alle projecten dragen direct dan wel indirect [2] bij aan een verbetering van de rapportages voor Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn.

[1] Er loopt wel een discussie op EU niveau over het vervroegen dan de HR artikel 17 rapportage (pers. com. Annemiek Adams.

[2] De SDFs dragen niet direct/maar deels bij aan de HR-rapportage, maar onderlinge afstemming van deze twee rapportages is wel wenselijk. De oppervlakte van de habitattypen voor de HR artikel 17 rapportage zijn/kunnen in principe voor een groot deel uit de SDFs worden afgeleid.

Publicaties