Afstudeeronderzoek - Vlinders en de evolutie
In mijn dromen reisde ik als Darwin de wereld over om nieuwe soorten te ontdekken. Tijdens mijn studie Biologie verdiepte ik me in de evolutionaire processen die allemaal een rol spelen als het om soortvorming gaat. Er zijn veel spectaculaire voorbeelden uit de natuur. “Co-evolutie”, waarbij twee verschillende soorten elkaars evolutie als het ware sturen, heeft me altijd zeer gebiologeerd, dus deed ik een afstudeervak in die richting.
"Ik deed veldwerk in Ghana. Met een vlindernetje en een plantenpers trok ik de jungle in om vlinders en planten te verzamelen die door evolutie heel erg van elkaar afhankelijk zijn geworden. Vervolgens ging ik deze in het lab in Wageningen uitwerken. Om de evolutionaire geschiedenis te bepalen, kan je aan de hand van het vergelijken van bepaalde delen in het DNA, zogenaamde genen, een evolutionaire stamboom maken. Ik ging op zoek naar bruikbare genen in het DNA van de planten, en werkte met ingewikkelde software om uiteindelijk tot een de stamboom te komen. Daaruit kon ik uiteindelijk de evolutionaire geschiedenis aflezen."
"De combinatie van veldwerk, labwerk en analyseren vond ik heel leuk. Met een onderzoek duik je echt de diepte in om een bepaald onderwerp door en door te begrijpen. Dat is uitdagend. Maar als ik door de jungle liep en de zon kwam op, dan bedacht ik me, klam van het zweet, bedolven onder de muggen, waar ik het allemaal voor doe: om het leven te begrijpen en te behouden. Het is zo belangrijk om te weten hoe soorten ontstaan en evolueren, op die manier kunnen we voorspellen hoe soorten gaan reageren op bijvoorbeeld klimaatverandering."