Met mastspuit betere bescherming tegen ziekten en minder drift

Een reductie van drift van 95 tot 99 % en tegelijk een betere bescherming van laanbomen tegen ziekten. Dat is het resultaat van de mastspuit, een nieuwe spuittechniek, die Praktijkonderzoek Plant en Omgeving heeft ontwikkeld samen met een aantal partners.

Laanbomentelers zetten normaliter de axiaalspuit in als zij hun bomen willen beschermen tegen ziekten en plagen. Deze spuit kent echter twee grote nadelen. Als de telers deze spuit blijven gebruiken kunnen ze maar moeilijk voldoen aan de eisen van de overheid: 90 procent minder drift dan in 1998. Daar komt bij dat deze axiaalspuit niet hoger komt dan een meter of vier. Daarboven kan een ziekte of plaag zich dus in de hoge bomen vrijelijk ontwikkelen.

Een nieuwe spuit ontwikkelen

Onderzoekers van PPO en Plant Research International hebben samen met Damcon en een aantal telers een nieuwe spuit ontwikkeld. Deze mastspuit is 5,60 meter hoog, heeft 34 spuitdoppen aan twee kanten en komt daardoor tot het topje van de meeste bomen.

Bovendien is deze spuit uitgerust met sensoren. Die detecteren of er groen aanwezig is. Zodra er een open ruimte tussen de bomen is gaat het dopje dicht.

Tot aan de top van de boom

Meetresultaten laten zien dat het blad van de bomen tot op 6 meter bereikt wordt. Hooguit 5 tot 6 procent van het blad wordt niet geraakt. Een axiaalspuit raakt vanaf de eerste meter al het blad in de kroon, maar boven de 3 meter raakt het geen enkel blad meer.

Grootste nadeel van de mastspuit is de prijs. Op dit moment is er alleen een prototype dat tegen de 20.000 euro kost. Dat is veel duurder dan de axiaalspuit, die 4000 tot 6000 euro kost. Wel heeft Damcon samen met een kweker een mini-mastspuit ontwikkeld, die ongeveer de helft kost van de grote mastspuit. Deze mini-mastspuit reikt tot ongeveer 5 meter hoog en bevat geen sensoren.