Blogpost

BLOG - Het gewicht van het menselijke gezicht

article_published_on_label
1 oktober 2014

In een recente aflevering van Zomergasten met wiskundige en wetenschapsjournaliste Ionica Smeets kwam ter sprake dat grote getallen als miljard en biljoen weinig behapbare betekenis bevatten. We kunnen slecht uit de voeten met dergelijke grootheden. Menselijk bevatbare proporties bestaan uit kleinere eenheden, liefst ook voorzien van emoties en individuele consequenties om ze werkelijk betekenisvol en herkenbaar te maken. Ik ervaar dat ook als ik grote getallen lees. Getallen over lichtjaren en afstanden in de kosmos doen me duizelen. Je voelt je lost in space.

Maar ook op wereldschaal schieten cijfers al snel te kort. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor overgewicht. Terwijl voedselzekerheid op wereldschaal een groot thema is, lopen tegelijkertijd de schattingen over het aantal mensen met overgewicht op tot boven de twee miljard. Een twee met negen nullen is vooral een abstracte eenheid. Dat dit getal betekent dat zo’n beetje een op de drie wereldburgers te zwaar is, geeft weliswaar perspectief aan de omvang van overgewicht maar maakt de ernst en urgentie ervan niet echt invoelbaar. Het laatste lukt kennelijk beter wanneer een onderwerp als overgewicht een menselijk gezicht krijgt.

Big brother

De Amerikaanse schrijfster Lionel Shriver levert hier een geslaagd voorbeeld van. In haar roman Big brother (2013) speelt overgewicht een hoofdrol. Shriver heeft in werkelijkheid haar broer vroegtijdig verloren aan de gevolgen van ernstig overgewicht. Blijkbaar geeft een dergelijke dramatische gebeurtenis pas voldoende aanleiding om zwaarlijvigheid als thema in de non-fictie te nemen; het is opvallend dat romanciers zelden overgewicht laten figureren in hun proza. De onmiskenbare aanwezigheid van overgewicht in een samenleving als de Amerikaanse heeft tot dusverre geen kast vol obilit opgeleverd. In Big brother is er ruime literaire aandacht voor de persoonlijke worstelingen en relationele spanningen die met excessief overgewicht gepaard gaan. In Shrivers boek wordt het dikzijn gekoppeld aan verwijt en mededogen, aan het opblazen van de eigenwaarde en zelfhaat, aan onverschilligheid en frustratie, aan doodzwijgen en vernedering. De strijd met en tegen de kilo’s is geen niemendalletje; de verhouding tot eten is verziekt. Wat de roman knap laat zien, zijn uiteenlopende menselijke reacties op en redeneringen over overgewicht. De verhulde oorzaken en de ontredderende gevolgen van corpulentie komen via de personages heel direct op je af.

Obesogene samenleving

In De obesogene samenleving (2007) wees ik er al op dat overgewicht niet alleen gaat over globale cijfers en analyses, maar ook over alledaagse ongemakken. Met zwaarlijvigheid boet je kwaliteit van leven in als je eraan hecht met enig gemak trappen te lopen, met plezier te sporten of zonder ademnood boodschappen te doen. Anders gezegd, de ernst van overgewicht en obesitas is behalve een kwestie van serieuze gezondheidsklachten en -kosten, ook een zaak van persoonlijk ongemak en sociale ontwrichting in diverse gradaties. Deze laten zich vaak niet goed zien of meten, maar zijn daarmee niet minder ingrijpend, verontrustend of treurig.

Menselijke maat

De zeggingskracht van de menselijke maat komt niet altijd tot zijn recht. Denk bijvoorbeeld aan de hype ruim een jaar geleden toen in Saoedi-Arabië een 20-jarige jongen met een vorkheftruck uit zijn huis werd getild. Deze Khalid Mohsen Shaeri behoorde met zijn ruim 600 kilo tot de mondiale zwaargewichten. De voorgevel van Khalids huis moest eraan geloven om de jongeman uit zijn verblijf te takelen dat hij al enkele jaren niet meer had weten te verlaten. (Khalid is na de kortstondige media-explosie overigens snel uit beeld verdwenen, op een enkel bericht een halfjaar later nadat hij intussen 320 kilo kwijt is en hard op weg wereldkampioen gewichtsverlies te worden). Een dergelijke personalisatie van overgewicht leidt gemakkelijk tot bagatellisering. Overgewicht is iets om je vrolijk over te maken of jezelf gerust te stellen dat het met jou niet zo erg gesteld is als met Khalid en diens kolossale gewicht. Reacties die sommige televisieprogramma’s over overgewicht in het slechtste geval ook oproepen.

Kennis met impact

Vraagstukken menselijke proportie geven is belangrijk om ze onder de aandacht te brengen en relevantie te geven. In de media zien we talrijke voorbeelden hiervan als via een reportage met human interest een actueel probleem of onderwerp van discussie wordt behandeld. Iedereen die een boodschap of overtuiging wil overbrengen weet dat een persoonlijke noot helpt om gehoor te vinden en sympathie te winnen. Toch reageren onderzoekers vaak terughoudend en neigen ze eerder tot abstraheren en generaliseren dan tot concretiseren en personaliseren. Hoewel hier goede redenen voor zijn, kunnen onderzoekers toch wat leren van de journalistiek en de literatuur. Dit geldt ook voor het LEI. We streven naar kennis met positieve impact op maatschappij en wetenschap. De zeggingskracht en indringendheid van ons onderzoek zullen erbij gebaat zijn als we onze cijfers en analyses een menselijk gezicht geven. Een inspirerend voorbeeld hiervan geven Harry Kortstee en collega’s in het onlangs verschenen rapport Het nieuwe veehouden (2014). Hierin zijn persoonlijke ontboezemingen en ervaringen te lezen van veehouders die verduurzamingspaden zijn ingeslagen.