Blogpost
Nieuwe verdienmodellen natuur en landschap komen tot leven
Het valt op dat door de natuurorganisaties in ons land vrij gelaten gereageerd is op het nieuwe natuurbeleid. Ondanks voorzichtige pogingen tot protest en gezamenlijk optrekken, lijkt het toch of de natuurbeweging als een geslagen bokser in de touwen hangt in afwachting van wat haar nog meer te wachten staat. Of is dat maar schijn? Feit is dat overal fors geïnvesteerd wordt in nieuwe coalities rond het beheer van natuur en landschap.
Meest opvallend daarbij is dat er tussen boeren en natuurbeschermers nieuwe coalities gezocht en gesloten worden, die voorheen niet of nauwelijks denkbaar waren. Zo zet Staatsbosbeheer in haar samenwerking met boeren nu ook in op het verpachten van haar grond (op erfpachtbasis) aan gecertificeerde natuurboeren. Verder is zij in onderhandeling met agrarische natuurverenigingen om een deel van haar gronden te laten beheren. Daar staat tegenover dat zij de pachtcontracten met gangbare boeren op een zakelijker wijze wil vormgeven. Dat wil zeggen dat zij daar meer geld mee wil verdienen. En geef haar eens ongelijk.
Een nog interessantere vorm van samenwerking tussen boeren en natuurbeschermers ontwikkelt zich momenteel in de Krimpenerwaard. Een aantal boeren heeft daar een natuurcoöperatie gevormd, waarmee zij in gezamenlijkheid natuurgrond in het gebied wil gaan beheren. De provincie Zuid-Holland heeft onlangs toegezegd dat zij per 1 januari 2013 proef mogen gaan draaien met een pilot van 70 hectare grond. Mede op basis van de gesprekken hierover komt er momenteel een dialoog op gang tussen de natuurcoöperatie en het Zuid-Hollands Landschap, de tereinbeheerder in het gebied, waarmee in gezamenlijkheid naar het toekomstige natuurbeheer in de hele Krimpenerwaard wordt gekeken. Ook daar liggen nu opties op tafel om grond van het Zuid-Hollands Landschap op termijn te laten beheren door gecertificeerde natuurboeren die lid zijn van de natuurcoöperatie. LEI denkt en praat daar volop over mee.
Dergelijke nieuwe samenwerkingsverbanden ontwikkelen zich nu ook rond het beheer van recreatiegebieden. Ook daar is het LEI volop mee aan de slag. Zowel de terreinbeheerders als de recreatieschappen worden door de bezuinigingen gedwongen om te bezien hoe dat beheer in de toekomst nog vorm te geven en te financieren is. In een aantal gebieden wordt daarbij in de richting van horeca- en recreatie-ondernemingen gekeken, maar ook daar heeft de landbouwsector zich gemeld. Enkele agrarische ondernemers hebben zich recent verenigd in de Werkgroep Stadsboeren en zij zijn momenteel met Staatsbosbeheer in gesprek over het beheer van recreatiegebieden met een soort van franchise formule.
Er gebeurt, kortom, momenteel heel veel in de wereld van het natuur- en landschapsbeheer in ons land. Wellicht dat de huidige crisis in het natuurbeleid leidt tot een soort van catharsis, waarmee de natuurbeweging sterker dan ooit terugkomt. Maar dan in een andere vorm en op een ander manier ingebed in de veranderende politieke en maatschappelijke ontwikkelingen. Taak voor een instituut als het LEI om die ontwikkelingen goed te blijven volgen en daar ook een bijdrage aan te leveren in de vorm van toegepast (actie-)onderzoek.