Nieuws

Beperking in toelating gewasbeschermings- middelen met imidacloprid

article_published_on_label
5 februari 2014

Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft bekendgemaakt dat is besloten tot beperking van de toelating van enkele imidaclopridhoudende gewasbeschermingsmiddelen. Aanleiding daartoe is nieuwe wetenschappelijke kennis over emissies en restwaterzuivering en recente onderzoek van Alterra naar het effect van imidacloprid op waterorganismen.

Imidacloprid is één van de neonicotinoïden waarvan de toelatingen vorig jaar zijn ingeperkt door de Europese Commissie wegens risico’s voor bijen. In 2013 hebben Ivo Roessink, Lemessa Merga, Hans Zweers en Paul van den Brink een studie gepubliceerd over het effect van imidacloprid op waterorganismen. Er was reden genoeg om de giftigheid van imidacloprid op het zoetwaterleven nader in kaart te brengen. De onderzoekers bepaalden van zeven zoetwatersoorten zowel de acute als chronische gevoeligheid voor imidacloprid. Ze deden dat voor onder andere vlokreeft, waterluis, bootsmannetje, pluimmug, schietmot en eendagsvlieg.

Uit deze studie bleek dat bepaalde waterorganismen, namelijk ééndagsvliegen, gevoeliger zijn voor chronische blootstelling aan imadcloprid dan eerder werd aangenomen. Hierover zei Paul van den Brink indertijd: “Er worden in ons land in ieder geval concentraties gevonden die rond de chronische EC50 liggen. Maar van deze concentraties weet je niet of ze langdurig voorkomen. Op dit moment vindt een herevaluatie plaats van het gebruik van imidacloprid door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Zij moeten deze data zeker toevoegen aan de risicobeoordeling.”

Het Ctgb stelt nu in een verklaring dat nieuw Nederlands onderzoek heeft uitgewezen dat niet alleen voor bijen maar ook voor waterorganismen de risico’s van imidacloprid groter zijn dan gedacht. Vooruitlopend op Europese besluitvorming heeft het Ctgb op basis van dit onderzoek de toelatingen van enkele middelen ingeperkt en het gebruik aan nadere voorwaarden verbonden. Het RIVM heeft inmiddels het bestaande model voor de maximaal toegestane belasting van imidacloprid in oppervlaktewater doorgerekend en geadviseerd een nieuwe, lagere norm vast te stellen. Aan de hand van deze norm zijn de middelen opnieuw beoordeeld. Bij de herbeoordeling is tevens gebruik gemaakt van de kennis over nieuwe zuiveringstechnieken voor de gesloten teelt. De ontwerpbesluiten zijn ter inzage gelegd.