Nieuws

Coronasteun aan telers heeft de Europese prijzen van diepvries aardappelproducten niet beïnvloed

article_published_on_label
28 oktober 2021

De corona-uitbraak in 2020 had een grote impact op de wereldwijde consumptie van diepvries aardappelproducten (FPP, frozen potato products), zoals friet, en daarbij op de productie van FPP in België, Frankrijk, Duitsland en Nederland. Toch zijn de prijzen van diepvriesaardappelproducten niet beïnvloed door de coronasteun die overheden aan aardappeltelers verstrekten.

Het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) heeft nooit inkomenssteun verleend aan telers van consumptieaardappelen, ook niet in of na de coronaperiode. Er is dus niet waargenomen dat overheidssteun van de Europese Unie of nationale overheden heeft geleid tot marktverstoring in de FPP-sector. Dit heeft Wageningen University & Research geconcludeerd in een onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van de European Potato Processors’ Association (EUPPA).

Geen effecten van coronamaatregelen op de prijzen

Overheden in slechts twee landen, België en Nederland, waar de meeste aardappelen verwerkt worden, hebben specifieke maatregelen genomen om de getroffen aardappeltelers of -verwerkers financieel te steunen, terwijl de overheden in de landen met de grootste aardappelproductie (Duitsland en Frankrijk) geen coronasteun verstrekten aan aardappeltelers.

De tijdelijke coronasteun van de overheid voor aardappeltelers in België en Nederland compenseerde maar een deel van de productiekosten van aardappelen. De steun dekte een beperkt deel van de totale aardappelmarkt (alleen gratis, niet-gecontracteerde aardappelen in de opslag die niet aan verwerkers verkocht konden worden). Omdat deze maatregelen achteraf aangekondigd werden, was het directe effect van de overheidssteun op de markt en prijsvorming van aardappelen nihil. Dit betekent tevens dat de nationale coronasteun geen invloed had op zowel de aardappelprijzen als de prijzen van diepvriesaardappelproducten, omdat de steun ter compensatie was van aardappelen die niet voor verwerking verkocht konden worden.

Geen GLB-steun voor consumptieaardappelenteelt

Daarnaast is gebleken dat er nooit GLB-steun is aangevraagd voor de teelt van consumptieaardappelen of de kosten ervan. Het GLB heeft zich sinds de Tweede Wereldoorlog van een algemeen ondersteuningssysteem voor agrarische productie in de EU ontwikkeld tot een reeks verordeningen voor duurzame, klimaat- en milieuvriendelijke landbouw en voor een leefbaar platteland in heel Europa.

Na de invoering van het GLB is de teelt van meerdere gewassen in de gemeenschappelijke marktordening (GMO) opgenomen en heeft deze gedurende tientallen jaren gekoppelde steun ontvangen. De teelt van consumptieaardappelen is, in tegenstelling tot zetmeelaardappelen, nooit opgenomen in de GMO en heeft daardoor nooit zulke steun ontvangen. Momenteel is alle steun voor de teelt van alle gewassen losgekoppeld van de productie (op enkele gevallen van vrijwillige gekoppelde steun in bepaalde lidstaten na, maar deze is in alle gevallen niet bestemd voor de teelt van consumptieaardappelen). GLB-steun heeft vandaag de dag de vorm van vaste tarieven, oftewel vaste vergoedingen, voor elke hectare landbouwgrond die voldoet aan bepaalde duurzaamheidscriteria.

Geen marktverstoring in de FPP-sector waargenomen

De Europese aardappelverwerkers waren uitgesloten van de tijdelijke coronasteun voor de aardappelsector. Daar komt bij dat ze nauwelijks profijt hebben van de lagere spotmarktprijzen van gratis aardappelen vanwege hun contractuele verplichtingen aan aardappeltelers voor het overgrote deel van hun benodigde middelen. Daardoor werden de verwerkers afhankelijk van de aankoop van duurdere aardappelen. In plaats daarvan kon een aantal verwerkers dat getroffen is door de coronacrisis gebruikmaken van algemene coronasteun (zoals belastingvoordelen en andere tijdelijke noodmaatregelen die op alle bedrijven in alle sectoren van toepassing waren) of andere regelingen voor tijdelijke werkloosheid. Dankzij deze maatregelen konden zij de coronacrisis overleven, maar deze hadden geen invloed op de FPP-prijzen.

Context van het onderzoek

De hoofdvraag van dit onderzoek was: Wat was de impact van coronasteun van nationale overheden en steun van de GLB voor telers van consumptieaardappelen in België, Frankrijk, Duitsland en Nederland op de prijzen van de verwerking van aardappelen en daarbij op de FPP-prijzen?

Een aantal overheden van Europese landen hebben op de corona-uitbraak gereageerd door op korte termijn getroffen aardappeltelers te steunen. Hierdoor ontstond de vraag of de aardappelprijzen en de prijzen van diepvriesaardappelproducten door de overheidssteun beïnvloed zijn. Deze vraag werd verder uitgebreid naar maatregelen van het GLB om landbouw in de Europese Unie te ondersteunen. Dit onderzoek concentreert zich op België, Frankrijk, Duitsland en Nederland; de landen in Europa waarin de meeste aardappelen en FPP worden geproduceerd en verwerkt. Duitsland en Frankrijk produceren jaarlijks de meeste hoeveelheden aardappelen, wereldwijd zijn België en Nederland leiders in de productie en export van diepvriesaardappelproducten.