Nieuws

Europees Hof legt nieuwe gentechnieken zoals CRISPR-CAS aan banden

article_published_on_label
26 juli 2018

Vandaag heeft het Europees Hof van Justitie besloten dat nieuwe genbewerkingstechnieken, zoals CRISPR-Cas, moeten worden gezien als genetische modificatie waarop strenge wetgeving van toepassing is. Dit heeft belangrijke gevolgen onder andere voor ontwikkeling van nieuwe producten.

Waar gaat het precies om?

De afgelopen jaren zijn er innovatieve genbewerkingstechnieken ontwikkeld, zoals CRISPR-Cas. Met deze technieken kunnen onderzoekers heel gerichte aanpassingen maken in de genen van bijvoorbeeld planten. ‘Daardoor kunnen gewassen worden gemaakt die bijvoorbeeld resistent zijn voor bepaalde ziekten’ zegt Esther Kok, hoofd van de onderzoeksgroep Novel Foods bij RIKILT Wageningen University & Research. Maar de wetgeving omtrent deze nieuwe technieken was nog onduidelijk. In de Europese Unie zijn namelijk strenge regels voor genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s). Bepaalde technieken zoals transgenese, waarbij vreemd genetisch materiaal wordt ingebracht in het DNA van een organisme, worden standaard tot genetische modificatie gerekend. Andere technieken zoals mutagenese, waarbij de genen van een organisme worden aangepast met behulp van bijvoorbeeld straling of bepaalde chemische stoffen, zijn vrijgesteld van de EU-regels voor GGO’s en hoeven daarmee niet te voldoen aan de strenge regels op het gebied van voorzorgsmaatregelen, risicobeoordeling en traceerbaarheid. ‘Maar deze wetgeving stamt uit 2001 en voor nieuwe mutagenese-technieken, zoals bijvoorbeeld CRISPR-Cas, waren tot nu toe geen duidelijke regels, zegt Kai Purnhagen, expert Europees en internationaal recht aan Wageningen University & Research.

Door deze uitspraak wordt het voor bedrijven lastiger om te innoveren en ook om bij te blijven ten opzichte van de rest van de wereld. Want in bijvoorbeeld Azië en de Verenigde Staten zijn de regels soepeler en daar gaan de ontwikkelingen vrolijk verder.
Kai Purnhagen, expert Europees en internationaal recht aan Wageningen University & Research

Wat betekent deze uitspraak?

Het Europees Hof heeft besloten dat mutagenese in principe genetische modificatie is en dat de nieuwe mutagenese-technieken, zoals CRISPR-Cas, ook moeten voldoen aan de strenge regels. Enkel de mutagenese-technieken die al voor 2001 in gebruik en die hun veiligheid volgens het Hof inmiddels bewezen hebben, zijn vrijgesteld. Purnhagen is niet verrast door de uitspraak. ‘Het valt in lijn met de eerdere beslissingen. Het gaat het Europese Hof vooral om de veiligheid en het maakt daarbij niet uit hoe de verandering in genen tot stand komt. Het eindresultaat is hetzelfde en het Hof maakt zich zorgen over de risico’s die deze genetisch gemodificeerde organismen mogelijk vormen voor mensen en het milieu.’ Zo willen ze bijvoorbeeld niet dat zo’n genetisch aangepast organisme ‘ontsnapt’ en een bedreiging vormt voor de natuur.
Purnhagen vreest wel dat de uitspraak meer verdeeldheid zaait in Europa. ‘Veel mensen hebben het gevoel dat ze achter blijven. Door deze uitspraak wordt het voor bedrijven lastiger om te innoveren en ook om bij te blijven ten opzichte van de rest van de wereld. Want in bijvoorbeeld Azië en de Verenigde Staten zijn de regels soepeler en daar gaan de ontwikkelingen vrolijk verder.’ Voorstanders van de strengere wetgeving denken dat dit in het voordeel van de kleinschalige boeren zal werken, omdat deze anders de concurrentie met de grote agrobedrijven niet aan zouden kunnen. Purnhagen: ‘Dat is misschien waar, maar ik vraag mij wel af of het per se nodig is om een alles-of-niets benadering te kiezen.’

Voor alle producten die onder de GGO-wetgeving vallen moet kostbaar en intensief veiligheidsonderzoek worden uitgevoerd voordat het product de markt op mag. Zo moet je bijvoorbeeld verplicht ook voor elk product een proefdierstudie uitvoeren.
Esther Kok, RIKILT

En wat betekent het op de lange termijn?

De uitspraak heeft volgens Purnhagen ook gevolgen voor andere wetgeving. ‘Deze uitspraak gaat specifiek over plantenveredeling, maar alle voedselwetgeving refereert aan deze GGO-wetgeving.’ Dus dat betekent dat de Europese toelatingsregels voor voedingsmiddelen waarschijnlijk ook op de schop moeten.
Volgens Kok is het daarnaast nog de vraag hoe de nieuwe regelgeving straks in praktijk gehandhaafd moet worden. ‘Voor alle producten die onder de GGO-wetgeving vallen moet kostbaar en intensief veiligheidsonderzoek worden uitgevoerd, voordat het product de markt op mag. Zo moet je bijvoorbeeld verplicht ook voor elk product een proefdierstudie uitvoeren, waarvan de toegevoegde waarde voor de risico-beoordeling vooralsnog niet is aangetoond. Vanuit het onderzoek stellen we daar al geruime tijd vragen bij. Daarnaast is het een voorwaarde dat een product traceerbaar is. Maar we kunnen met onze analyse-methoden in veel gevallen niet onderscheiden of een product met een klassieke mutagenese techniek of met een nieuwe techniek is gemaakt, of via een conventionele kruising. Ik vind het dan ook jammer dat het Europees Hof de wet uilegt door zich te focussen op de techniek in plaats van op het product.’

Dit verhaal is overgenomen uit Resource.wur.nl, het magazine van Wageningen University & Research voor studenten, medewerkers en andere belangstellenden.