Nieuws

Nieuwsgierig naar de bodem tijdens de Kinderuniversiteit

article_published_on_label
8 oktober 2015

Maar liefst 240 kinderen verzamelden zich in het Wageningse Orion gebouw op woensdagmiddag 7 oktober. Zij waren allemaal nieuwsgierig naar de colleges over ‘Bodem’, het thema van de Kinderuniversiteit 2015. Het evenement, georganiseerd door het Wetenschapsknooppunt Wageningen University in samenwerking met de Christelijke Hogeschool Ede, sloot mooi aan bij het thema van de Kinderboekenweek over natuur, wetenschap en techniek. Een middag met antwoorden, maar nog veel meer vragen.

Bladblazer
De kinderen uit groep 6, 7 en 8 ontvangen prof. dr. Jakob Wallinga met een luid applaus. De professor wil graag zijn nieuwsgierigheid naar rivieren, heuvels en het ontstaan van landschappen overbrengen aan de kinderen. En ze mogen alle vragen stellen die ze maar willen. ‘Wanneer barst een vulkaan uit?’ Wallinga laat het zien met een filmpje. ‘Waar is de bodem het dikst?’ Een uitleg over bergen volgt. Met een bladblazer en gieters laat de professor zien dat bergen kunnen afbrokkelen. De deelnemers mogen dit ook zelf uitproberen door met een jampotje met suikerklontjes te schudden. De vraag ‘Gaat de beweging van de aarde altijd door?’ krijgt de prijs voor de beste vraag.

Gaat de beweging van de aarde altijd door?

Regenworm
Na de pauze vertelt dr. Violette Geissen over de huid van de aarde. De kinderen weten al goed waarom de bodem belangrijk is: je kan er op staan, hij is vruchtbaar en hij houdt de warmte binnen. Geissen vergelijkt de bodem met je eigen huid: als je huid kapot is en pijn doet, voel je je niet lekker. Dat geldt ook voor de aarde en de bodem. Maar wat voor soorten bodem heb je eigenlijk? Dat mogen de kinderen zelf ontdekken: kleien, voelen en raden! Ze vinden zand, klei, grind en zelfs een regenworm.

Professor worden
Maar wat kunnen ze nu met die kennis? Nou, je kan professor worden! Maar nog handiger is dat je weet waar een bodem gevaarlijk is, daar moet dus geen stad gebouwd worden. En als je de bodem begrijpt, kan je ermee samen werken.

Enthousiasme
De kinderen reageren enthousiast: ‘ik ga een abonnement nemen!’, roept een jongen. Een meisje zegt: ‘ik ga nu zelf in de bodem kijken!’