Persbericht

Secundair tropisch bos bindt grote hoeveelheden koolstof

Published on
3 februari 2016

Secundaire tropische bossen die spontaan ontstaan op verlaten akkers leggen grote hoeveelheden koolstof vast. Een internationaal team van bosonderzoekers onder leiding van wetenschappers van Wageningen University maten elf keer hogere koolstofopname vergeleken met oerbos. In Nature van deze week doen zij verslag.

Op de klimaattop in Parijs was alle aandacht gericht op de manier waarop de mensheid klimaatverandering kan beperken door de uitstoot van CO2 te verminderen of de opname te verhogen. Bossen vormen een belangrijke ‘put’ voor koolstof. Terwijl de meeste aandacht uitging naar onverstoord tropische oerwoud, bleek dat secundair bos dat zich ontwikkelt na braakligging enorme hoeveelheden koolstof kunnen vastleggen. Dit is van groot belang omdat ruim de helft van de tropische bossen geen oerbos meer is, maar natuurlijk geregenereerd bos. Is dat een vergeten put?

Koolstofopname

Een omvangrijk internationaal team van bosecologen laat zien dat herstellend tropisch bos in hoge mate veerkrachtig is. Zij analyseerden het herstel van de bovengrondse biomassa in 1500 bospercelen op 45 plekken verspreid over Latijns-Amerika. Prof. Lourens Poorter van Wageningen University is verrast door de snelle koolstofopname van de opslag op verlaten weiden en akkerland die secundair bos vormt. Na twintig jaar hebben deze bossen al 122 ton biomassa per ha teruggewonnen. "Dat komt per jaar overeen met ruim drie ton koolstof per ha. Elf keer meer dan in oude bossen", zegt de hoogleraar.

Secundair bos ontwikkelt zich na de veelal volledige verwijdering van de bosbedekking voor landbouwgebruik, voor zwerflandbouw of veeteelt. Momenteel is meer dan de helft van het tropisch bos in de wereld geen oerbos meer, maar op natuurlijke wijze regenererend bos waarvan een groot deel secundair bos is.

Veerkrachtig secundair bos

Secundair gegroeide bossen verschillen aanmerkelijk in hun veerkracht, concludeert het onderzoeksteam. In twintig jaar tijd blijkt tussen de 20 en 225 ton koolstof herwonnen. De biomassagroei is hoog in streken met veel regen en waterbeschikbaarheid door het jaar heen, terwijl de bodemvruchtbaarheid of de omvang van de bosbedekking in de omgeving van minder belang blijken. Medeauteur Danaë Rozendaal van de University of Regina in Canada meldt dat de data zijn te benutten om een kaart van het potentiële biomassaherstel voor Latijns-Amerika te maken. Daarmee kunnen regionale en nationale beleidsmakers gebieden aanwijzen die behouden moeten blijven, bijvoorbeeld vanwege hun trage herstel of omdat ze moeilijk te restaureren zijn. Ook kunnen zij gebieden identificeren die op natuurlijke wijze snel herstellen of waar succesvolle herbebossing kansrijk is met een hoog potentieel voor de koolstofvastlegging.

Natuur aan het werk

Klimaatverandering en mitigatiekansen werden in Parijs uitgebreid besproken. Prof. Frans Bongers van Wageningen University zegt: "Wat we nodig hebben is een actief beleid over koolstofemissies en -vastlegging. Daarom bepleiten wij een halt aan ontbossing en bescherming van tropische oerbos, naast het bevorderen van natuurlijke aanwas van bossen in ontboste gebieden. Het bosherstel verdient de aandacht van nationale en internationale beleidsmakers. Liever dan de natuur tegenwerken kunnen we beter met de natuur samenwerken", betoogt de Wageningse hoogleraar. "Natuurlijk herstel is een goedkope en natuurlijke oplossing met een enorm potentieel voor de atmosferische koolstofdaling."

Dit onderzoek bossen en hun ecosysteemdiensten in door mensen beïnvloede tropische landschappen. Het komt voort uit het 2ndFOR, een onderzoeksnetwerk  op het gebied van secundaire bossen. Het netwerk richt zich op ecologie, dynamica en biodiversiteit van secundaire 2ndFOR netwerk wordt gecoördineerd door prof. Lourens Poorter en prof. Frans Bongers, beiden van Wageningen University, en dr. Danaë Rozendaal van de University of Regina, Canada.

Publicatie

Lourens Poorter, Frans Bongers, T. Mitchell Aide, Angélica M. Almeyda Zambrano, Patricia Balvanera, Justin M. Becknell, Vanessa Boukili, Pedro H. S. Brancalion, Eben N. Broadbent, Robin L. Chazdon, Dylan Craven, Jarcilene S. de Almeida-Cortez, George A. L. Cabral, Ben H. J. de Jong, Julie S. Denslow, Daisy H. Dent, Saara J. DeWalt, Juan M. Dupuy, Sandra M. Durán, Mario M. Espírito-Santo, María C. Fandino, Ricardo G. César, Jefferson S. Hall, José Luis Hernandez-Stefanoni, Catarina C. Jakovac, André B. Junqueira, Deborah Kennard, Susan G. Letcher, Juan-Carlos Licona, Madelon Lohbeck, Erika Marín-Spiotta, Miguel Martínez-Ramos, Paulo Massoca, Jorge A. Meave, Rita Mesquita, Francisco Mora, Rodrigo Muñoz, Robert Muscarella, Yule R. F. Nunes, Susana Ochoa-Gaona, Alexandre A. de Oliveira, Edith Orihuela-Belmonte, Marielos Peña-Claros, Eduardo A. Pérez-García, Daniel Piotto, Jennifer S. Powers, J. Rodríguez-Velázquez, I. Eunice Romero-Pérez, Jorge Ruíz, Juan G. Saldarriaga, Arturo Sanchez-Azofeifa, Naomi B. Schwartz, Marc K. Steininger, Nathan G. Swenson, Marisol Toledo, Maria Uriarte, Michiel van Breugel, Hans van der Wal, Maria D. M. Veloso, Hans F. M. Vester, Alberto Vicentini, Ima C. G. Vieira, Tony Vizcarra Bentos, G. Bruce Williamson, Danaë M. A. Rozendaal.Biomass resilience of Neotropical secondary forests. Nature online 3 February 2016, doi:10.1038/nature16512.