Nieuws

Collectieve bescherming en individuele vrijheid

article_published_on_label
24 april 2025

Deze ochtend, 24 april, keken Tamika Wopereis, Sanne Djojosoeparto en Maartje Poelman het commissiedebat leefstijlpreventie en analyseerden de argumenten voor het voedselomgevingsbeleid. Het debat laat zien dat dit zich bevindt op het spanningsveld tussen collectieve bescherming en individuele vrijheid. Wat opvalt, is dat beide perspectieven het belang van gezondheid erkennen, maar verschillen in hoe deze bereikt zou moeten worden – via regulering of via eigen keuze. Vanuit onze beschouwing lichten we beide frames toe die in het debat naar voren kwamen: het structurele-preventieframe en het vrijheids-preventieframe.

Preventieframe

Het structurele-preventieframe: pleidooi voor een actievere overheid

Voorstanders van voedselomgevingsbeleid (CDA, NSC, PVDA/Groen Links en SP) benadrukken dat de overheid een wettelijke taak heeft om de volksgezondheid te beschermen. In hun visie is het geen kwestie van individuele verantwoordelijkheid alleen, maar gaat het om een gedeelde maatschappelijke opdracht. Daarbij wordt het concept van ‘vrije keuze’ kritisch bekeken: volgens deze redenering is die vrijheid in de huidige omgeving – vol met marketing, verleiding en ongezond aanbod – feitelijk een schijnvrijheid. Een belangrijk argument is dat kinderen niet in staat zijn om zich te verweren tegen commerciële prikkels, gezien hun onvolgroeide brein en gebrek aan handelingsbekwaamheid. Hierdoor wordt het aan banden leggen van ongezonde verleiding als noodzakelijk beschouwd. Alleen verplichtende maatregelen, wettelijke normering/doelen en sturing op de omgeving worden als krachtig genoeg gezien om daadwerkelijk gedragsverandering te bewerkstelligen.

Ook komt naar voren dat de industrie nu veel invloed uitoefent op het dagelijks eetgedrag, vaak gedreven door winstmodellen die ongezonde keuzes in stand houden. Vanuit dit perspectief rijst de vraag: als de industrie vrij spel heeft, waarom zou de overheid dan niet mogen ingrijpen? De roep om beleid wordt verder gelegitimeerd door het bredere maatschappelijke doel: het vergemakkelijken van gezonde keuzes, vooral voor mensen in kwetsbare posities.

Het vrijheids-preventieframe: waarschuwing voor betutteling en inefficiënt beleid

Aan de andere kant staat een fundamenteel ander perspectief (PVV, VVD), waarin de nadruk ligt op individuele verantwoordelijkheid en keuzevrijheid. Tegenstanders van voedselomgevingsbeleid vinden dat mensen zelf – en in het bijzonder ouders – verantwoordelijk zijn voor leefstijl en eetgedrag. Overheidsingrijpen wordt in deze visie al snel gezien als betuttelend of zelfs controlerend. Hierbinnen heerst twijfel over de effectiviteit van dwingend beleid. Volgens deze benadering werkt verbieden vaak averechts, en ligt de kracht eerder in educatie, bewustwording en ‘mindset -verandering’. Mensen zouden gemotiveerd en bewust moeten worden vanuit eigen inzicht en niet vanuit opgelegde regels. Daarbij wordt gewaarschuwd dat een overdreven focus op regels en verboden kan leiden tot een sfeer van sociale controle of het verlies van plezier en variatie in het leven. Preventie moet zich richten op mensen die al ziek zijn of hoog risico hebben en plaatsvinden middels campagnes, leefstijlprogramma’s, educatie en voorlichting.

Hierbij klinkt ook begrip voor de industrie, die volgens sommigen al maatregelen neemt, en werkt aan een gezond aanbod, en binnen bestaande regelgeving opereert. Bovendien leeft er een vrees voor onbedoelde neveneffecten, zoals grenseffecten (bijvoorbeeld mensen die ongezonde producten in het buitenland gaan kopen) of het verlies van nuance in het dagelijks leven (“elke dag een koekje moet kunnen”).

Wetenschappelijke inzichten voor preventie van overgewicht via de voedselomgeving

Zowel nationaal als internationaal onderzoek onderstreept het belang van een gezonde voedselomgeving als cruciale voorwaarde voor de preventie van overgewicht, obesitas en andere voedingsgerelateerde chronische ziekten. In Nederland blijkt uit eerder onderzoek dat de overheid hierin kansen onbenut laat. Er is nog onvoldoende sprake van een omgeving die gezonde keuzes vanzelfsprekend en gemakkelijk maakt: : https://www.jpi-pen.eu/images/reports/Dutch_Food-EPI_FinalReport_Jan2021.pdf

Studies tonen bovendien aan dat reclame een krachtige rol speelt in het normaliseren van eetgedrag. Mensen koppelen bijvoorbeeld ongezonde producten aan sociale situaties en dagelijkse ontspanning, zoals een ijsje bij het zwembad of bier op het sportveld. Deze constante visuele prikkels versterken het beeld dat ongezonde voeding altijd beschikbaar, betaalbaar en passend is, en maken ongezonde keuzes vanzelfsprekend: https://bmcpublichealth.biomedcentral.com/articles/10.1186/s12889-025-22619-1

De wetenschappelijke literatuur maakt duidelijk dat er geen enkelvoudige oplossing is voor de problemen rondom ongezonde voeding. Effectieve aanpak vraagt om een samenhangend geheel van bewezen maatregelen, geïntegreerd in een bredere systeemaanpak. Zo’n aanpak verschuift de focus van het maximaliseren van voedselverkoop naar het creëren van een voedselomgeving die gezondheid stimuleert.

Daarbij is het essentieel om gezondheid te verbinden met andere maatschappelijke doelstellingen, zoals duurzaamheid en het verkleinen van sociaaleconomische verschillen. Alleen door deze integrale benadering kan een robuust en breed gedragen beleid ontstaan dat daadwerkelijk bijdraagt aan een gezondere samenleving, hetgeen wij eerder uiteen zette in het positiepaper naar aanleiding van het rondetafelgesprek leefstijl preventie in 2022. https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/detail?id=2022Z05189&did=2022D10570

Tot slot wordt de opvatting van gezondheid als een ‘individueel probleem’ versterkt door een dominant frame van individuele keuzevrijheid. Dit frame richt zich vooral op kortetermijnoplossingen die het gedrag van mensen centraal stellen, en laat structurele oorzaken buiten beschouwing. Daardoor worden chronische ziekten vaak gezien als een gevolg van persoonlijke tekortkomingen, en consumenten als mensen die ‘verkeerde keuzes’ maken. Tegelijkertijd blijft onderbelicht dat het juist de voedselomgeving en het bredere systeem zijn die ongezonde keuzes stimuleren en in stand houden.

https://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(23)00013-2/fulltext