Nieuws
Eindbijeenkomst: De Boerenleenbank Overasselt - een verkenning van het verleden voor verrijking van het heden
Landelijk hebben we te maken met grote en urgente uitdagingen op het gebied van verduurzaming van landbouw en energie. Die transities vereisen veerkracht en nieuwe samenwerkingen tussen boeren en andere stakeholders binnen het voedselsysteem. De Boerenleenbank in Overasselt, een coöperatie, droeg in de eerste helft van de twintigste eeuw bij aan economische versterking van boeren en een veerkrachtige landbouw.
Het Wageningen Wetenschapswinkel project genaamd “De Boerenleenbank Overasselt – een verkenning van het verleden voor verrijking van het heden – heeft niet alleen meer inzicht gegeven in de geschiedenis van de Boerenleenbank te Overasselt, maar nodigt ook uit in gesprek te gaan over de rol van de coöperatie als organisatievorm met betrekking tot verduurzaming van ons voedselsysteem.
Buurderij De Lage Hof in Overasselt is een ontmoetingsplek, zorgcentrum, en museum voor de lokale gemeenschap. Het is de opdrachtgever van het onderzoek met als doel om de collectie terug te brengen tot een samenhangend geheel en zich te herpositioneren als verhalenmuseum. De focus werd tijdens het project gelegd op de rol van de Boerenleenbank, voorloper van de Rabobank. De Boerenleenbank ontstond als een reactie op een grote Europese landbouwcrisis. De bank speelde een belangrijke rol voor de lokale agrarische ontwikkeling, en er was de mogelijkheid om te investeren in lokale doelen.
Door de jaren heen groeide de bank mee met globalisering wat leidde tot grotere afstand tussen bank en gemeenschap. Maar, nu, decennia later, bracht het verhaal van de Boerenleenbank de gemeenschap weer samen om de kracht van lokale initiatieven te benadrukken tijdens de eindbijeenkomst van het project.
Na een inleiding over het project door Zoë van Eldik, onderzoeker Natuur en Samenleving bij Wageningen Environmental Research, sprak een vertegenwoordiger van burgerbeweging Herenboeren over hun visie om samen duurzaam voedsel te produceren. Door middel van hun Herenboerderijen, allen coöperaties, worden leden weer dichter bij de productie van voedsel gebracht. Vervolgens vond een panelgesprek plaats waar ook vertegenwoordigers van Rabobank Rijk van Nijmegen en ZLTO aan deelnamen.
Op aanraden van de resultaten van het onderzoeksrapport faciliteerde het museum daarmee het gesprek rondom de belangrijke vraagstukken van de landbouw, coöperaties, en de afstand tussen productie en consumptie. De bijeenkomst eindigde in een uitnodiging om nieuwe samenwerkingen te vormen. Op basis van de resultaten is een tijdlijn ontwikkeld die het museum gaat ophangen op de plek waar ooit de cassier van de Boerenleenbank zat. Zo werd de eerste stap gezet naar het verrijken van het heden door een verkenning van het verleden.
