Nieuws

Nieuwe stedelijke voedselanalyse brengt Keniaanse krottenwijk Kibera vooruitgang

article_published_on_label
30 oktober 2020

Hoe kunnen grote steden in Afrika en Azië de groeiende gemeenschappen van migranten voeden die naar de stad trekken? WUR-onderzoekers uit verschillende vakgebieden maakten een raamwerk voor de analyse van stedelijke voedselsystemen. Een toepassing van die aanpak leidde in Kibera, een grote krottenwijk bij Nairobi, tot een nieuwe handelsstroom van kweekvis. Viskwekers, visverkopers en bewoners van Kibera profiteren.

Rondom grote steden in Afrika en Azië zijn wijken en sloppen ontstaan waar migranten wonen, die uit het omringende land naar de stad trokken. Hoe al die kwetsbare, vaak arme nieuwe stedelingen van gezond en betaalbaar voedsel te voorzien is een steeds dringender vraag. Zeker nu tijdens de coronapandemie handel en transport beperkt werd. Om die vraag beter te kunnen beantwoorden, maakte een interdisciplinaire groep van onderzoekers op basis van literatuurstudie en ervaringen in eerdere projecten een raamwerk voor analyse van het stedelijke voedselsysteem.

Wageningen Economic Research werkte samen met andere onderdelen van WUR: Wageningen Environmental Research, Wageningen Food and Biobased Research en Wageningen Centre for Development Innovation. De nieuwe methode is gebaseerd op het bestaande model van voedselsystemen zoals landbouweconoom Siemen van Berkum dat in 2018 al met collega’s opstelde.

Dit soort ingewikkelde problemen zijn alleen op te lossen door ze vanuit verschillende invalshoeken te bekijken
Siemen van Berkum, landbouweconoom

Ruimtelijke analyse

‘Een aspect dat toegevoegd is aan het bestaande model’, zegt Van Berkum, ‘is meer aandacht voor de ruimtelijke analyse. De migratie van dorpelingen naar de stad heeft veel ruimtelijke gevolgen: de migranten komen vaak in sloppenwijken te wonen, waar geen planologie aan te pas is gekomen. Dat leidt tot problemen met de toegankelijkheid via wegen, watervoorziening en elektriciteit, wat ook gevolgen heeft voor de beschikbaarheid van voedsel in de sloppenwijk. Tegelijkertijd leggen de migranten een ruimtelijke verbinding tussen stad en platteland, door contact met hun familie op het platteland.’

De crux van de aanpak die uit de studie volgt, is de samenwerking tussen onderzoekers uit verschillende disciplines, zegt Van Berkum. ‘Dit soort ingewikkelde problemen zijn alleen op te lossen door ze vanuit verschillende invalshoeken te bekijken.’ Dat vraagt dus om samenwerking tussen economen, planologen en milieukundigen, technologen en sociaal wetenschappers, en een open blik op elkaars inbreng.'

Participatie van betrokkenen

‘Een ander nieuw aspect dat toegevoegd is aan het model, is de actieve participatie van betrokkenen in het voedselsysteem bij het analyseren van het probleem en het uitproberen van oplossingen’, zegt Katrine Soma, een van de andere onderzoekers die bijdroeg aan deze studie. ‘Het gaat erom de leiders van de gemeenschap te betrekken, de mensen die zich echt verantwoordelijk voelen en betrokken zijn.’

Nieuwe vishandel

Een goed voorbeeld van hoe dat in zijn werk gaat, komt uit een lopend onderzoeksproject dat Soma begeleidt in Kenia. In een eerdere workshop met viskwekers in Nyeri, 100 km ten noorden van Nairobi, bleek dat een groot deel van de vis te klein is voor de verkoop.

Toen ontstond het idee de kleine vis van de viskwekers te verhandelen naar de sloppenwijk Kibera. In een workshop kort na de uitbraak van COVID-19, bespraken onderzoekers de mogelijkheden, samen met vertegenwoordigers van de coöperatie van viskwekers, vrouwen die in vis handelen in Kibera, en een gemeenschapsleider uit Kibera. De bottleneck bleek het gebrek aan koeling voor handelaren in Kibera. Gezamenlijk werd dat probleem opgelost. Om vraag te creëren, gingen de viskwekers samen met lokale jongeren en een van de gemeenschapsleiders huis aan huis langs om de nieuwe vis te promoten.

Nu gaat wekelijks een ton vis van Nyeri naar Kibera. De viskwekers hebben een markt gevonden voor hun kleine vis, die betaalbaar is en daarom aftrek vindt in Kibera. De vrouwen die de vis drogen, bakken en verkopen in de sloppenwijk hebben een nieuwe bron van inkomsten. En duizenden bewoners van de wijk hebben een nieuwe bron van goedkope en gezonde eiwitten op hun bord.

Bouwen op wat er al is

‘Zonder voedselsysteemaanpak zou dit project niet zo goed lopen’, zegt Soma. ‘Het gaat erom dat je alle aspecten van het voedselsysteem kan overzien.’ De holistische visie op het hele voedselsysteem helpt ook om de verschillende partijen in de vishandel bij elkaar te brengen, en elkaars rol te begrijpen. Soma: ‘De viskwekers en de vrouwen in de informele handel in Kibera, dat zijn twee verschillende werelden. Het gaat om vertrouwen opbouwen.’ Dat leidt tot co-creatie, zegt Soma: samen de uitdagingen en de problemen bespreken en samenwerking bij het uitproberen van oplossingen.

Om de groeiende steden te voeden, moeten we luisteren naar de mensen die er wonen en werken en bouwen op wat er al is. Zo kunnen we voedselsystemen weerbaarder en duurzamer maken
Katrine Soma, onderzoeker

Aan het begin van het project en na verloop van tijd worden er interviews gehouden met de huishoudens in Kibera, om het verloop en het effect van de innovatie rondom de vishandel te kunnen volgen. Soma: ‘Om de groeiende steden te voeden, moeten we luisteren naar de mensen die er wonen en werken en bouwen op wat er al is. Zo kunnen we voedselsystemen weerbaarder en duurzamer maken.’

Naast toepassing in Kibera, wordt het voedselsysteem-model voor steden en migratie ook toegepast in Kampala in Oeganda en Dhaka in Bangladesh.

Food System Approach

Wageningen University & Research werkt met de voedselsysteem aanpak aan toekomstbestendige voedselsystemen. We beschikken over een reeks wetenschappelijk bewezen en robuuste tools en methodologieën om de complexe wereld van voedselsystemen te vertalen in praktische en concrete actieplannen voor overheden, investeerders, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Met de Food System Approach bestrijkt WUR alle aspecten van het voedselsysteem. De volgende domeinen staan centraal: Voldoende voedsel voor iedereen, het leveren van een gezond dieet, eerlijke verdeling van kosten en inkomsten en duurzaamheid en behoud van biodiversiteit.

Wilt u meer weten over dit project? Meld u dan aan voor onze webinars op 5 en/of 11 november: