
Nieuws
Overheid en tuinbouw vinden elkaar met energietransitie
De Nederlandse overheid werkt hard aan de realisatie van klimaatdoelstellingen. Daarvoor wordt aan de zogenaamde klimaattafels gesproken over de maatregelen die verschillende sectoren kunnen nemen en welke effecten dat heeft. De glastuinbouw is een belangrijke speler binnen de klimaattafel Landbouw. De business unit Glastuinbouw van Wageningen University & Research is gevraagd scenario-studies uit te voeren met als doel het gebruik van fossiele energie uiteindelijk naar 0 te brengen.
De tuinbouw is innig verbonden met de Nederlandse energie-infrastructuur. Dat komt allereerst doordat de sector een energie-intensieve bedrijfstak is: op dit moment gebruiken tuinbouwbedrijven zo'n 3 miljard m³ aardgas per jaar. Dat gasverbruik is voor de verwarming, maar voor een groot deel ook voor de productie van elektriciteit. Elektriciteit voor gebruik op het bedrijf (vooral belichting), maar ook voor levering aan het openbare net.
De Nederlandse overheid ontwikkelt beleid om de CO2-emissie in hoog tempo te verlagen, zodat ons land aan de klimaatdoelen van Parijs kan voldoen. Voor de tuinbouw betekent dit een forse verlaging van het gebruik van aardgas. Het uiteindelijke doel is om helemaal geen fossiele energie meer te gebruiken en volledig op duurzame energie over te gaan.
Tegelijkertijd is een sterke tuinbouw belangrijk voor de Nederlandse economie. Daarom proberen vertegenwoordigers vanuit overheid en tuinbouworganisaties in goed overleg beleid te ontwikkelen dat de CO2-emissie verlaagt zonder dat dit ten koste gaat van de perspectieven voor de sector.
Bij zulke onderhandelingen zijn objectieve cijfers en reële verwachtingen van ontwikkelingen van groot belang. In het project 'Tuinbouw zonder fossiele energie' heeft Wageningen University & Research samen met Agro Advies Bureau (AAB) de verschillende mogelijkheden onderzocht. Het onderzoek is gefinancierd door 'Kas als Energiebron' het innovatie- en actieprogramma van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en LTO Glaskracht Nederland en mede gefinancierd door de Stichting Programmafonds Glastuinbouw.
Het rapport is bijna klaar en biedt een duidelijk zicht op de mogelijkheden. De hoofdlijn is dat de ontwikkelingen waarmee nu al enige ervaring is (zoals het gebruik van geothermie, industriële restwarmte en warmte/koude-opslag) op grote schaal kunnen en zullen worden toegepast. En dat de nu overal gebruikte WKK-installaties, waarmee tuinders warmte, elektriciteit en CO2 voor hun gewassen produceren, zullen verdwijnen.
Van een belangrijke elektriciteitsproducent zal de tuinbouw daarmee veranderen in de richting van een grote elektriciteitsgebruiker. Dit ondanks de verwachte ontwikkelingen in de LED-belichting. De tendens om steeds meer te gaan belichten en de toenemende rol van warmtepompen is sterker dan de winst die met energie-efficiëntere systemen gehaald kan worden. Het feit dat kassen enige flexibiliteit hebben in het gebruik van elektriciteit voor de belichting maakt dat de tuinbouw ook een rol kan spelen in de balancering van het elektriciteitsnet.
Een belangrijke conclusie is ook dat maatregelen die tuinders nu in de richting van verduurzaming nemen hun waarde in de toekomst bewaren. Zo kan er een stapsgewijze ontwikkeling plaatsvinden die binnen de geldende marktverhoudingen past en die op termijn uitmondt in een fossiel-vrije tuinbouw.