Nieuws

WUR bij COP25: bouwen aan klimaatslimme voedselsystemen

article_published_on_label
10 december 2019

Tijdens de klimaattop COP25 in Madrid werd er niet alleen onderhandeld over het akkoord van Parijs door regeringsfunctionarissen. Er waren ook meerdere organisaties die hun recente bevindingen met elkaar en met de officiële delegaties bespraken. Zo organiseerde WUR een bijeenkomst over het bouwen aan klimaatslimme voedselsystemen met prof. dr. ir. Louise O. Fresco als hoofdspreker.

Combinatie van adaptatie en mitigatie

Louise Fresco was hoofdspreker op een parallel evenement van de 25e conferentie van de partijen bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC). Zij vertelde dat er te vaak beschuldigend naar voedsel wordt gewezen als het gaat om de klimaatuitdagingen waar we voor staan. Het publiek was het eens met de stelling dat landbouw inderdaad medeverantwoordelijk is voor ontbossing en voor een groot deel van de uitstoot van broeikasgassen, zoals methaan en stikstof. Gelukkig begint voedsel steeds meer een probleemoplosser te worden in plaats van een probleemveroorzaker. Desondanks blijft adaptatie de grootste uitdaging voor de landbouwsector. Telers, boeren en voedselproducenten moeten goed geschoold en flexibel zijn om op korte en lange termijn te reageren op de impact van klimaatverandering en om de hierdoor ontstane kansen te benutten. Als voorbeeld werd de Nederlandse situatie beschreven, waar ‘minder is meer’ nu het motto is van een grote groep telers en boeren. Zij hebben efficiënte productiesystemen ontwikkeld waarin voedingsstoffen, water en andere hulpbronnen maximaal worden benut. Deze nieuwe generatie combineert adaptatie en mitigatie in de bedrijfsvoering.

Voedselsysteem

Niet alleen telers en boeren moeten zich aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Voedselverspilling leidt tot enorme verliezen van waardevolle grondstoffen en is daarom een belangrijk thema. Tot wel 40 procent van de voedselproductie gaat verloren. Om zulke verliezen te voorkomen, moeten er zowel op het niveau van de consument als in de rest van het voedselsysteem maatregelen getroffen worden. De maatschappij en consumenten zijn essentiële onderdelen van het voedselsysteem, en het is van het grootste belang dat mensen weten waar ons voedsel vandaan komt en hoe het wordt geproduceerd. Dit helpt ook bij de acceptatie van nieuwe technologieën voor efficiëntere en flexibelere voedselsystemen om klimaatverandering het hoofd te kunnen bieden.

Ook het thema vlees kwam aan bod. Dieren spelen een belangrijke rol in het voedselsysteem, omdat niet al het land geschikt is om voedsel te produceren voor menselijke consumptie. In tegenstelling tot mensen kunnen dieren bepaalde planten wel verteren. De dieren leveren vervolgens producten met hoge voedingswaarde. Wereldwijd zijn er grote verschillen in het gebruik van dierlijke producten, variërend van extreme overconsumptie tot grote eiwittekorten. We moeten streven naar een meer circulaire, gematigde vleesconsumptie die past bij een gezonde levensstijl. De Nederlandse minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een beleidsdocument over kringlooplandbouw laten opstellen. Nieuwe methoden voor de productie en verwerking van plantaardige eiwitbronnen zijn veelbelovend, maar er moet wel aandacht zijn voor de grote gevolgen daarvan voor het landgebruik.

Samenwerking en integratie

Er is absoluut ruimte voor verbetering, zo bleek uit verschillende voorbeelden die aan bod kwamen. Denk hierbij aan nieuwe veredelingstechnieken die bijvoorbeeld rekening houden met het veranderende klimaat en extreme weersomstandigheden of het fotosyntheseproces verbeteren, of efficiëntere teelt en toepassing van chemische gewasbeschermingsmiddelen door precisielandbouw. Ook het opleiden van boeren en de nieuwe generatie, waardoor de boer een waardevollere professional wordt, en het gebruik van technologie zoals mobiele telefoons, satellieten en drones maken deel uit van dit volledig geïntegreerde voedselsysteem. We moeten voorbij de grenzen van onze eigen vakgebieden en afdelingen kijken; er is dringend behoefte aan geïntegreerde oplossingen. De wetenschap moet rechtstreeks met telers en boeren gaan werken, leren van de problemen waarmee zij te maken hebben, en hier samen wat aan doen.

Raakvlak tussen wetenschap en beleid

Het wereldwijd verspreide IPCC-landrapport is een goed voorbeeld van het raakvlak tussen wetenschap en beleid. Er zijn veel mensen, politici in het bijzonder, die de nuances van de wetenschap niet altijd waarderen. Als het over eten gaat, maakt emotie deel uit van de discussie en is vertrouwen in de wetenschap en voedselproductie niet meer vanzelfsprekend. Organisaties als de Global Alliance on Climate-Smart Agriculture (GACSA) werken aan het opzetten en opbouwen van allianties. 2020 wordt een actiejaar voor de Global Commission on Adaptation, uitmondend in de top over klimaatadaptatie die in oktober zal plaatsvinden in Nederland en een belangrijke opstap vormt naar de voedselsystementop van 2021. Wetenschap een plaats geven in klimaatslimme voedselsystemen via het raakvlak tussen wetenschap en beleid, dat is een belangrijke boodschap voor de top over voedselsystemen.

Naast de bijeenkomst over het bouwen aan klimaatslimme voedselsystemen waren WUR-medewerkers actief bij sessies die gingen over meetinstrumenten zoals REDD+, ontbossing en natuurlijke oplossingen.