Alumniverhaal
Bart – PhD student
Tijdens de bachelor ‘Soil, Water, Atmosphere’ ontwikkelde Bart een sterke interesse in kleinschalige meteorologische processen. Met name numerieke modellering. Daarom vervolgde hij zijn master met een specialisatie in Meteorologie en Luchtkwaliteit en nu ook zijn doctoraat.
Tijdens mijn studie heb ik enorm genoten van de vrijheid van academisch onderzoek en heb daarom besloten om een PhD-positie na te jagen
Wat voor onderzoek doe je als PhD student?
"Nadat ik mijn master had afgerond, kreeg ik een PhD-positie aangeboden bij het Max Planck Institute for Meteorology. Daar werk ik momenteel in het High Definition Clouds and Precipitation for Climate Prediction (HD(CP)**2) project. Een project gericht op hoge-resolutie modellering van de atmosfeer, met als doel het verbeteren van het begrip en de representatie van convectie, wolken en neerslag in algemene circulatiemodellen.
Meer specifiek kijk ik naar de rol van nachtelijke processen, en de invloed van het niet correct weergeven daarvan in onze modellen, op convectie overdag. Het belangrijkste instrument dat we gebruiken om deze vraag te beantwoorden is LES, en de kennis van dit type model die ik tijdens mijn studie heb opgedaan, heeft de start van mijn onderzoek enorm bespoedigd!"
Hoe heeft je master je voorbereid op een PhD?
"Tijdens mijn master heb ik samen met Jordi Vila-Guerau de Arellano, Chiel van Heerwaarden en Kees van den Dries gewerkt aan de ontwikkeling van een conceptueel model voor onderwijsdoeleinden (CLASS). Ik ben er trots op dat dit model nu wordt gebruikt in een aantal vakken van ‘Earth & Environment’.
Een beperking van het oorspronkelijke model was dat het alleen geschikt was voor het bestuderen van onbewolkte omstandigheden. Tijdens mijn eerste masterscriptie hebben we de modelformulering uitgebreid om rekening te houden met de invloed van ondiepe cumuli op de ontwikkeling van de onder bewolkte laag. Dit was mijn eerste ervaring met zowel numerieke modellering, als het coderen van dergelijke modellen in moderne talen zoals C++/Python. Dat was zeer nuttig in later werk.
In mijn tweede proefschrift richtte ik me meer op turbulentie oplossende modellen (large-eddy simulatie; LES, en directe numerieke simulatie; DNS). We gebruikten DNS om het gedrag van kleine onopgeloste schalen in LES te bestuderen, en de representatie daarvan in LES door subgrid schaalmodellen. Tijdens mijn stage aan het Max Planck Instituut voor Meteorologie in Hamburg, implementeerden we Lagrangiaanse deeltjes-tracking in LES. Dit maakt het mogelijk om massaloze deeltjes in ruimte en tijd te volgen. Kennis van de werking van de modellen die je gebruikt is cruciaal, en zowel mijn tweede scriptie als mijn stage vormden de perfecte introductie in de wereld van LES."
Wat vond je leuk aan je master?
"De master Earth and Environment bood me een relevante vakken voor mijn specifieke interesse. Bijvoorbeeld Atmospheric Modelling. Ook kreeg ik de kans om een nieuw conceptueel model te ontwikkelen voor onderwijsdoeleinden (CLASS). Daarnaast had ik de vrijheid om de tweede scriptie en verlengde (6 maanden) onderzoeksstage in het buitenland te doen. Ik genoot enorm van de vrijheid van academisch onderzoek. Met dit doel voor ogen was de mogelijkheid om extra onderzoeksprojecten te doen dan ook zeer welkom."