Studieprogramma - BSc Biotechnologie

Al direct vanaf het begin van de opleiding wordt duidelijk dat de biotechnologie een heel breed vakgebied is: naast vakken die zich richten op biologische, scheikundige of wiskundige principes heb je meteen veel interdisciplinaire vakken met gerichte toepassingen. Practica omvatten meer dan 25% van het studieprogramma.

Bij de BSc Biotechnologie zijn de verplichte vakken vooral in het begin ingeroosterd. In het tweede jaar wordt al de mogelijkheid geboden om keuzes te maken. Hiermee kun je je BSc de richting geven die jij graag op wilt. Het derde jaar is het jaar met de minste verplichte vakken; er is in dit jaar tijd en ruimte genoeg om vakken te kiezen die jij belangrijk, relevant, leuk en interessant vindt.

Jaar 1

In dit eerste jaar wordt een basis gelegd voor je hele studie. Dit betekent dat je vaak ook college volgt met studenten van andere studies. Je volgt echter ook vakken in kleine groepen, die echt opleidingsspecifiek zijn zoals Biotechnologie I en Proceskunde voor technologen. In het eerste jaar krijg je dus een beeld van de hele BSc-opleiding.

Vakken voor het eerste jaar

Jaar 2

In het tweede jaar van de BSc ga je wat meer de diepte in. Er worden vakken gegeven die voortbouwen op de kennis die je in je eerste jaar hebt opgedaan. Naar verhouding heb je nu meer biologische en procestechnologische vakken.

Naast de verplichte vakken heb je de eerste mogelijkheid om je te specialiseren in de richting die je interessant vindt: meer biologisch, chemisch of engineering.

Vakken voor het tweede jaar

Jaar 3

Vrije keuze vakken

De helft van het derde jaar heb je tijd voor vrije keuze vakken. Deze hoeven helemaal geen verbinding te hebben met de opleiding biotechnologie. Dat mag natuurlijk wel, maar het is in ieder geval een leuke mogelijkheid om je opleiding en je kennis te verbreden. Er zijn ook verschillende mogelijkheden om dit half jaar bij een andere (buitenlandse) universiteit te studeren.

Op zich staan alle vakken van Wageningen University open als keuze vakken.

Minor

Er bestaat ook de mogelijkheid voor een minor van 24 studiepunten. Je kunt via de minor de opleiding naar keuze verdiepen of verbreden in Wageningen, of bij een universiteit naar keuze.

BSc thesis

Naast het volgen van vakken, ben je ook bezig met het afronden van je BSc door een BSc thesis te doen. Een thesis is een klein onderzoek dat je zelfstandig moet uitvoeren en rapporteren. Het onderwerp van de thesis mag je binnen het aanbod van alle biotechnologische leerstoelen van WUR zelf kiezen. De gang van zaken tijdens het onderzoek, de resultaten en de conclusies worden dan samengevat in een verslag.

Afstuderen

Nadat je dit alles hebt afgerond, is er een buluitreiking, waarin je wordt benoemd tot Bachelor of Science (BSc). Met deze titel zou je kunnen beslissen om te gaan werken (je hebt immers een diploma op zak), maar het is vooral je entreekaartje voor een Master of Science (MSc). Na een afgeronde MSc krijg je naast de titel 'Master of Science' in Nederland ook de ir-titel.

Onderwijsvormen

Hoorcolleges

In een hoorcollege zit je met zijn allen in de collegebanken en luister je naar de docent. De docent vertelt over de leerstof en sleept je door de moeilijkste passages van je boek of dictaat. Vaak worden de aantekeningen en de presentatie die de docent van tevoren al gemaakt heeft, uitgedeeld. Dit zijn de zogenaamde hand-outs, die daarnaast veelal ook op een speciale onderwijspagina op Internet terug te vinden zijn.

Werkcolleges

Bij werkcolleges werk je in een groep van 20 tot 40 medestudenten en ben je actief met opdrachten bezig. Je werkt dan aan sommen van een vak en hierbij is begeleiding aanwezig.

Practica

Voor sommige vakken zijn er practica. Zoals het woord al zegt, ben je bij practica 'praktisch' bezig. Hierbij kun je denken aan het uitvoeren van chemische proeven op het laboratorium of het bekijken van weefsels in een practicumzaal. Elk jaar in zowel de BSc als de MSc fase van je opleiding zul je met practica te maken krijgen.

Wat later in de de BSc, en zeker in de MSc-opleiding Biotechnologie, leer je steeds meer technieken te gebruiken, maar je leert ook na te denken over het praktisch werk wat een onderzoeker uitvoert: Hoe zet ik een bepaalde proef op? Wat wil ik graag te weten komen?

PGO

PGO betekent Probleem Gestuurd Onderwijs of Probleem Gericht Onderwijs. Bij PGO zit je in een groep van vier tot twaalf studenten en een begeleider. De groep krijgt een probleem of case voorgelegd, die moet worden opgelost. De vaardigheden worden tijdens het proces van oplossen opgedaan, door het verdelen van taken, het vergaderen en discussiëren. Het vak "Celbiologie" in het eerste jaar van de BSc-opleiding Biotechnologie is voor een groot deel gevuld met dit soort onderwijs.

Soms zijn er na de groepsopdrachten presentaties waarin iedere groep zijn resultaten presenteert. Dit is ook belangrijk voor de toekomst: onderzoekers moeten hun onderzoeksvoorstellen en resultaten vaak presenteren aan een groter publiek. Daarbij speelt een rol dat niet iedere aanhoorder zich in jouw vakgebied heeft gespecialiseerd. Dit betekent dat je je resultaten voor iedereen begrijpelijk moet kunnen maken.

Studielast

De opleiding heeft een driejarige bachelorfase die gevolgd kan worden door een tweejarige masterfase. Een studiejaar bestaat uit zes onderwijsblokken waarin tot twaalf ECTS (Europese studiepunten) behaald kunnen worden. Per jaar kom je op 60 ECTS. Een ECTS komt overeen met 28 studielasturen. Per week studeer je dan gemiddeld 40 uur en dat doe je 42 weken per jaar. De BSc Biotechnologie heeft in de onderwijsweken gemiddeld 25 contacturen.

Studiebegeleiding

Elke studie aan Wageningen University kent zogenaamde studieadviseurs. Zij zijn aangesteld om je tijdens je studie te begeleiden. Je kunt natuurlijk gewoon zelf alle studie-gerelateerde informatie opzoeken, maar zij zijn bereid om je daar bij te helpen. Omdat ze op de hoogte zijn van alle biotechnologie gerelateerde vakken, zijn ze in staat om je te helpen bij het maken van specifieke keuzes in je studie.

Voor de opleiding Biotechnologie zijn vijf studiebegeleiders aangesteld. Zij hebben allen een andere achtergrond en zijn goed in staat om vrij specifieke vragen te beantwoorden en je te helpen om je studie op een goed manier in te richten.

Om in contact te komen met de studiebegeleiders kun je voor meer informatie mailen naar: mbt.msc@wur.nl.

Engelstalig

Zoals de naam 'bachelor of science' al aangeeft, is veel onderwijs in het Engels. Het eerste jaar worden bijna alle vakken nog in het Nederlands gegeven, maar de meeste boeken zijn al in het Engels. In het tweede en derde derde jaar zullen ook de meeste colleges in het Engels gegeven worden. Dit is logisch omdat Wageningen University & Research een internationale universiteit is met veel buitenlandse (uitwissel-) studenten. Je zult dan ook samen met deze buitenlandse studenten colleges volgen en opdrachten maken.

Je zult merken dat je je het Engels snel eigen maakt, wat alleen maar in je voordeel is. Het contact met buitenlandse studenten is ook zeer blik verruimend. Bovendien gaan veel studenten - in hun MSc- op stage naar het buitenland, waardoor het zeer gemakkelijk is als je een goede kennis van de Engelse taal hebt. Voor banen in het bedrijfsleven na een master zijn vaardigheden in het Engels gewoon een must. Overigens hebben alle bachelor of science opleidingen in Wageningen een vergelijkbare opbouw. Op deze manier wordt het mogelijk om bijvoorbeeld vakken van een andere opleiding te volgen.