Project
Grip op nog meer licht stap 2
Bij siergewassen in de glastuinbouw wordt zowel belichting als schaduwdoeken gebruikt, in het voorjaar en najaar vaak zelfs op dezelfde dag. Dit is logisch omdat gewassen maar een zekere instantane licht intensiteit kan verwerken waarboven schade kan ontstaan en de teler toch dezelfde dagsom wil bereiken. In eerder onderzoek is duidelijk geworden dat veel gewassen een hogere licht intensiteit aan kunnen als het directe licht wordt omgezet naar diffuus licht. Doordat licht diffuus maken samen ging met lichtverlies is dit onderzoekuitgevoerd bij een beperkte diffusiteit van het kasdek, zo’n 40 tot 50% hortiscatter 1
In dit project willen we de schadegrenzen voor lichtschade vaststellen bij een hortiscatter van 90% ten opzichte van ~45% zodat in de toekomst de lichtvraag van licht gevoelige gewassen voor een groter deel ingevuld kan worden met natuurlijk zonlicht.
Technische doelstellingen
Door de schade grenzen voor lichtgevoelige gewassen op te zoeken bij zeer diffuse omstandigheden
kan de strategie van het nieuwe telen nog een sprong vooruit maken. Bij sommige gewassen zal
minder belichting nodig zijn en bij andere gewassen kan meer natuurlijk licht toegelaten worden wat kan resulteren in teeltversnelling of productieverhoging.
Energiedoelstellingen In de huidige state of the art gaat 50% hortiscatter samen met zo’n 7% licht verlies, met de voorgestelde systeem treedt er amper3 lichtverlies op bij 90% hortiscatter. Berekeningen hebben het volgende
laten zien:
Voor een tomaten teelt betekent meer licht en een hogere hortiscatter een efficientere teelt, ten opzichte van de state of the art valt 8 tot 16% extra opbrengst per vierkante meter te verwachten. Ook kan de extra investering volgens berekeningen binnen 2 a 3 jaar terug verdient worden. Er valt echter geen energiebesparing per vierkante meter te verwachten waardoor dit niet direct zal bijdragen aan de emissiedoelstellingen van de glastuinbouw sector als geheel. Voor een Phalaenopsis teelt wordt ernaar gestreefd iedere dag dezelfde dagsom te bereiken en het lichtniveau op ongeveer 100 μmol/m2s te regelen.