Project
Monitoring pilot gezonde kalverketen
In het kader van de subsidieregeling ‘Pilots gezonde kalverketen’ zijn in 2022 aanvragen voor pilotstudies ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) door consortia/samenwerkingsverbanden die minimaal bestaan uit een melkveehouder, slachter en afzetkanaal. De pilots onderzoeken en demonstreren hoe door veranderingen in de samenwerking in de kalverketen de gezondheid van kalveren kan worden verbeterd. Subsidieontvangers zijn verplicht om mee te werken aan een voorgeschreven wijze van monitoring met betrekking tot de gezondheid en het dierenwelzijn van kalveren.
Wageningen Livestock Research voert deze montoring uit in alle projecten die worden gehonoreerd. Het monitoringsonderzoek bestaat uit drie fasen: (i) een fase van inventarisatie en definitie, waarin voor elk gehonoreerd project een relevante onderzoeksopzet wordt opgesteld, (ii) een uitvoerings- en waarnemingsfase, waarin de waarnemingen worden verricht op bedrijven en slachterijen en overige gegevens worden verzameld, en (iii) een fase van analyse van gegevens en rapportage .
In het voorjaar 2022 is de nieuwe samenwerkingsregeling pilots gezonde kalverketen eenmalig opengesteld. 13 pilots zijn inmiddels -goedgekeurd. De regeling heeft als doel de vorming van nieuwe kalverketens (melkveehouder, transporteur, kalverhouder, slachthuis en/of afzetkanaal) te stimuleren. Deze nieuwe kalverketens moeten zorgen voor een gezonder vleeskalf, een beter dierenwelzijn en een lager antibioticumgebruik. Samenwerkingsvormen die een subsidie ontvangen worden verplicht om mee te doen aan monitoring van diergezondheid en dierenwelzijn. De monitoring wordt vormgegeven in lijn met de welzijnsmonitor vleeskalveren (2021) , die in opdracht van het ministerie van LNV is geschreven. Door de monitoring te beleggen bij een onafhankelijke partij, gebruik te maken van een in de praktijk (bij 65 vleeskalverbedrijven en slachthuizen) getoetste systematiek kunnen de nieuwe data vergeleken worden met historische data. Hierdoor is het mogelijk om een “proof of principle” te krijgen voor de gesubsidieerde alternatieven voor de huidige kalverketen en beleidsmatige keuzes te maken.