
Verdenking besmetting met de ziekte van Aujeszky
Het snel opsporen van een Aujeszky-besmetting is wenselijk om de schade voor de Nederlandse varkenshouderij beperkt te houden.
Het is de varkenshouder die zijn varkens dagelijks ziet en als eerste kan opmerken dat er iets aan de hand is. Zodra er een verdenking van de ziekte van Aujeszky is, dient deze gemeld te worden. Snel opsporen van een besmetting is cruciaal om de schade voor de Nederlandse varkenshouderij beperkt te houden.
Het is de varkenshouder die zijn varkens dagelijks ziet en als eerste kan opmerken dat er iets aan de hand is. De varkenshouder kan dan, meestal in overleg met zijn dierenarts, kiezen uit een aantal mogelijke vervolgstappen:
1) Verrichten van sectie op gestorven varkens
Als er sprake is van sterfte, kan er besloten worden om sectie te laten verrichten door de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD), of een daarvoor erkende en aangewezen dierenartspraktijk. Op basis van het beeld op de sectietafel kan er eventueel al een verdenking op ZvA ontstaan. Op dat moment zal de uitvoerende patholoog dat bij de NVWA melden als een officiële verdenking.
2) Melden van een verdenking bij de NVWA
Als de klinische verschijnselen van dusdanige aard zijn dat de ziekte van Aujeszky een reële mogelijkheid is, dient dit gemeld te worden bij de NVWA. Bij de volgende verschijnselen zou zeker ook aan de ziekte van Aujeszky gedacht moeten worden:
- Grote sterfte bij zeer jonge biggen, zeker als dit gebeurt in combinatie met hersenverschijnselen bij deze of iets oudere biggen.
- Een combinatie van ademhalingsproblemen met hersenverschijnselen binnen een koppel varkens (of zelfs op verschillende plekken binnen het bedrijf, zeker als daar geen andere diagnose met redelijke zekerheid voor is gesteld).
- Ernstige verschijnselen van jeuk (schuren, krabben, likken, e.d.) gevolgd door snelle sterfte bij andere gevoelige dieren op het bedrijf (honden, katten, koeien, enz)