Nieuws

Bosherstel draagt bij tot de instandhouding van de diversiteit aan soorten en biomen in Amerika

article_published_on_label
4 juli 2022

Een vandaag gepubliceerde studie in Science Advances toont aan dat tropische bossen die op natuurlijke wijze hergroeien op verlaten landbouwgronden niet allemaal hetzelfde zijn. En dus kunnen deze jonge bossen van minder dan 20 jaar oud helpen bij het herstel en het behoud van de verschillende tropische ecologische regio's (biomen) in Midden en Zuid Amerika. Het team van ecologen realiseerden 1.215 plots in jonge regenererende bossen. Van het Westen van Mexico tot het Zuiden van Brazilië. Deze bossen vertonen een grote floristische diversiteit, het resultaat van zowel de evolutionaire geschiedenis als van de huidige milieuomstandigheden.

Verrassende uitkomst: 14 floristische regio’s

Uit de studie van het internationale 2ndFor Network blijkt dat de soortensamenstelling van jonge regenererende bossen over het hele continent sterk varieert en 14 verschillende floristische regio's vormt (zie figuur).

Floristic distinctiveness across Neotropical succesional forests
Floristic distinctiveness across Neotropical succesional forests

Deze uitkomst is verrassend, aangezien werd aangenomen dat deze jonge bossen zouden worden gedomineerd door dezelfde kleine groep van wijdverspreide pioniersoorten. Hoofdauteur Prof. Catarina Jakovac van de Federale Universiteit van Santa Catarina in Brazilië legt uit: "Pioniersoorten die typisch zijn voor jonge bossen zijn gewoonlijk overvloedig aanwezig en worden verspreid door algemene zaadverspreiders, in plaats van gespecialiseerde dieren. Dus dachten we dat de meeste van die pioniersoorten in staat zouden zijn om verafgelegen plaatsen te bereiken, zoals de wijdverbreide Trema micrantha en Guazuma ulmifolia". Uit de studie bleek echter dat dit niet het geval is, en dat maar liefst 80% van de 2.164 geanalyseerde soorten slechts in één floristische regio voorkwamen.

In elke regio gedijen andere soortengroepen. En daarom kunnen deze jonge bossen helpen de diversiteit van plantenregio’s (ook wel biomen genoemd) op de continenten in stand te houden.

Variatie door biogeografische geschiedenis én omgevingsomstandigheden

Waarom is er zoveel variatie in soorten in deze regenererende bossen? De studie toont aan dat de soortensamenstelling het resultaat is van zowel een oude biogeografische geschiedenis als van recente omgevingsomstandigheden. "In de loop van de geschiedenis vond in sommige regio's een intense uitwisseling van soorten plaats met een verschillende biogeografische oorsprong, terwijl die in andere regio's gescheiden bleven door geografische en ecologische barrières”, zegt co-auteur prof. Marielos Peña-Claros (Wageningen University & Research).

Zo'n 3 miljoen jaar geleden bijvoorbeeld, leidde de verbinding tussen Noord- en Zuid-Amerika tot een belangrijke uitwisseling van soorten tussen Midden-Amerika en het Amazonegebied. De zuidoostelijke en zuidelijke Atlantische bosgebieden hebben daarentegen een heel andere samenstelling van soorten dan het Amazonegebied. Dit is waarschijnlijk te wijten aan het feit dat zij gedurende ongeveer 33 miljoen jaar van elkaar gescheiden waren door een droog savanne gebied, dat tegenwoordig het Cerrado-bioom is.

“Wereldwijde veranderingen leiden tot verschuivingen in soortensamenstelling”

Bovenop de evolutionaire geschiedenis leiden variaties in de huidige omgevingsomstandigheden tot variaties in de soortensamenstelling. Verschillende floristische regio's vertonen verschillen in pH-waarde van de bodem, seizoensvariatie in temperatuur en beschikbaarheid van water. Sommige pioniersoorten kunnen, ondanks hun vermogen om zich over grote afstanden te verspreiden, alleen onder specifieke omstandigheden gedijen. Maar als deze omstandigheden veranderen, kan de samenstelling van soorten ook mee veranderen, waardoor het onderscheid tussen biomen vervaagt. Landgebruik wijzigt de zuurgraad van de bodem en klimaatverandering leidt tot een stijging van de temperatuur en een grotere seizoensvariatie in regenenval.

Verschuivingen in de soortensamenstelling leiden mogelijk tot een homogenisering van bossen en minder verschillende bostypes op continentale schaal.
Prof. Lourens Poorter

Prof. Lourens Poorter, hoofdauteur van de studie en verbonden aan Wageningen University & Research, concludeert: "Wereldwijde veranderingen kunnen daarom leiden tot verschuivingen in de soortensamenstelling. Dat leidt mogelijk tot een homogenisering van deze bossen en minder verschillende bostypes op continentale schaal."

Voorrang aan lokale soorten

Om dergelijke gevolgen te voorkomen of te verminderen, zouden bosherstelinitiatieven veel aandacht moeten besteden aan de soortenselectie en bij hun plannen voorrang moeten geven aan lokale soorten. Jakovac benadrukt dat "dit zal helpen bij het herstel van zowel lokale bossen als de diversiteit op grote schaal, terwijl ook de verschillende biomen over het hele continent behouden blijven."