Nieuws

Martine van der Ploeg benoemd tot hoogleraar Hydrologie en Kwantitatief Waterbeheer

article_published_on_label
9 januari 2023

De Raad van Bestuur van Wageningen University & Research heeft prof. dr. ir. Martine van der Ploeg benoemd tot hoogleraar van de leerstoelgroep Hydrologie en Kwantitatief Waterbeheer. Zij is per 1 december 2022 in deze functie begonnen als opvolger van prof. dr. Albert van Dijk.

Het onderzoek van Van der Ploeg richt zich op het ontrafelen van biofysische landschapsprocessen en deze te verbinden met ecosysteemfuncties. Daarbij werkt ze samen met verschillende wetenschappelijke disciplines, om zo een beter gebruik en bescherming van bodem- en watervoorraden mogelijk te maken.

Voorspellen van hydrologische processen

Van der Ploeg: “De leerstoelgroep heeft in de nationale en mondiale academische setting een uniek perspectief bij het combineren van hydrologie en milieuhydraulica. We streven naar een fundamenteel begrip, en het kunnen voorspellen van hydrologische processen in stroomgebieden, watervoerende bodemlagen en delta's. Dat is belangrijk bij duurzaam water- en sedimentbeheer, ook rekening houdend met klimaatverandering en veranderingen in landgebruik.”

Als basis hiervoor is het essentieel om de verdeling van water over de verschillende onderdelen van terrestrische ecosystemen te begrijpen. Deze verdeling is van invloed op de hoeveelheid neerslag die in de bodem infiltreert, en op afvoer van water naar beken en rivieren, waarmee ook sediment en verontreinigingen worden meegevoerd. De komende decennia verwachten we steeds vaker extremen in de aanvoer van water, wat kan leiden tot overstromingen zoals in Limburg in 2021 en droogte zoals we die ook afgelopen zomer hebben ervaren.

Snelle wereldwijde veranderingen

De modellen die hydrologische processen beschrijven worden steeds beter. Deze zijn van groot belang bij de ondersteuning van bodem- en waterbeheer. De hoeveelheid beschikbare en nieuw verzamelde data helpt daarbij, net als nieuwe technieken zoals machine learning. Van der Ploeg: “We hebben te maken met snelle wereldwijde veranderingen. Dat maakt de uitdagingen rondom het modelleren van hydrologische processen en de veerkracht van ecosystemen aanzienlijk complexer. Zeker als we kijken naar wisselwerking tussen interacties in de biosfeer en land-atmosfeer. Tegelijkertijd zijn op data gebaseerde methoden, zoals machine learning, nooit beter dan de data die ze gebruiken. Voor toekomstige modellen moeten we wellicht situaties bedenken die ver buiten de grenzen van ons huidige voorstellingsvermogen liggen.”

Ook in het onderwijs speelt wereldwijde verandering een rol. Niet alleen met betrekking tot klimaat of milieu, maar ook op sociaaleconomisch vlak. Van der Ploeg: “Dat vraagt van docenten ook hoe zij studenten het beste kunnen voorbereiden op een onzekere toekomst, terwijl we het weer of de economie van volgend jaar niet kunnen voorspellen. Daar is een goede combinatie van disciplinaire kennis en ontwikkeling van skills bij nodig, zodat studenten zowel de wereld om zich heen, als de wereld in zichzelf leren begrijpen.”

Onderzoek naar anti-vriesmiddel in grondwater

Van der Ploeg heeft in Wageningen Bodem, Water en Atmosfeer gestudeerd. Ze wilde graag iets doen met aardwetenschappen. Deze studie sprak haar aan vanwege de technische kant in combinatie met buiten zijn. Die combinatie heeft ze benut tijdens twee afstudeeronderzoeken met veldwerk op Spitsbergen en in het Binnenveld (nabij Wageningen), en tijdens een stage met veldwerk in Ierland. Tijdens haar PhD heeft ze gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw instrument om water in droge en zoute bodems beter te kunnen meten. Dat heeft ze vervolgens getest in de VS als gastonderzoeker bij het USDA-ARS Salinity Laboratory in Riverside (Californië). Na haar PhD heeft ze als postdoc onderzoek gedaan naar lekken van anti-vriesmiddel naar het grondwater bij vliegveld Gardermoen (Noorwegen). In 2010 is ze begonnen in een tenure-track in Wageningen.