Project

Telemetrieonderzoek ruige dwergvleermuizen

Migrerende soorten zoals de ruige dwergvleermuis passeren windmolens tijdens de trek van de zomer- naar wintergebieden en vice versa. Door middel van een geavanceerd telemetrienetwerk kunnen vleermuizen worden gevolgd tijdens hun route. Zo krijgen we inzicht in het verloop van de migratie en het gedrag in windparken.

Onderzoek op land laat zien dat vleermuizen regelmatig slachtoffer worden van windturbines. In Europa vallen de meeste slachtoffers onder de migrerende soorten zoals de ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis en tweekleurige vleermuis. Het is aannemelijk dat er ook slachtoffers vallen op zee. Op dit moment is nog onduidelijk welke consequenties windparken op de Noordzee op populatieniveau kunnen hebben. Daarom doet Wageningen Marine Research in het kader van het Wind op Zee Ecologisch Programma (WOZEP) van Rijkswaterstaat (in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat) onderzoek naar de mogelijke effecten op ruige dwergvleermuizen.

Telemetrie

Een van de projecten binnen het Wozepprogramma is telemetrie-onderzoek naar het migratiegedrag van ruige dwergvleermuizen. Geprobeerd wordt de volgende vragen te beantwoorden:

  1. Welk deel van de populatie migreert langs de kust en welk deel over zee?
  2. Worden vleermuizen aangetrokken door offshore-windparken en, zo ja, tot op welke afstand?
  3. Hoe lang verblijven vleermuizen in offshore-windparken?

Het telemetrie-onderzoek maakt gebruik van het Motus Wildlife Tracking Systeem. Vanaf 2017 wordt gewerkt aan de realisatie van een netwerk van ontvangstations langs de Nederlandse kust en het Verenigd Koninkrijk. Samen met de ontvangstations die door andere organisaties zijn gerealiseerd omvat het Motus-netwerk in Europa nu 116 locaties, waarvan 90 rond de zuidelijke Noordzee.

Zenderen

20190924_111955.jpg

In de periode 2018-2020 hebben we op verschillende plaatsen langs de Nederlandse kust in totaal 330 ruige dwergvleermuizen van een zender voorzien. De zender wordt bevestigd met chirurgische huidlijm en valt na een paar weken vanzelf weer af.

Dankzij de zenders weten we precies welke individuele vleermuis langs welk telemetriestation vliegt, en aan de hand hiervan kunnen we de afgelegde route reconstrueren. De voorlopige resultaten laten zien dat de dieren zowel over zee als langs de kust trekken. Een voorbeeld van een van de geregistreerde vliegpaden staat hieronder.

Layout MOTUS_vliegpad v4_3.png

Het gaat hier om een volwassen vrouw die we op 10 september 2019 nabij Julianadorp hebben gezenderd en losgelaten. Diezelfde avond is het dier even na zonsondergang vertrokken en door negen verschillende ontvangstations in Noord-Holland opgepikt. Later in de nacht vloog het dier langs Noordwijk, Den Haag en kwam vervolgens aan in Hoek van Holland. De twee nachten daarna verbleef het dier in Hoek van Holland waarbij een korte uitstap werd gemaakt naar Oostvoorne. De nacht daarna vloog het dier via de Haringvlietdam, Brouwersdam en Oosterscheldekering naar Breskens.

In 2021 zullen we in het najaar wederom ongeveer 150 ruige dwergvleermuizen in Nederland zenderen. Daarnaast zullen in het voorjaar voor het eerst ook dieren in het Verenigd Koninkrijk worden gezenderd. Zo krijgen we ook inzicht in het verloop van de voorjaarsmigratie.