
Aangifteplichtige bijenziekten
Aangifteplichtige ziekten zijn biologische bedreigingen waarvan de ernst dusdanig wordt ingeschaald, dat een wettelijk kader voorziet in het bestrijden en elimineren van een uitbraak van deze ziekten.
Bijenhouders en andere stakeholders die een verdenking constateren van deze ziekten zijn verplicht melding te maken van een verdenking via het meldpunt dierziekten. Daarnaast voorziet de wet in het voorkomen van een introductie door een aangifteplichtige plaag of ziekte door het uitvoeren van importcontroles vanuit derde (niet-EU) landen.
Formeel zijn er vier aangifteplichtige bijenziekten opgenomen in de Nederlandse en Europese wetgeving. Dit zijn Amerikaans Vuilbroed, de kleine bijenkastkever (Aethina tumida), Tropilaelaps spp. (Tropilaelaps clareae en Tropilaelaps mercedessae) en de Varroamijt (Varroa destructor). Er geldt echter geen aangifteplicht voor de varroamijt, maar enkel een formele status. De status wordt ontleend aan het feit dat er plekken zijn in Europa waar de varroamijt niet voorkomt en om te zorgen dat deze plekken vrij blijven van varroamijten.
Amerikaans vuilbroed
Amerikaans Vuilbroed (AVB) is een bacteriële broedziekte van de honingbij. De ziekteverwekker van AVB is erg persistent en kan flinke schade aanrichten bij een uitbraak. Het is van cruciaal belang om bij een klinische uitbraak snel en grondig te werk te gaan om verdere verspreiding tegen te gaan. Dit betekent dat bij een uitbraak bijenvolken met klinische verschijnselen worden geruimd en de overige volken op een bijenstand worden gesaneerd. In de laatste paar decennia kent Nederland gemiddeld ongeveer twee AVB uitbraken per jaar.
De veroorzaker van AVB, is de bacterie Paenibacillus larvae. De sporen van de bacterie ontkiemen in de darmen van een bijenlarve en de bacterie verspreidt zich via het hemocoel naar andere organen, waardoor uiteindelijk de larve overlijdt. De bacterie zal zich vermeerderen totdat de voedingstoffen verbruikt zijn en zal daarna sporen gaan aanmaken. De sporen zijn erg persistent en kunnen zelfs na vijftig jaar inactiviteit opnieuw bijenlarven infecteren.
Meer weten over Amerikaans vuilbroed?
Kleine bijenkastkever
De kleine bijenkastkever (kbk, Aethina tumida) is een bijenplaag die van nature voorkomt in Afrika beneden de Sahara, maar die ondertussen op elk continent behalve Antarctica wordt aangetroffen. Sinds 2014 is de KBK gevestigd in Zuid-Italië. De KBK komt niet in Nederland voor, maar wordt gezien als een schadelijke invasieve exoot die we buiten de landsgrenzen willen houden. Als de KBK wordt aangetroffen, is het beleid er in eerste instantie op gericht om de soort te elimineren. De Westerse honingbij (Apis mellifera) is de voornaamste gastheer van de KBK. Volwassen kevers dringen een volk binnen en kunnen daar reproduceren. De keverlarven voeden zich met vrijwel alle componenten die in een bijenvolk aanwezig zijn en bij massale reproductie kan een sterk volk binnen enkele weken instorten als gevolg van een besmetting.