Nieuws

Het Natuurlijk Kapitaal Model: inzicht in ecosysteemdiensten voor duurzame besluitvorming

article_published_on_label
16 maart 2023

Het Natuurlijk Kapitaal Model is ontwikkeld om de voordelen van de Nederlandse natuur voor mensen in de vorm van ecosysteemdiensten te kwantificeren en de effecten van beleid en toekomstige ontwikkelingen op ecosysteemdiensten te evalueren. Het model bestaat uit een set van dertien ecosysteemdienstmodellen en is bedoeld om planners en beleidsmakers bij het nemen van duurzame beslissingen te ondersteunen. Onderzoekers van onder meer Wageningen University & Research hebben de set van modellen nu beschreven in een rapport.

Waarom een Natuurlijk Kapitaal Model?

Het maatschappelijk debat over natuur verbreedt zich van biodiversiteitsbehoud naar het erkennen van de bijdragen die natuur heeft voor de samenleving (ecosysteemdiensten). Hierdoor ontstaat bij planners en beleidsmakers de behoefte aan instrumenten waarmee het effect van plannen en beleid op deze bijdrage van de natuur kan worden geëvalueerd. Ook is er de wens om handelingsopties in beeld te kunnen brengen voor een duurzamere toekomst, waarbij natuur ingezet kan worden om beleidsdoelen te realiseren via zogenaamde nature-based solutions. Het gaat bijvoorbeeld om beleidsdoelen op het gebied van klimaatmitigatie en -adaptatie, leefbaarheid van de stad, verduurzaming van de agrarische productie en behoud van biodiversiteit.

Hoe werkt het model?

Het model kwantificeert het potentiële aanbod per ecosysteemdienst en de mate waarin dit aanbod in de vraag ernaar in Nederland kan voorzien. De uitkomsten van het model worden in biofysische en in relatieve termen uitgedrukt. Bij dit laatste gaat het dan om het percentage aanbod dat aan de vraag voldoet. Belangrijke invoergegevens die het model nodig heeft, zijn: informatie over landgebruik en beheer en milieufactoren, zoals bodemvochtigheid, beschikbaarheid van voedingsstoffen, pH en luchtkwaliteit. Het model is grotendeels geautomatiseerd en berekent per ecosysteemdienst een standaardset van indicatoren.

Het Natuurlijk Kapitaal Model bestaat uit een reeks van dertien geharmoniseerde ecosysteemdienstmodellen. Deze dertien ecosysteemdienstmodellen beslaan de drie hoofdcategorieën: 1) productiediensten: drinkwatervoorziening, houtproductie, biomassaproductie (voor energie); 2) regulerende en onderhoudsdiensten: bestuiving, plaagbestrijding, bodemvruchtbaarheid, waterretentie, stedelijke koeling, waterzuivering, koolstofopslag (bos en veen), luchtkwaliteitsregeling en 3) culturele diensten: buitenrecreatie, natuurlijk erfgoed.

Hoe kan het model worden gebruikt?

Het model kan worden ingezet om verschillende vragen te beantwoorden. Verschillende instituten werken aan onderdelen van het model voor hun eigen toepassingen. Zo gebruikt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het model om Nederlandse ecosysteemdiensten te identificeren en in kaart te brengen (zie Atlas Natuurlijk Kapitaal). Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) werkt samen met Wageningen University & Research (WUR) om modellen te ontwikkelen en te gebruiken om de relatie tussen natuur en economie in Nederland in kaart te brengen en te volgen (Natuurlijk Kapitaal Rekeningen). Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en WOT Natuur & Milieu gebruiken het model om veranderingen in de levering van ecosysteemdiensten te volgen (bijv. CLO, Balans van de Leefomgeving), om de impact van (toekomstige) beleidsbeslissingen en scenario's op ecosysteemdiensten te onderzoeken (bijv. Natuurverkenning, doorrekening verkiezingsprogramma’s) en om te zoeken naar oplossingen gebaseerd op natuur.

Hoe verder?

In de komende jaren wordt er met verschillende partijen verder (samen)gewerkt aan het Natuurlijk Kapitaal Model om de gemeenschappelijke basis van de gebruikte data en modellen te verstevigen. Het model wordt continu verbeterd, bijvoorbeeld door het toevoegen en verbeteren van de afzonderlijke ecosysteemdienstmodellen via het Status A-kwaliteitssysteem van de WUR. Een model verkrijgt Status A, als het voldoet aan bepaalde eisen betreffende aannames, validatie, kalibratie, beschrijving van onzekerheden en van de wensen voor verbeteringen voor de toekomst. In het uitgebrachte rapport wordt de voortgang van al deze onderdelen beschreven. Sommige ecosysteemdienstmodellen zijn verder in hun ontwikkeling dan andere. Nog niet alle ecosysteemdienstmodellen voldoen aan alle gestelde kwaliteitseisen van status A. Het daadwerkelijk verkrijgen van deze A-status, het toepassen van het model in casussen en het verbeteren van de afzonderlijke ecosysteemdienstmodellen heeft prioriteit voor de komende jaren.