Project

Duurzaam sturen met licht

Dit project ontwikkelt kennis ten behoeve van de stappen (1) Maak gebruik van zo veel mogelijk natuurlijk licht in de kas (diffuus kasdek met hoge transmissie) (2) Haal zo veel mogelijk licht uit een kWh elektriciteit (gebruik van LED belichting) (3) Zorg voor een zo optimaal mogelijk lichtonderschepping door de plant.

In de glastuinbouw is het areaal van belichte teelten in de afgelopen 20 jaar verdrievoudigd, en het geïnstalleerde vermogen ruim vervijfvoudigd, hetgeen samen heeft geleid tot een aanzienlijke toename in het elektriciteitsgebruik voor belichting. Thans is belichting voor 80% verantwoordelijk voor het stroomverbruik in kassen en het gebruik ervan stijgt. Dit blijkt uit de studie Groei elektriciteitsconsumptie glastuinbouw, hoe nu verder en de Energiemonitor Glastuinbouw 2015, beiden van het LEI. Daarom zet het programma Kas als Energiebron volop in op reductie van de behoefte aan elektriciteit voor belichting. De ambitie is om in 2020 teeltconcepten te hebben waarmee 50% op elektriciteit voor belichting bespaard kan worden. Daarvoor is een stappenplan opgesteld:

  1. Maak gebruik van zo veel mogelijk natuurlijk licht in de kas (bijvoorbeeld via hoge transmissie van kasdek, diffuus kasdek met AR coating)
  2. Haal zo veel mogelijk licht uit een kWh elektriciteit (inzet LED belichting i.p.v. SON-T)
  3. Zorg voor een zo optimaal mogelijk lichtonderschepping door de plant (via aanpassen plantvorm, positie lampen)
  4. Haal zo veel mogelijk assimilaten uit het onderschepte licht (lichtspectrum)
  5. Zorg dat zo veel mogelijk assimilaten naar te oogsten bloemen of vruchten gaan (assimilatenverdeling).

In eerder onderzoek met kasdekmaterialen is vastgesteld dat een hogere lichtspreiding (hogere Hortiscatter) bij gelijke hoeveelheid lichtintensiteit leidt tot een betere lichtverdeling (horizontaal en verticaal) in het gewas en daarmee een verbeterede lichtonderschepping van het gehele gewas, een hogere fotosynthese en een hogere opbrengst van groentegewassen. Bijkomende effecten zijn een veranderde gewastemperatuur, minder stress bij veel instraling en een veranderde bladmorfologie. Onderzoek tot nu toe heeft geleid tot een voorlopige vuistregel: 10% meer Hortiscatter is ca. 1.5% meer opbrengst (bepaald in tomaat en komkommer en een relatief kleine dataset als basis). Daarmee draagt het toepassen van kasdek met een hogere Hortiscatter bij aan het stappenplan om elektriciteit voor belichting te reduceren.

Publicaties