Project
Swab hive beetle
Doel van dit project is om een gevoeliger, sneller en goedkoper protocol te ontwikkelen voor het vroegtijdig opsporen van de kleine bijenkastkever ten behoeve van monitoring en eliminatie van een introductie.
De kleine bijenkastkever (KBK) (Aethina tumida) is een aangifteplichtige bijenziekte die ernstige schade kan veroorzaken aan nesten van honingbijen en andere bijensoorten zoals hommels (Cornelissen & Hendriks, 2020). Bovendien kan de bijenhouderij ernstige economische schade ondervinden van deze exoot, door reisrestricties en het bederven van producten (Neumann et al., 2016). Sinds 2014 komt de kleine bijenkastkever voor in Zuid-Italië, waar een populatie is gevestigd. Bij een uitbraak wordt visuele inspectie van bijenvolken gebruikt volgens richtlijnen (Chauzat et al., 2016). Echter, deze methode is niet accuraat en erg tijdrovend (Cornelissen & Neumann, 2018). Kevers kruipen en vliegen weg en om een bijenvolk te inspecteren moet het volledig uit elkaar gehaald worden, hetgeen tijdrovend is. Aangezien bij een uitbraak alle bijenstanden in een straal van 10km moeten worden geïnspecteerd, is er een reële kans dat individuen gemist worden en de kans op vestiging daarmee vergroot.
Dit onderzoek borduurt voort op eerder onderzoek naar verbeterde methoden voor de detectie van de KBK en lopend onderzoek binnen de COLOSS Small Hive Beetle Task Force naar de beste methode voor DNA-detectie van de kleine bijenkastkever. Om naast de gevoeligheid inzicht te krijgen in de kostenefficiëntie, worden ook tijd en kosten als variabelen gemeten.