Project

Masterplan tripsbestrijding in bloemisterijgewassen

Er zijn grote problemen bij de bestrijding van trips en is er dringend behoefte aan nieuwe innovatieve methoden voor bestrijding. Het doel van dit project is om tot betere bestrijdingsstrategieën van trips te komen door te werken aan: 1) een weerbaarder gewas met endofyten, 2) preventieve inzet van natuurlijke vijanden en 3) gedragsmanipulatie van volwassen tripsen. Deze pijlers worden vervolgens geïntegreerd tot een systeemaanpak.

De Californische trips, Frankliniella occidentalis, is een groot probleem in bloemisterijgewassen als chrysant, roos, alstroemeria, amaryllis en diverse potplanten. De tripsen geven snel schade aan bloemen en blad. Bovendien kunnen ze het tomatenbronsvlekkenvirus (TSWV) overdragen, wat regelmatig ernstig toeslaat in o.a. chrysant en alstroemeria. De plaag is zowel met chemische middelen als met biologische bestrijders vaak onvoldoende onder controle te houden. Bij veel telers werken chemische middelen nog maar nauwelijks vanwege resistenties in tripspopulaties, of doordat de toedieningstechnieken ontoereikend zijn. Bovendien wordt het gebruik van bestaande middelen ook nog eens teruggebracht door verdere restricties bij herregistraties van middelen. Een probleem bij biologische bestrijding is de vaak slechte vestiging van predatoren van trips. Door het onderzoek van de
afgelopen jaren is de geïntegreerde bestrijding van trips verder ontwikkeld en een toenemend aantal telers maakt gebruik van natuurlijke vijanden en biologische middelen.