Project
Monitoring Verduurzaming Veehouderij 1.0
De Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij kent 15 ambities voor een integraal duurzame veehouderij in Nederland in 2023. Maar hoe weten we hoe het staat met die verduurzaming? Het project Monitoring Verduurzaming Veehouderij ontwikkelt daarvoor een systematiek.
De Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij
De Nederlandse veehouderij is integraal duurzaam als zij produceert op een manier die maatschappelijk én economisch langdurig vol te houden is, niet ten koste gaat van mensen en dieren, en de draagkracht van de aarde niet overstijgt. Dat is het in 2013 geformuleerde uitgangspunt van de Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij (UDV). Dit is verder concreet gemaakt in de 15 ambities voor een duurzame veehouderij. Daarmee formuleerden de in de UDV samenwerkende partijen, o.a. overheden, bedrijfsleven, en maatschappelijke organisaties, de lange-termijndoelen van een integraal duurzame veehouderij in Nederland.
Monitoren van de stand van zaken
Maar hoe komen we te weten hoe het staat met die verduurzaming? Kunnen we de nog af te leggen weg naar die 15 ambities in beeld brengen, en welke bijdrage leveren private en maatschappelijke initiatieven om te verduurzamen bovenop de bestaande wettelijke normen (zoals de Duurzame Zuivelketen, Keten Duurzaam Varkensvlees, Nieuwe AH Kip en Nieuwe Standaard Kip) in het verkleinen van die afstand? Dat is de vraag die ten grondslag ligt aan het project Monitoring Verduurzaming Veehouderij.
De opdrachtgever van dit onderzoek, het Ministerie van EZ, evenals andere partijen binnen de UDV, hebben behoefte aan een beeld van de vorderingen op de 15 ambities, en dan zoveel mogelijk vergelijkbaar over de verschillende diersectoren heen. Speciaal bestaat ook behoefte om met het instrument inzichtelijk te maken welk verschil bovenwettelijke initiatieven en systemen, die verduurzaming beogen, maken t.o.v. de gangbare praktijk. Dit beeld zou vervolgens gebruikt kunnen worden door overheden, private partijen en kennisinstellingen om prioriteiten aan te brengen in investeringen, kennisontwikkeling en beleid.
Raamwerk voor concretisering en meten ambities
In dit project is daartoe als raamwerk een Monitorings-systematiek ontwikkeld. Het betreft een eerste proeve daarvan, en kan nog wezenlijk veranderen op grond van interactie met de betrokken partijen in en om de veehouderij. De belangrijkste twee redenen daarvoor zijn, dat (1) met deze systematiek enerzijds de (normatieve) ambities van de UDV (het uiteindelijke streven) verder worden geconcretiseerd en van getallen worden voorzien, en (2) in deze systematiek ook per ambitie een schaal wordt geïntroduceerd die loopt van zeer ongewenst tot het in de ambitie gewenste niveau.
De keuzes die gemaakt worden in die concretisering en het opspannen van de schaal kunnen niet waardenvrij gemaakt worden. Dat wil echter niet zeggen dat ze willekeurig of ‘puur subjectief’ zijn. De onderzoekers hebben getracht zo nauw mogelijk aan te sluiten bij de letter en de geest van de 15 ambities, en dat te onderbouwen in de tekst.
Drie dierlijke sectoren te monitoren
Om de werking van die systematiek te doorzien en om de gebruikswaarde inzichtelijk te maken, is de Monitorings-systematiek vervolgens toegepast op de drie grote dierlijke sectoren in Nederland, te weten de melkveehouderij, de varkenshouderij en de (leg- en vlees-)pluimveehouderij. Daarnaast worden drie keteninitiatieven binnen die sectoren –voor zover mogelijk gezien de beschikbaarheid van gegevens– op dezelfde wijze behandeld: Keten Duurzaam Varkensvlees (KDV), de Nieuwe Standaard Kip en de Nieuwe AH Kip. Een vierde keteninitiatief, de Duurzame Zuivelketen (DZK), omvat vrijwel de gehele zuivelsector, zodat de analyse van de melkveehouderij samenvalt met de prestaties van de DZK.
Uitwerking en vervolg
Deze uitwerking is in eerste instantie bedoeld om inzichtelijk te maken hoe de Monitorings-systematiek uitpakt met de gemaakte keuzes. Omdat die systematiek een eerste proeve is, kunnen de uitkomsten nog veranderen in een volgende versie. Pas bij een min of meer gedragen systematiek kunnen de exacte getalsmatige uitkomsten gebruikt worden en betekenis krijgen in het (maatschappelijk) debat.
Voorzien wordt dat in 2018 verder wordt gewerkt aan een verbeterde, en breder gedragen, versie 2.0. Daarin kunnen ook meer regelingen, initiatieven en certificeringsschema’s worden opgenomen die een versnelling van de verduurzaming beogen, zoals de Maatlatten Duurzame Veehouderij, het Beter Leven Keurmerk en de biologische productie.