Project

Naar een duurzaam West-Zeeuws-Vlaanderen?

Duurzaam Groede benaderde de Wetenschapswinkel van Wageningen University & Research (WUR) in 2018. Aanleiding vormden het VN-akkoord 2030 voor duurzame ontwikkeling en het Klimaatakkoord van Parijs. Gevraagd werd wat de verschillende duurzaamheidsopgaven voor de agrarische sector en de recreatiesector in West-Zeeuws-Vlaanderen (gemeente Sluis) betekenden en wat op welk moment kon worden ondernomen om het op korte, middellange of lange termijn beter te krijgen.

Het doel van dit project was om duurzaamheidsopgaven (waaronder doelstellingen uit het VN-akkoord 2030 en het Akkoord van Parijs) als uitgangspunt van regionaal en lokaal beleid te maken, opdat de lokale en regionale politiek maatregelen kan nemen die de leefbaarheid van de regio vergroten en daarmee een toekomstbestendig perspectief kan bieden aan bewoners, toeristen en bedrijven. Hiertoe is het van belang om in mogelijke toekomsten te denken en dat te bespreken zodat bewoners, bedrijven en bestuur kunnen nadenken over het vraagstuk en de komende opgaven op korte termijn, middellange termijn (tot 2030) en lange termijn (tot 2050). Een onderliggend doel is bewustwording bij de bevolking creëren over de impact en omvang van de benodigde transities voor de duurzaamheidsopgaven en de handelingsperspectieven voor regionale en lokale politiek en economische sectoren met betrekking tot de uitdagingen die voor hen liggen.

Voor West-Zeeuws-Vlaanderen is de Wetenschapswinkel nagegaan hoe de sectoren landbouw en recreatie onder meer tot duurzame productie, duurzame energie en natuurontwikkeling of -behoud kunnen komen. De volgende onderzoekvragen stonden hierbij centraal:

De Stichting Duurzaam Groede stelde drie onderzoeksvragen:

In dit Wetenschapswinkelproject is interactief gewerkt met een begeleidingscommissie, met regionale partners en met studenten van verschillende studierichtingen binnen de WUR. Ook is met studenten van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK) samengewerkt.

Uit de rapporten van de studenten van de WUR (Annaningdiah et al., 2019; Lattasch, 2019; Lensen, 2019; Mathu et al., 2019 en Melse et al., 2019) is te concluderen dat de landbouwsector en de recreatiesector inzetten op verduurzamen van hun bedrijven.

Uit deze onderzoeken concluderen we dat de verduurzaming vooral gericht is op:

Dat de gerichtheid op de eigen sector, op bedrijfsschaal en de korte termijn niet aansluit bij de doelen van het Parijs Akkoord en de VN-agenda mag duidelijk zijn. Wat uit de studentonderzoeken naar duurzaamheid in de landbouw- en recreatiesector duidelijk wordt, is dat de individuele ondernemers verduurzaming niet gaan managen voor gebied dat het bedrijfsperceel overstijgt, het gebied van West-Zeeuws-Vlaanderen of voor nog grotere regio’s of voor de ketens en dus dat hier een rol voor andere partijen is weggelegd.

Vervolgens is onder leiding van deskundige procesbegeleiders en landschapsarchitecten een schetsdag georganiseerd in de regio, waarin eerst knelpunten, kwaliteiten en kansen voor West-Zeeuws-Vlaanderen geïnventariseerd. Vervolgens zijn voor verschillende thema’s mogelijke toekomstbeelden voor West-Zeeuws-Vlaanderen weergegeven. Hierna zijn meer geïntegreerde toekomstschetsen voor deelgebieden van West-Zeeuws-Vlaanderen geformuleerd:

  1. Meer differentiatie van het toeristisch-recreatieve aanbod aan de kust en in het binnenland.
  2. Herstel van het middengebied met kreken als groene zoetwaterreservoirs.
  3. Benutting van linies met oude kreekruggen in de integrale grenszone.

Stichting Duurzaam Groede benut het rapport om met regionale partners voor de drie deelgebieden uitvoeringsprojecten op te zetten. 

Als spin-off van het wetenschapswinkel project is er in West-Zeeuws-Vlaanderen vervolgonderzoek gedaan. Dit vervolgonderzoek is voor 50% betaald door het TKI (Topconsortium Kennis en Innovatie) Agri & Food binnen de missie Klimaatbestendig landelijk en stedelijk gebied. Dit vervolgonderzoek maakte deel uit van een groter driejarig onderzoek van 2020 tot en met 2022 naar instrumenten voor de borging van groen waar Wageningen Environmental Research met een consortium van partijen bij is betrokken. De andere 50% van het vervolgonderzoek is via de provincie Zeeland aan de Stichting Duurzaam Groede beschikbaar gesteld voor het ontwerpatelier. Als definitieve afsluiting van het wetenschapswinkelproject staat nog een presentatie in Groede gepland, waarvoor Duurzaam Groede het initiatief zal nemen.