Project

Poweranalyse gegevens mosselveiling

In deze studie is onderzocht óf en hoe veilinggegevens zouden kunnen worden gebruikt om eventuele schade aan mosselpercelen als gevolg van de geplande suppletie op de Roggenplaat aan te tonen.

Suppletie Roggenplaat

Rijkwaterstaat heeft het voornemen om de Roggenplaat te suppleren met 1,65 miljoen m3 zand met als doel de negatieve gevolgen van de zandhonger in de Oosterschelde te vertragen. Rond de Roggenplaat liggen mosselpercelen, behorend tot de beste van de Nederlandse mosselkweek en mosselkwekers zijn bevreesd dat de aanleg van de suppleties op de Roggenplaat zal leiden tot verminderde opbrengsten van deze percelen. Als kwekers schade ondervinden, kunnen ze aanspraak maken op de regeling nadeelcompensatie. De procedure nadeelcompensatie vraagt dat bij vermeende effecten een causaal verband kan worden aangetoond tussen de ingreep en de schade aan de percelen. In de praktijk blijkt echter dat het niet eenvoudig is om dergelijke causale verbanden statistisch aan te tonen, vanwege de complexiteit en dynamiek van de oorzaak-gevolg relaties.

Veilinggegevens

In deze studie is onderzocht in hoeverre veilinggegevens kunnen worden gebruikt om eventuele schade statistisch aan te kunnen tonen. Alle leveringen van de mosselpercelen worden namelijk geregistreerd aan de mosselveiling in Yerseke, waarbij diverse parameters zoals grootte van de mosselen, vleespercentage en hoeveelheid mosselen worden bepaald. Als er schade (e.g. mindere kwaliteit van de mosselen) op zal treden als gevolg van de suppletie zou het mogelijk zijn dit terug te zien in de veilinggegevens.

Aanpak

Er is een poweranalyse uitgevoerd op de veilinggegevens van 2000 tot en met 2017 door middel van Monte Carlo simulaties. Hierbij zijn er telkens artificiële data toegevoegd met aan de originele data waarbij de artificiële data een verminderd vleespercentage hebben gekregen om schade te simuleren. Met behulp van een statistisch model is vervolgens onderzocht of de artificiële data statistisch zijn te onderscheiden van de originele data en of het gesimuleerde effect is aan te tonen.

Resultaat

Het onderzoek laat zien dat de veilinggegevens tot op zekere hoogte kunnen worden gebruikt om eventuele structurele schade van de suppletiewerkzaamheden op de kwaliteit van de mosselen statistisch aan te tonen. Het aantal leveringen dat nodig is om een effect te kunnen aantonen neemt af met de toename in effectgrootte. Om een afname van 1, 1½ en 2 procentpunt in vleespercentage statistisch aan te kunnen tonen zijn er respectievelijk minimaal 45, 20 en 10 onafhankelijke leveringen nodig.

Toepassing

Het in deze studie ontwikkelde statistisch model kan worden toegepast om eventuele schade als gevolg van de suppletie op de Roggenplaat te kwantificeren. Naast de analyse van de veilinggegevens dienen ook andere processen te worden gemonitord, gericht op de causale verbanden alsook de kweekpraktijk. Dit is van belang om de resultaten goed te kunnen interpreteren. De kwaliteit van de mosselpercelen verschilt. Mosselkwekers zullen indien mogelijk hun beste mosselzaad uitzaaien op de percelen waar ze de beste rendementen verwachten. Dit gedrag getuigt van professioneel handelen en het zorgvuldig omgaan met het kostbare mosselzaad door de mosselkwekers en hier moet rekening mee worden gehouden bij de analyse van de veilinggegevens.