Longread

Hoe recycling verpakkingsafval kan verbeteren


Gemeenten die de circulaire economie willen promoten moeten verder kijken dan de tonnen afval die bij huishoudens gescheiden worden ingezameld. Ze moeten zich ook richten op de kwaliteit en samenstelling ervan. Dat blijkt uit een studie van Wageningen Food & Biobased Research naar vijf verpakkingsafvalketens. Een nieuw rekenmodel geeft gemeenten inzicht in de resultaten en verbeterpunten.

door: Yvonne de Hilster

Glas, papier, gft, batterijen, textiel, plastic, metaal en drankkartons. Het rijtje afval om thuis te scheiden is de afgelopen jaren almaar langer geworden. Gemeenten zamelen bij huishoudens steeds meer apart in. De inzamelsystemen verschillen per gemeente; zakken of kliko’s aan de weg zetten, of zelf brengen naar verzamelcontainers in de wijk.

Onderzoekers van Wageningen Food & Biobased Research hebben de ketens van huishoudelijk verpakkingsafval in kaart gebracht. Ze laten in het rapport Contributions of municipalities to the recycling of post-consumer packages zien wat er in gemeenten aan verpakkingen wordt ingezameld, nagescheiden, gesorteerd en gerecycled, en waar deze materialen waarschijnlijk weer worden toegepast. De onderzoekers focussen op vijf ketens: glas, metaal, drankenkartons, kunststof, en papier en karton.

De studie is de eerste die tot in detail deze huishoudelijke verpakkingsstroom beschrijft. Hij is gedaan in het kader van het wetenschappelijke onderzoeksprogramma Duurzame verpakkingen van Topinstituut Food and Nutrition (TiFN) en het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV). ‘Vanaf 2008 hebben we al veel gescheiden ingezamelde afvalsoorten onderzocht en gekeken naar de samenstelling van deze stromen en hun vocht- en vuilgehaltes . Voor deze studie hebben we de sortering en de recycling van het gescheiden ingezamelde materiaal onderzocht. Twee van onze medewerkers hebben daarvoor vuilnis heel precies uitgezocht’, vertelt onderzoeker Ulphard Thoden van Velzen van Wageningen Food & Biobased Research.

Aan de hand van de technische analyse van iedere keten, van consument tot grondstof, is een rekenmodel ontwikkeld dat gemeenten een indicatie geeft hoeveel secundaire grondstoffen er namens een gemeente zijn gemaakt. Omdat gemeenten verantwoordelijk zijn voor het afvalbeheer, weten ze wat en hoeveel afval hun inwoners produceren. Met behulp van het model kunnen gemeenten daardoor hun bijdrage aan circulariteit inschatten, voor iedere materiaalgroep de verbeterpunten ontdekken en voor inwoners tastbaar maken waar de inzameling toe leidt. Enkele gemeenten hebben inmiddels het model getoetst, en medio 2017 komt het rekenmodel breed beschikbaar. 

Minder restafval

Dat gemeenten een centrale rol hebben in de totstandkoming van de circulaire economie voor verpakkingsmaterialen stamt uit de tijd dat afval werd gezien als risico voor de volksgezondheid; het moest zo snel mogelijk de stad uit. De circulaire economie verandert de gemeentelijke taak. Daarnaast hebben ze financieel belang bij zoveel mogelijk gescheiden inzameling en zo weinig mogelijk restafval. Voor materialen als glas en papier hadden gemeenten al de ketenregie over de inzameling, de sortering en het vermarkten, in 2015 is daar plastic verpakkingsafval van huishoudens bijgekomen. Per ton gerecycled plastic krijgt een gemeente een vergoeding uit het Afvalfonds Verpakkingen. Om de gescheiden inzameling te stimuleren gaan sommige gemeenten over tot omgekeerd inzamelen en een diftar regime. Omgekeerd is restafval een kostenpost. Huishoudens krijgen hierdoor te maken met maatregelen als omgekeerd inzamelen (restafval naar een inzamelpunt brengen) en diftar (betalen per geleegde kliko restafval).

Verpakkingsmateriaal recyclen

Meer plastic

Bij de vijf belangrijkste verpakkingsafvalstromen – glas, papier en karton, plastic, drankenkartons, metaal – valt vooral de stijging van ingezameld plastic in het oog. Was dat in 2009 25 kiloton, in 2014 was het ruim vijf keer zoveel, 129 kiloton en wordt er nu over meer dan 200 kiloton gesproken. Toch stijgt de hoeveelheden teruggewonnen plastics niet in dezelfde mate en ook de waarde blijft achter. Dat heeft twee oorzaken. De bij huishoudens ingezamelde kunststof verpakkingen bevatten diverse typen plastic. Het wordt gesorteerd in vijf stromen: PET, PE, PP, folies en mengkunststoffen. ‘Tweedehands’ PET, PE en PP zijn goed te verwaarden. ‘Maar in het afval zitten relatief veel gemengde kunststoffen waarvan hergebruik duur is, en folies die maar weinig opleveren’, aldus Thoden van Velzen.

Daarnaast is er sprake van vervuiling van het ingezamelde plastic. ‘Er komt meer restafval mee met de gescheiden inzameling.’ De Duitsers hebben daar een apart woord voor: Fehlwürfe. Deels zal er sprake zijn van bewust vermijden, omdat het toevoegen aan het restafvoer door de burger als te duur of te lastig wordt geacht, soms is het ook onbedoeld. ‘Bij het uitpluizen kwamen we bijvoorbeeld een blikje tegen met daarin een stapeltje plastic bloempotjes. Dat was door de kraker in de vuilniswagen zodanig samengeperst dat de materialen niet meer uitgesorteerd konden worden. Een andere voorbeeld was een emmer met een rest latexverf die was leeggelopen in de plastic zak. Al opdrogend had dit een grote klont van het afval maakt.’ De hoeveelheid ingezameld plastic mag dan flink zijn gestegen de afgelopen jaren, gemiddeld genomen is de kwaliteit van het materiaal gedaald.

Netto opbrengst

Om de resultaten van recycling goed in beeld te kunnen krijgen, zou met netto materiaalopbrengst gerekend moeten gaan worden, beargumenteren de onderzoekers. Thoden van Velzen: ‘De recycleketen is nu ingericht op ‘gewicht zoals ontvangen’ ofwel bruto gewicht. Dat er in gft vuil zit en er veel vocht verdampt bij het composteren vindt iedereen normaal. Maar als je van 100 kilo ingezameld kunststof maar 40 kilo overhoudt dat je kunt hergebruiken vinden mensen dat gek. Terwijl ook dat afval vocht, vuil en andere materialen bevat en je bij het mechanisch opwerken verliezen hebt.’ De netto recyclingopbrengst is daarom een betere parameter voor recycling dan cijfers over bruto inzameling. Hiervoor zal ook bij veel gemeenten een denkslag nodig zijn, van lineair (afval de stad uit) naar circulair (wat nieuws van afval maken) en daarmee zich ook als grondstoffenleverancier gaan opstellen.

Recycling verbeteren van verpakkingsmateriaal

Verbeterpunten

Om te komen tot een nieuwe plasticeconomie zijn, samenvattend, op vier terreinen inspanningen nodig: meer inzameling, zuiverder plastic verpakkingen, kennisontwikkeling over samenstelling, verwerkingsmogelijkheden en eigenschappen van gerecycled plastic en toepassing van gerecycled kunststof. Voor glas is het belangrijkste aandachtspunt meer gescheiden inzameling op kleur (bruin, groen en wit glas). Nu is dat in zo’n 65 procent van de gemeenten het geval. Papier en karton wordt relatief goed gescheiden ingezameld en gerecycled; er wordt netto 75 procent teruggewonnen. Waar deze keten nog mee worstelt, is het verwijderen van inkt, lijm en vervuilingen als kaasresten uit pizzadozen. De inzameling van drankenkartons is enorm gegroeid vanaf 2015, na invoering van de PMD-zakken (plastic, metaal, drankenkartons) in gemeenten en neemt naar verwachting nog een vlucht. Uit de drankenkartons kunnen papiervezels worden teruggewonnen. De uitdaging is om ook de overige stoffen in deze verpakkingen te recyclen. Bij het recyclen van metaal worden al goede resultaten gehaald via de huidige nascheidingsketen en biedt de PMD-inzameling kansen voor een betere recycling van dunne en kleine aluminiumverpakkingen.

Bij het omdenken horen ook ‘to design for recycling’ en ‘to design from recycling’. Het eerste wil zeggen dat bij productie van verpakkingsmateriaal al rekening wordt gehouden met de mogelijkheden tot hergebruik. Thoden van Velzen: ‘De praktijk wijst uit dat je hiervoor korte communicatielijnen nodig hebt tussen productie-, sorteer- en recyclingbedrijven, zodat brand-owners direct kunnen worden aangesproken op lastig te sorteren of te recyclen verpakkingen. De verpakkingsvrijheid is echter nog heilig. De meeste bedrijven worden pas gemotiveerd om hun productie in te richten op de sorteer- en recyclingmogelijkheden als ze worden verplicht om de materialen die ze op de markt brengen zelf te hergebruiken.’ Aandacht voor ‘to design from recycling’ wil zeggen de verwerkingsketen zo goed mogelijk instellen op de secundaire (tweedehands) grondstoffen om er de best mogelijke objecten mee te maken. Thoden van Velzen: ‘De verwerkingsketen is nu ingesteld op zuivere materialen en gebruikt de secundaire grondstoffen alsof het zuivere materialen zijn. Dan ontstaan problemen doordat het gerecycleerde materiaal bros blijkt. Neem gewassen maalgoed van polyethyleen (PE). Dat bestaat voor 90 procent uit PE, 6 procent PP, 2 procent PET en zo nog wat fracties. Wij hebben dat gemeten, door alle snippers in een kilo maalgoed stuk voor stuk onder de NIR-scanner te leggen – nog iets dat niet eerder was gedaan. De verschillende kunststoffen hebben allemaal andere smeltpunten. Als je je verwerkingstemperatuur aanpast op de verontreiniging met het hoogste smeltpunt, krijg je een beter – minder bros – eindproduct. Door het omgooien van de verwerking kan het gewassen maalgoed dus veel meer toepassingen krijgen.’

Tot slot is het belangrijk dat gemeenten nadenken over hun sorteer- en recyclingpartners. Want met welk bedrijf ze in zee gaan bepaalt ook de sorteerresultaten en mogelijke toepassingen. Wat de kwaliteit van het ingezamelde afval verder zou verhogen is als afval scheiden overal de norm wordt, dus ook in openbare gelegenheden, op scholen en in sportkantines bijvoorbeeld. Uiteindelijk zal ook de Europese richtlijn op huishoudelijk verpakkingsafval moeten veranderen. ‘Want op termijn zal alle kunststof moeten worden gerecycled, en niet alleen verpakkingsplastic.’

Kenmerken van het Nederlandse hergebruiksystemen voor huishoudelijke verpakkingen in het licht van een transitie naar een circulaire economie.
Verpakkingsmateriaal Grondstof Kenmerken Uitdagingen & aandachtspunten Toepassingen
Papier en Karton Hernieuwbaar Cascadair, Gedomineerd door niet-verpakkingen Verhogen inzamelresponsen, Moleculaire verontreinging Verpakkingen en niet-verpakkingen
Drankenkartons Hernieuwbaar en fossiel Cascadair, 100% verpakkingen Verhogen inzamelresponsen, Hergebruik van bijproducten Verpakkingen en niet-verpakkingen
Plastic Fossiel Meest open loop, Meest verpakkingen Verhogen inzamelresponsen, Kunststofzuiverheid, Deeltjesverontreiniging, Moleculaire verontreiniging Meest niet-verpakkingen
Glas Fossiel (A) Circulair 100% verpakkingen Verhogen inzamelresponsen, Elementaire verontreiniging Meest verpakkingen
Metaal Fossiel (A) Open loop, Meest verpakkingen Elementaire verontreiniging Meest niet-verpakkingen

A: Glas en metaal worden gemaakt van mineralen, deze zijn niet hernieuwbaar maar wel in voldoende mate beschikbaar op aarde.