Van der Schans is een geitenhouder van formaat

Alexander van der Schans heeft een geitenhouderij met 3500 geiten in de Bommelerwaard in het plaatje Hurwenen. Op termijn wil hij groeien naar 5000 geiten. Dierenwelzijn en maatschappelijke acceptatie vindt hij belangrijk. Er zijn plannen voor loopbruggen tussen de stallen. Hij onderzoekt het gebruik van verschillende vloeren en de geiten hebben uitloop.

Van der Schans: ‘Ik merk dat de consument zich steeds vaker afvraagt of de dieren ook buiten komen. Laatst werd ik nog gebeld door een mevrouw uit Amsterdam. Via Den Eelder Geitenzuivel had ze mijn nummer achterhaald en ze vroeg hoe dat zat. Ik legde uit dat mijn geiten uitloop hebben. Naast de stal is namelijk een groenstrook waar de dieren naar buiten kunnen. Die afwisseling tussen binnen en buiten is volgens mij goed voor het dier.‘

Onze geiten moeten ook in de toekomst naar buiten kunnen blijven gaan.
Alexander van der Schans

Loopbruggen

Alexander heeft plannen voor loopbruggen tussen de stallen. De geiten kunnen dan via de bouwsels heen en weer lopen. Onderweg knabbelen ze aan het blad van de bomen die tussen de stallen staan. Van der Schans: ‘Met Vooruit met de Geit hebben we bijvoorbeeld gekeken naar dierenwelzijn en stalvernieuwing. Ik kijk ook naar plateaus en klimtorens in de stal. Vooral in de eerste levensjaren zijn geiten erg druk, het is dan mooi als ze kunnen klauteren. Het moet natuurlijk wel werkbaar blijven. Als reguliere houder heb ik niet de luxe om extra mensen in te zetten voor het schoonmaken van de toestellen.’

Maatschappelijk bewust

Met een nieuwe stal op een aangrenzend perceel hoopt Van der Schans uit te groeien tot 5000 geiten. ‘Ik ben me ervan bewust dat het een behoorlijke omvang is en wil voorkomen dat de omgeving last heeft van mijn bedrijfsvoering. Toen ik het bedrijf hier begon, heb ik bijvoorbeeld de voeropslag naar de achterkant van het erf gehaald omdat er geklaagd werd uit de buurt. Nu heeft niemand er last van. Ik heb rondom het bedrijf bomen en struiken geplant. Dat is goed voor de luchtwassing en het geeft ook een groene uitstraling. Dat vind ik belangrijk. Als mensen hier komen en zeggen: ‘Ik wist niet dat jullie hier met een geitenhouderij van 3500 dieren zaten’, dan zie ik dat juist als een compliment.’

Onderzoek

Van der Schans onderzoekt samen met een student het gedrag van de geiten op verschillende vloeren en bodembedekking. ‘De dieren hebben vanuit hun oorsprong ook de behoefte aan een harde ondergrond. We kijken hier hoe ze omgaan met een harde vloer, een hok waarvan de vloer half is ingestrooid en een roostervloer. Het is belangrijk om dat soort kennis te delen.’

Vroeger en nu

Van der Schans haalt een oud krantenknipsel tevoorschijn. Het artikel ‘De boer op’ uit het Reformatorisch Dagblad gaat over een open boerderijendag op het melkveebedrijf van zijn ouders. Trots wijst hij naar de foto bij het verhaal. ‘Kijk, dat is mijn moeder. Zo was het vroeger bij ons. We hadden koeien, kippen, ganzen en aten groente uit eigen tuin. Nu hebben bedrijven vaak maar één soort dieren. Ik heb hier ook een varken rondlopen. Kinderen die het bedrijf bezoeken vinden dat geweldig. Ik kijk ook naar verbreding. We willen bijvoorbeeld een Bed & Breakfast beginnen. Zo kunnen we mensen kennis maken met het leven hier op de geitenhouderij.’ Laatst was het college van burgemeester en wethouders hier op werkbezoek. Sommigen hadden nog nooit een geitenhouderij van dichtbij gezien. Ze vonden het reuze interessant. We zijn een sector met veel jonge maatschappelijk bewuste ondernemers. Dan mogen we best wat meer open staan naar onze omgeving.’