Project

Identificeren van biologische kenmerken die (mal)adaptatie bij varkens voorspellen

Gezondheids- en/of gedragsproblemen bij varkens kunnen het gevolg zijn van maladaptieve reacties van de dieren op de omgeving. Die reacties kunnen bijvoorbeeld staartbijtgedrag en ander manipulatief gedrag zijn of een slechte groei. Het optreden van dergelijke maladaptieve reacties wordt niet alleen beïnvloed door de houderijomgeving, bijvoorbeeld omdat er weinig ‘te doen’ is voor het varken. Ook de biologische aanleg van het varken is een belangrijke factor.

Het doel van dit project is het identificeren van biologische karakteristieken die maladaptieve reacties bij varkens kunnen voorspellen.

 

In het project worden drie stappen gevolgd:
  1. Meten van gedrags-, immunologische en (neuro)endocriene reacties van varkens op een divers scala van experimentele testen. Deze metingen worden gekoppeld aan maladaptieve reacties van het varken, door het leven heen. Ook het gedrag in het thuishok vormt een onderdeel van de metingen.
  2. Toetsen of deze metingen aan het varken onderling met elkaar samenhangen in multivariate clusters zoals bijvoorbeeld coping strategie of angstigheid.
  3. Toetsen van simpele metingen in de praktijk die de gevoeligheid van een varken of groep varkens kunnen voorspellen voor het ontwikkelen van maladaptieve reacties zoals staartbijten.

Er zijn in totaal 4 experimenten uitgevoerd:

  1. Een proef met 32 varkens waarbij gekeken is naar de relatie tussen de neurotransmitter serotonine in de hersenen en in het bloed én het gedrag tijdens een test.
  2. Er zijn 480 varkens gevolgd van big (gestart met 1000 biggen) tot slacht. Deze varkens zijn aan diverse gedragstesten onderworpen, en zijn gekarakteriseerd op diverse neuroendocriene en immunologische kenmerken. Hiermee kunnen relaties tussen gedrag, fysiologie en maladaptatie in kaart worden gebracht en kan het verloop van staartbijtgedrag in de tijd worden gevolgd.
  3. In een commerciële setting zijn aan 440 varkens diverse metingen gedaan om te onderzoeken of er in de praktijk bruikbare voorspellers van maladaptatie bestaan. Ook is hier het verloop van staartbijt/manipulatief gedrag in de tijd gevolgd.
  4. Op een ander commercieel bedrijf is eveneens gekeken naar voorspellers van maladaptatie in de praktijk (bij 480 biggen), en is de ontwikkeling en expressie van het manipulatieve gedrag in de tijd gevolgd. Daarnaast heeft op dit bedrijf een deel van de varkens hokverrijking gekregen om te toetsen of dit effect heeft op het manipulatieve gedrag later in het leven.