Inventarisatie exportkansen helpt Nederlands bedrijfsleven in Filipijnen
In het buitenland is er vaak grote behoefte aan kennis en goederen van het Nederlands landbouwbedrijfsleven. Het Praktijkonderzoek Plant en Omgeving inventariseerde onder andere in de Filippijnen of er mogelijkheden zijn voor de aardappelsector in Nederland om kennis of producten te exporteren.
Exportkansen inventariseren
Onderzoekers van PPO en PRI onderzochten daarom de exportkansen, in opdracht van de landbouwraad in Kuala Lumpur. Ze zochten uit hoe de markt in de Filippijnen in elkaar zit. Zo legden ze vast hoe groot de productie momenteel is, welke partijen actief zijn, hoe groot de import van aardappelen voor verwerking tot chips is en hoeveel diepgevroren frites er geïmporteerd wordt.
De inventarisatie liet zien dat er op de markt voor verwerking momenteel geen mogelijkheden zijn voor Nederlandse bedrijven om kennis of goederen te leveren. Filippijnse bedrijven die aardappels verwerken tot chips en frites importeren het grootste deel van hun grondstoffen. Dat is voor hen goedkoper dan aardappelen afnemen van lokale telers. Ook biedt import meer zekerheid om het hele jaar voldoende aanvoer te hebben. De Filippijnse bedrijven hebben daarom geen interesse om samen te werken met Nederlandse bedrijven om de lokale productie te verhogen.
Samenwerking met aardappelhandelshuis
Voor de versmarkt ligt dat anders. De aardappelen in de winkels, de tafelaardappelen, worden allemaal lokaal geteeld. Maar de productie is laag omdat de boeren alleen maar oude rassen gebruiken. Met nieuwe Nederlandse rassen zouden de opbrengst en de kwaliteit omhoog gaan. Filippijnse bedrijven willen hier graag mee aan de slag. Ook een aardappelhandelshuis uit Nederland wil hier mee verder, die vervolgens zelf de contacten verder uitbouwt.