Impact story

Minder broeikasgassen door duurzame landbouw en bosbouw

Duurzame landbouw en bosbouw spelen een belangrijke rol bij het oplossen van de klimaatverandering. Hierover schrijft hoogleraar Europees Bos Gert-Jan Nabuurs in het laatste IPCC-rapport. ‘We dragen bij aan de wereldonderhandelingen over het klimaat, maar het is ook belangrijk om te kijken wat we concreet in Nederland kunnen doen.’

Landbouw, bosbouw en landbouwdieren zijn verantwoordelijk voor de uitstoot van tussen de 13 en 20 procent van broeikasgassen die de opwarming van de aarde veroorzaken. Door ontbossing zijn er minder bomen die CO2 kunnen opnemen en vee stoot de broeikasgassen methaan en lachgas uit. ‘Duurzamere landbouw en beter bosbeheer, inclusief meer aanplanten en bouwen met hout, zorgen juist voor minder uitstoot van broeikasgassen en meer vastlegging van CO2’, legt Gert-Jan Nabuurs uit. De Wageningse wetenschapper schrijft hierover in het meest recente rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van de Verenigde Naties.

Sneller actie ondernemen

Het was al de zesde keer dat hij meeschreef aan een IPCC-rapport. Dit keer als hoofdauteur van het hoofdstuk Landgebruik en Landbouw. ‘De hoofdboodschap is: de emissies blijven toenemen, dus we moeten nog sneller actie ondernemen.’ Het IPCC-rapport concludeert dat bijna een derde van de oplossingen gevonden kan worden in een brede set van maatregelen in landbouw en bosbouw. Ook lokaal binnen de EU testen en implementeren wij dit, vertelt Nabuurs. Het team Vegetatie, Bos- en Landschapsecologie, waarin hij zit, werkt samen in Europees verband. Bijvoorbeeld aan het door de EU-gesponsorde project SUPERB van het European Forest Institute dat duizenden hectaren bos in Europa herstelt en diverser aanplant, maar vooral ook leert van de soms moeizame processen om dit tot stand te brengen.

Klimaatslimme bossen

Nabuurs vindt het ontzettend belangrijk om te kijken wat we concreet in de buurt kunnen doen. Zo werkt Wageningen University & Research onder andere aan het project Klimaatslim Bos- en Natuurbeheer in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De onderzoekers bekijken in pilots hoe we onze bossen het beste kunnen aanpassen aan klimaatverandering. Zo blijken sommige boomsoorten, zoals de fijnspar, veel last te hebben van klimaatverandering en andere minder, bijvoorbeeld de esdoorn. Deze en andere loofboomsoorten worden nu ook veel meer aangeplant. Bosbouw kan ook een rol spelen in het leveren van bouwmateriaal, benadrukt Nabuurs. ‘Het gebruik van hout als bouwmateriaal zorgt voor langdurige CO2-vastlegging.’

In de lift

Verder moet Nederland het energieverbruik van de kassen omlaag brengen, bijvoorbeeld door het gebruik van LED-verlichting. En natuurlijk heeft de landbouw, afgelopen tijd prominent in het nieuws, de taak om de hoeveelheid methaan, die vooral koeien uitstoten, naar beneden te brengen, bijvoorbeeld via ander voer of andere runderrassen.

Het is niet zo makkelijk om wereldwijd wat te veranderen in de landbouwsector, weet Nabuurs. ‘Er zijn miljoenen landeigenaren met allerlei tegenstrijdige wensen. Bovendien groeit de wereldbevolking en dus moet de voedselproductie omhoog.’ Voor de klimaatconferentie in Parijs van 2015 bestond zijn team uit slechts vijf medewerkers, nu zijn dat er twintig. ‘Toen hebben we het idee van klimaatslimme bossen gelanceerd en sindsdien zitten we enorm in de lift en zien we ook dat dat in de praktijk doorwerkt. Inmiddels moeten bedrijven en grote financiële instellingen vergroenen en meer bos aanleggen. Deze trends zullen doorzetten en samen met publieke middelen en uitvoeringsorganisaties zal dit leiden tot die broodnodige extra CO2-vastlegging.’