Onderwerp scriptie

Onderzoek naar het presteren van interactieve organisaties in opdracht van de Maatschap voor Communicatie

Interactieve organisaties presteren beter: er is meer werkpret, de organisatie beweegt beter mee met de voortdurend veranderende omgeving en de doelen worden eerder behaald.

Deze opvatting wordt deels onderbouwd in de literatuur:

  • Redding over communicatieklimaat. Interessant is dat hij het verband legt met de ambitie van een organisatie. Ambitieuze organisaties hebben een beter communicatieklimaat (en presteren dus beter). Cees van Riel schrijft ook het een en nader over communicatieklimaat. Beiden zien ‘interactie’ als een kritische succesfactor voor een goed communicatieklimaat. 
  • Werkman stelt dat de kans van slagen van veranderingen bij interactieve organisaties groter is.

Die opvatting wordt gedeeld bij workshops, gesprekken met wetenschappers (Noelle Aarts, Betteke van Ruler) en opdrachtgevers.

Onderzoeksvraag

  • Aan welke voorwarden voldoet een interactieve organisatie? Wat is het verschil tussen een interactieve en een communicatieve organisatie? Kunnen we beter spreken van een communicatieve organisatie?
  • Op welke wijze geven interactieve  organisaties hun interne communicatie en hun communicatie met de omgeving vorm, en met welk effect?
  • Welke rol speelt de top en de afdeling communicatie (of andere stafafdelingen hierbij)? 
  • Wat is het interne effect?: identiteitsversterking, employee branding, beroepstrots, tevredenheid. Waarin presteren interactieve organisaties beter? (intern)? 
  • Wat is het externe effect: license to operate / legitimiteit, reputatie. Waarin presteren interactieve organisaties beter? (extern)?
  • Welke communicatieve  activiteiten worden door welke medewerkers op reguliere basis ontplooid (inter, extern)?

Aanpak

  • Theoretisch kader als basis voor interne dimensie en externe dimensie.
  • Onderzoek externe dimensie (interviews, focusgroepen, participerende observatie , eventueel het uitzetten van een survey).
  • Onderzoek interne dimensie (interviews, focusgroepen, participerende observatie, eventueel het uitzetten van een survey).
  • Je zou er aan kunnen denken om het onderzoek op te splitsen in twee deelonderzoeken: een onderzoek naar de interne communicatie en een onderzoek naar de externe communicatie, binnen eenzelfde organisatie, en dat binnen 2 of 3 organisaties.

Output

  • Onderzoekverslag.
  • Boekje  met onderbouwing (aangepaste)opvatting, kern van onderzoek en mogelijke interventies om organisaties interactiever te krijgen (en dus beter te laten presteren).
  • Een of meer vakartikelen.
  • Presentatie onderzoek voor Maatschap voor Communicatie.