Nieuws

Onderzoekers fotograferen zeehonden vanuit de ruimte

article_published_on_label
5 april 2022

Terwijl het Arctisch gebied in deze tijd van het jaar geleidelijk uit haar winterslaap zou moeten ontwaken, is het zee-ijs dit jaar al veel eerder dan normaal begonnen te smelten. Vorige maand klonken alarmerende berichten, waarbij verschillende weerstations in de poolgebieden recordtemperaturen noteerden, tot wel 40 graden boven normaal. De verwachtingen voor de komende jaren schetsen een nog grimmiger beeld: in 2035 is er in de zomer mogelijk al geen zee-ijs meer in het noordpoolgebied. Als onderdeel van een onderzoek naar het effect van dit verdwijnende zee-ijs op zeehonden in het Noordpoolgebied, is het onderzoekers van het NIOZ en Wageningen Marine Research nu voor het eerst gelukt om satellietbeelden van Arctische zeehonden te verzamelen, waardoor deze moeilijk te bereiken diersoort beter gemonitord kan worden.

Het verdwijnen van het zee-ijs is slecht nieuws voor klapmutsen en zadelrobben – twee Arctische zeehonden soorten – die het ijs gebruiken om te rusten, te ruien en hun pups ter wereld te brengen. De klapmuts dankt zijn naam aan de grote rode ballon die uit het neusgat komt wanneer mannetjes hun neustussenschot opblazen. Zadelrobben zijn vooral bekend vanwege de jacht op de witte donzige pups van deze soort. Naar schatting leven er zo’n 650.000 klapmutsen en 7,6 miljoen zadelrobben in het Arctisch gebied, maar deze aantallen zijn omgeven door grote onzekerheidsmarges. Om de populatie te monitoren worden er periodiek tellingen uitgevoerd tijdens de geboorte en zoogperiode. Ook dit jaar vond er een grootschalige telling plaats ten oosten van Groenland, in een gebied waar eind maart grote groepen klapmutsen en zadelrobben samen komen om op het ijs hun hun jongen te werpen.

Omdat het zee-ijs onder invloed van stromingen en wind continu in beweging is, is het erg lastig om de zeehonden te traceren. Een schip met aan boord Noorse onderzoekers speurde het gebied af, waarbij ook gebruik werd gemaakt van drones en een helikopter. Daarnaast vertrok een vliegtuig vanaf Groenland om verkenningsvluchten uit te voeren. Wanneer de onderzoekers grote groepen zeehonden vonden, werden speciale gps-bakens op het ijs uitgezet, zodat de positie van het drijvende ijs met daarop de zeehonden live gevolgd kon worden. Nadat de onderzoekers een goed beeld hadden van waar de zeehonden zich bevonden, hebben ze vanuit het vliegtuig de gehele zeehonden kolonie gefotografeerd. Aan de hand van deze foto’s kunnen nieuwgeboren pups worden geteld, om op die manier de populatiegrootte te schatten.

Een zadelrob pup doet een dutje op het zee-ijs. © Michael Poltermann
Een zadelrob pup doet een dutje op het zee-ijs. © Michael Poltermann

Nu het zee-ijs steeds sneller verdwijnt, is de verwachting dat de zeehonden zich zullen verspreiden en dat het complexer wordt om de dieren te lokaliseren en te monitoren. De nieuw verkregen satellietfoto’s zijn van een hoge resolutie: een pixel is 30 bij 30 centimeter groot, wat betekent dat je zelfs een object ter grootte van een A4tje zou kunnen zien op de opnames, terwijl de satelliet op een hoogte van maar liefst zeshonderd kilometer vliegt. Met behulp van deze beelden hopen de onderzoekers aan te tonen dat het mogelijk is om de zeehonden vanuit de ruimte te lokaliseren en te tellen. Dit proces hopen ze vervolgens te automatiseren waardoor de zeehondenpopulaties in het snel veranderende en uitgestrekte noordpoolgebied toch gemonitord kunnen blijven worden.

Zeehonden gebruiken het zee-ijs om te rusten, te verharen en pups te werpen. © Michael Poltermann
Zeehonden gebruiken het zee-ijs om te rusten, te verharen en pups te werpen. © Michael Poltermann