Project

Rendabele teeltsystemen voor de vollegrondstuinbouw

Het programma Teelt de Grond uit ontwikkelt rendabele teelt‑ systemen voor de vollegrondstuinbouw (groenten, bloembollen, boomteelt, fruit en zomerbloemen & vaste planten) die voldoen aan de Europese regelgeving voor de waterkwaliteit.

Het programma Teelt de Grond uit ontwikkelt rendabele teelt‑ systemen voor de vollegrondstuinbouw (groenten, bloembollen, boomteelt, fruit en zomerbloemen & vaste planten) die voldoen aan de Europese regelgeving voor de waterkwaliteit. Uitgangspunt is dat de systemen naast een sterke emissiebeperking ook voordelen voor ondernemers opleveren zoals een grotere arbeidsefficiëntie, betere kwaliteit of nieuwe marktkansen en ook gewaardeerd worden door de maatschappij. De telers en brancheorganisaties werken hiervoor nauw samen met onder‑ zoekers van Wageningen UR (University & Research centre) en Proeftuin Zwaagdijk.

Veel kansen voor gesloten teeltsystemen

Veel gewassen die nu nog in de volle grond groeien, hebben die grond eigenlijk niet nodig om te groeien. Gesloten teeltsystemen waarbij gewassen op water of substraat groeien, blijken kwalitatief vaak zelfs tot betere producten te leiden en belasten het milieu minder. Maar de kosten van deze gesloten systemen vormen vaak nog het struikelblok. Het programma Teelt de grond uit is bedoeld om gesloten teeltsystemen te ontwikkelen die duurzaam én rendabel zijn. De eerste resultaten zijn veelbelovend.

Aanpak

Teelt de grond uit is een publiek-private samenwerking in haar zuiverste vorm. Onderzoekers van Wageningen UR en Proeftuin Zwaagdijk werken namelijk nauw samen met telers en adviseurs uit de sectoren vollegrondsgroente, boomkwekerij, bloembollen en fruitteelt. Het programma startte in 2009 met bijeenkomsten per gewasgroep. Binnen deze groepen bepaalden onderzoekers en professionals uit de praktijk samen de producteisen voor de nieuwe teeltsystemen. In 2010 waren de ontwerpen hiervan klaar. Tot 2013 worden de nieuwe teeltsystemen in de verschillende sectoren technisch getest. Naast de technische ontwikkeling van systemen krijgt de communicatie met telers en adviseurs in de sectoren veel aandacht. Want gesloten teeltsystemen kunnen alleen een succes worden als de bedrijven de meerwaarde onderkennen.

Duurzaam

Telen op water of een substraat, zoals zand of kokos, past in het streven van de overheid om de tuinbouwsector duurzamer te maken. De overheid legt de sector strenge eisen op, bijvoorbeeld via de Kaderrichtlijn water en de Nitraatrichtlijn. Om hieraan te kunnen blijven voldoen, is een andere wijze van telen vrijwel onvermijdelijk. 'Los van de grond telen' heeft bijvoorbeeld als voordeel dat het grond- en oppervlaktewater niet ongecontroleerd met nitraat worden vervuild. Bovendien hebben telers minder gewasbeschermingsmiddelen nodig, omdat de gewassen ongestoord kunnen groeien en daardoor minder ziek worden. En middelen om onkruid te bestrijden, zijn niet nodig.

Meer voordelen

Gesloten teeltsystemen bieden telers meer kansen dan het boeken van duurzaamheidswinst alleen. Doordat de groei en ontwikkeling van planten veel beter beheersbaar is dan bij de vollegrondsteelt, ligt de productie vaak hoger en is de kwaliteit van het geoogste product vaak beter, terwijl daarvoor minder arbeid nodig is. En doordat de ruimte veel efficiënter benut kan worden, is er minder kostbare grond nodig voor de teelt. Bijkomend voordeel is dat ondernemers niet langer afhankelijk zijn van de grondkwaliteit. Hierdoor kunnen zij hun bedrijf eenvoudiger op één locatie concentreren en hoeven zij dus niet op zoek te gaan naar geschikte grond die verder weg ligt.

Rendabel

Dé uitdaging van gesloten teeltsystemen is: kan het voor de teler rendabel zijn? Voor een aantal gewassen is die vraag al met een duidelijk 'ja' te beantwoorden. Een sector die al investeert in nieuwe gesloten teeltsystemen, is de boomkwekerij. Voor de teelt van laanbomen blijken de voordelen van teelt uit de grond op te wegen tegen de hogere kosten van het systeem. Daar wagen pioniers de overstap naar een rendabel gesloten teeltsysteem. Ook in de sla beginnen de eerste innovatieve telers met het telen in gesloten teeltsystemen. Zij doen dit vooral met duurdere slasoorten als eikenbladslag en lollo rosso, omdat hier meer mogelijkheden liggen om rendabel te telen dan bij de goedkopere bladgewassen als ijsbergsla. Bij de laatste zijn de marges zo klein dat de investeringen in nieuwe technologie vooralsnog niet kunnen worden terugverdiend. Het onderzoek naar gewassen als fruit en bloembollen is net gestart. Het lastige van deze gewassen is dat het relatief lang duurt voordat er testresultaten kunnen worden geanalyseerd. Zo kan bij de appelteelt pas na een jaar of tien worden vastgesteld of gesloten teeltsystemen goed werken en ook rendabel kunnen zijn. Telers van gewassen die goede resultaten boeken met gesloten teeltsystemen, zetten dus de eerste stappen in de praktijk. En hoewel er nog veel vragen moeten worden beantwoord, is het toekomstperspectief voor gesloten teeltsystemen zeer gunstig.

Organisatie en communicatie

De overheid en de sector zorgen samen voor de aansturing van het programma Teelt uit de grond. Op programmaniveau is hiervoor een stuurgroep samengesteld met vertegenwoordigers uit de sectororganisaties, het ministerie van EL&I en het Productschap Tuinbouw. Per gewas zijn er begeleidingscommissies, bestaande uit telers en adviseurs. Doordat deze direct betrokken zijn bij de praktijk, zijn de lijnen met de sectoren kort. Daarnaast kunnen telers en andere belangstellenden tijdens open dagen, lezingen en studiegroepbijeenkomsten meer te weten komen over het programma. Teelt uit de grond loopt tot 2013.