“Kom mee naar buiten allemaal, dan zoeken wij……”

Jeroen Sluijsmans, medewerker Kennisvalorisatie bij Wageningen Environmental Research

'Samen met PhD-kandidaat Andries fiets ik op zondagavond naar de campus om hem de route uit te leggen. Vlak daarvoor kwam hij vanuit Zuid-Afrika om in Nederland en in zijn thuisland vogelonderzoek te doen. Op mijn vertrouwde fietsroute waar ik dagelijks de seizoenen observeer, stopte hij halverwege bij een groepje elzen. “Kijk, daar zit een steenuil,” legde hij uit. Hoewel ObsIdentify mijn oog voor de natuur al had verbeterd, werd mij duidelijk dat die nog niet kon tippen aan die van deze getrainde vogelaar. Op weg naar Zodiac reden we eerst de natuurtuin van Lumen in, voor wat wilde eenden en orchideeën. Terwijl we de bocht om reden vloog onder luid gezang een geelzwarte vogel voor ons uit. Het zou toch niet... Verschillende collega’s hadden hem daar al wel gehoord, maar nooit gezien. Mijn ‘waaauw-gevoel’ werd bevestigd door het oog van de Zuid-Afrikaanse meester. Deze dag kon niet meer stuk.'

Sjoerdtje de Boer, coördinator KNNV Veldgroep Vlinders en Libellen

'Tijdens de Biodiversity Challenge in 2023 heeft de KNNV Veldgroep Vlinders en Libellen vijf maal met vier tot vijf deelnemers per keer meegedaan. Tot onze verrassing was er op de WUR-campus veel interessants te zien. Vooral de Dassenbosvijver aan de Vijfde polder bleek zeer in trek bij een groot aantal libellensoorten, en daarmee ook bij de Veldgroepdeelnemers. Bij mooi, warm weer konden we niet genoeg krijgen van het prachtige schouwspel van boven het water foeragerende en/of achter elkaar aan jagende libellen van vele verschillende soorten. En rustende dieren in de bermvegetatie waren perfect om rustig van dichtbij te bekijken en om te fotograferen. In totaal hebben we vijftien soorten libellen waargenomen, waaronder een exemplaar van de in Nederland zeldzame Oostelijke witsnuitlibel. Ook in de Lumentuin zagen we verschillende libellen, waaronder massaal aanwezige Blauwe breedscheenjuffers. Het aantal waargenomen vlinders was aan de lage kant, doordat de Bioblitzperiode grotendeels samenviel met de jaarlijkse vlinderdip in juni. Toch zagen we nog acht dagvlindersoorten en twee dagactieve nachtvlindersoorten. Hierbij waren naast een aantal erg algemene soorten (zoals Klein koolwitje en Bont zandoogje), ook ‘leuke’ soorten als Icarusblauwtje, Hooibeestje, en twee beschermde soorten: Bruin blauwtje (tevens Rode Lijstsoort) en Groot dikkopje.'

Mikay Breet, onderwijs-/onderzoeksmedewerker bij Biosystematiek

'Op de Campus is een verbazingwekkend hoge diversiteit aan plantensoorten te vinden. Dit komt deels omdat er soorten zijn aangeplant en uitgezaaid, maar er zijn ook veel soorten hier op een natuurlijke wijze terecht gekomen. In mei en juni kunnen er veel bloeiende orchideeën worden waargenomen. Zo groeit er langs het vijvertje aan het begin van de Lumentuin in grote aantallen de prachtige moeraswespenorchis (Epipactis palustris). Verder op, over het kleine bruggetje, is handekenskruid (Dactylorhiza sp.) en het zeer zeldzame soldaatje (Orchis militaris) te vinden. Ook staat hier het sierlijke bevertjes (Briza media), mijn favoriete gras. Dit gras heeft zeer kleine hartvormige aartjes die loshangen in een wijde pluim. De plant dankt de naam aan het feit dat als je bevertjes ook maar heel zacht aanraakt, de aartjes beginnen te beven.

Langs de Orionvijver zijn nog meer bloeiende planten te bewonderen langs de waterkant, zoals rietorchis (Dactylorhiza praetermissa) en moerasrolklaver (Lotus pedunculatus). Twee jaar geleden is hier een bijenorchis gevonden. Deze orchidee heeft prachtige grote bloemen, die een beetje doen denken aan een bij. Dit is geen toeval, want op deze manier trekt de plant bijen aan die zo de bloemen bestuiven. De plant maakt geen nectar, maar fopt de bijen, die de bloem aanzien als een potentiële paringspartner.'