Project
Monitoring bijvangsten
Het project monitoring van bijvangsten richt zich op het verzamelen van informatie over ongewenste bijvangsten in de commerciële zeevisserij in de breedste zin van het woord. Het gaat hierbij niet alleen om bijvangsten van ondermaatse vis of vangst die buiten het quota valt, maar ook niet-commerciële vissoorten, vogels, zeezoogdieren en benthische organismen. De overlevingskans van de overboord gezette vis is afhankelijk van verschillende factoren, bijvoorbeeld van soort, gebruikte vistechniek, weesomstandigheden, vislocatie etc. De gegevens die verzameld worden, variëren per bijvangstsoort, vaak aantallen en volumes bijvangst, maar in sommige gevallen ook lengte- en leeftijdssamenstelling van de bijvangsten.
Het verzamelen en beschikbaar maken van discardgegevens vormt een onderdeel van de verplichting voor het verzamelen van gegevens vastgelegd in de Europese Data Collectie Verordening (DCF). In de herziene versie van de DCF (2017/1004) is tevens de verplichting om incidentele bijvangsten en zeldzame vis te registreren opgenomen.
Projectdoelstelling
De algemene doelstelling van het project is het verzamelen van kwalitatieve en kwantitatieve informatie over de ongewenste bijvangsten (ook wel discards genoemd) van de Nederlandse commerciële visserij. Het project richt zich op de belangrijkste visserijen (m.u.v. de garnalenvisserij) in Nederland en levert visserij specifieke informatie.
Werkwijze
Het onderzoek vindt plaats op zee, de gegevens worden verzameld aan boord van commerciële visserijschepen in de pelagische visserij, demersale actieve visserij (vissend met minimaal 80 mm maaswijdte) en demersale passieve visserij. De selectie- en bemonsteringscriteria zijn vastgesteld in de DCF. De bemonstering omvat momenteel twee verschillende bemonsteringsmethoden, namelijk “waarnemers” en “zelfbemonstering”. Bij de eerste, meer conventionele, methode nemen waarnemers (WMR medewerkers) die meevaren op commerciële visserijschepen zelf monsters. Binnen de zelfbemonstering worden de monsters genomen door geïnstrueerde bemanningsleden. De bemonsteringsmethodiek is vastgelegd in een handboek met protocollen.
Projectresultaat
Het project levert schattingen van de hoeveelheid ongewenste bijvangst in kwalitatieve en kwantitatieve termen aan de relevante internationale werkgroepen (ICES en STECF) en waar nodig aan andere belanghebbenden.
Producten
- Uitvoeren van de geplande reizen voor de verschillende onderdelen:
- Pelagische visserij: 12 waarnemersreizen
- Demersale actieve visserij: 160 zelfbemonsteringsreizen
- Demersale actieve visserij: 10 waarnemersreizen
- Demersale passieve visserij: 10 waarnemersreizen
- Van iedere waarnemersreis van de pelagische en actieve demersale visserij wordt een intern reisverslag gemaakt dat wordt teruggekoppeld naar de rederij en/of schipper;
- De verzamelde gegevens worden na controle opgeslagen in de centrale database van het WMR;
- Indien noodzakelijk (afhankelijk van verplichtingen vanuit Technische maatregelen) rapportage van de monitoring bijvangst zeezoogdieren aan de EU;
- Jaarlijkse samenvattende rapportages met resultaten van de demersale discardbemonstering;
- Tweejaarlijkse samenvattende rapportage met resultaten van de pelagische bemonstering;
- Inbreng van resultaten van het discardonderzoek in ICES werkgroepen zoals PGDATA, WGNSSK, WGWIDE, HAWG, WGECO en WGCATCH;
- Inbreng van resultaten van het discardonderzoek in STECF;
- Inbreng van gegevens en resultaten in pilot projecten ten behoeve van de hervorming van het GVB en de daarmee gemoeide aanlandplicht (“discard ban”);
- Inbreng van gegevens en resultaten in KBWOT projecten;
- Project-inhoudelijke bijdragen aan website van WMR, CVO en KennisOnline;
- Bijdragen aan de EU en LNV rapportages over het afgelopen jaar;
- Bijdragen aan de planning voor het komende jaar;
- Update van de werkprocedures en protocollen (o.a. jaarlijks bijwerken handboek).
Publicaties
Alle rapporten van alle internationale expertgroepen, waaraan Nederlandse experts hebben meegewerkt, inclusief de werkplannen en jaarverslagen voor de Europese Commissie, zijn toegankelijk op de websites van ICES en STECF. Ten behoeve van het verstrekken van informatie aan het Nederlandse publiek wordt op de website van CVO de toestand van de visbestanden en de internationale adviezen geactualiseerd. Nieuwsberichten van de Wettelijke taken Visserijonderzoek zijn te vinden op de website van Wageningen Marine Research.
-
Annual report on the implementation of Council Regulation (EC) No 812/2004 - 2012
IJmuiden: Centrum voor Visserijonderzoek (CVO) (CVO rapport 13.007) -
Estimating spatial and temporal variability of juvenile North Sea plaice from opportunistic data
Journal of Sea Research (2013), Volume: 75 - ISSN 1385-1101 - p. 118-128. -
Successfully reducing discards in pelagic fisheries. Can pelagic freezer trawlers reduce discarding?
-
Bycatch And Discards: Management INdicators, Trends and locatiON (BADMINTON): Final report
-
Interactions between short-beaked common dolphin (Delphinus delphis) and the winter pelagic pair-trawl fishery off Southwest England (UK)
International Journal of Biodiversity and Conservation (2012), Volume: 4, Issue: 13 - ISSN 2141-243X - p. 481-499. -
Discard sampling of Dutch bottom-trawl and seine fisheries in 2011
IJmuiden: Centrum voor Visserijonderzoek (CVO) (CVO report 12.010) -
Double Dutch: implications of using both observer- and shelf-sampling techniques to quantify discards in The Netherlands
-
WP 1: Key results and manuscript progress
-
Discards Management: reducing plaice discards via beam-trawl effort reallocations
IJmuiden: IMARES (Report / IMARES Wageningen UR C016/12) -
Annual report on the implementation of council Regulation (EC) No. 812/2004 - 2011
IJmuiden: Centrum voor Visserijonderzoek (CVO) (CVO report 12.008)